Bijbelles - Een huis vol blijdschap en verdriet - SV

Het is goed om met de oudere kinderen dieper na te denken over het thema. Dit kan door middel van een Bijbelleesles. Wanneer kinderen weinig tot niets weten, kan het beste gekozen worden voor een Bijbelvertelling. Wanneer het een groep is met kerkelijke kinderen of kinderen die al veel weten, door bijvoorbeeld opgedane kennis op een christelijke school/zondagsschool/club/kerk, kan er gekozen worden voor een verdieping door middel van een Bijbelleesles.

Bijbelgedeelten
Genesis 1, 2, 3

Kernboodschap
Zonder God ben je nergens echt thuis

Nodig
Werkblad

Informatie voor leidinggevenden
Het maakt nogal verschil of je in Nederland geboren wordt of in Zambia. In een rijk land of in een arm land. In een dorpje of in een grote stad. In een groot huis met een zwembad in de tuin of in een krotje van golfplaten en karton. Met de kinderen willen we na gaan denken of echt gelukkig zijn afhankelijk is van het huis waar je woont en de spullen die je hebt. Zo willen we uitkomen bij de kernboodschap: waar je ook woont en wat je wel of niet hebt, zonder de Heere Jezus zal je niet gelukkig zijn. Zonder God ben je nergens echt thuis.

We beginnen concreet met het eigen huis en de spullen van de kinderen. De instapactiviteit is het maken van een tekening hiervan. (vraag 1)

Daarna spitten we in vraag 2 een laagje dieper. Een huis kent ook zo zijn eigen emoties achter de voordeur. Wees je ervan bewust dat dit best wat kan losmaken en denk erover na hoe je kinderen in lastige situaties kan helpen na afloop van deze les. De tekening en het antwoord op vraag 2 komen later in de les opnieuw aan de orde.

In vraag 3 maken we de overstap naar de Bijbel. Het eerste 'huis' op aarde, de plek waar mensen woonden, was het paradijs. God Zelf had dit perfecte 'huis' gemaakt voor Adam en Eva (Genesis 2:4-9). God noemde deze plek zeer goed (Genesis 1:31). Neem de tijd om te spreken over hoe het paradijs eruit zag (Genesis 1). Het huis van Adam en Eva was vol blijdschap! Dat kwam omdat ze er woonden met God en Zijn liefde kenden.

We koppelen in vraag 4 terug naar het leven van de kinderen. Wie zou er nu niet op zo'n fijne plek willen wonen? Wat zou voor hen het paradijs op aarde zijn? We laten hen woorden bedenken wat voor hen belangrijk zou zijn om 100% gelukkig te zijn. In de laatste vraag komen we hier weer op terug.

In vraag 5 staan we stil bij Gods huisregels (Genesis 2:15-17). Adam en Eva mochten de aarde bebouwen en bewaren. Hier kunnen we met de kinderen doorpraten over hoe we omgaan met de schepping. Wees praktisch: gooi je bijvoorbeeld afval in het bos? Put je de grond uit? Kap je alle bomen om in een tropisch regenwoud? Hoe ga je om met dieren? Hoe scheid je het afval?

Daarna gaan we het hebben over gehoorzaam zijn aan God (vraag 6). We vergelijken Genesis 2:16-17 met Genesis 3. We zien dat het ‘huis vol blijdschap’ verandert in een ‘huis vol pijn, verdriet en moeite’. Dat komt door ongehoorzaamheid aan Gods goede huisregels.

Maar is er plaats voor Jezus in ons huis? In vraag 7 gaan we daarnaar kijken. We nemen de tekening uit vraag 1 er weer bij. Is het zichtbaar dat Jezus in een huis woont?

Leg zo eenvoudig mogelijk uit dat de Heere God Zelf de oplossing geeft. Zijn Zoon Jezus als Zaligmaker! Alleen Hij kan een ‘huis vol pijn, verdriet en moeite’ weer veranderen in een ‘huis vol blijdschap’. Hier komen we in de vervolglessen ook weer bij uit (Vraag 8).

We willen afsluiten (vraag 9) door de tekening van het eigen huis te omlijsten met Bijbelwoorden die de kinderen wijzen op het feit dat er in een huis alleen echte blijdschap kan zijn als Gods Woord er een plek heeft en als er geloof in de Heere Jezus is (Romeinen 6:23). We kunnen hier nog een mooie terugkoppeling maken naar vraag 4. Hadden Gods Woord en het geloof in de Heere Jezus al een rol in het leven van het kind? Wat hebben ze vandaag geleerd?

Het werkblad voor de kinderen vind je in de download.