Bijbeluitleg over Ezechiël 36:22-38

Deze exegese gaat over Ezechiël 36:22-38 en hoort bij les A2.39 van het zondagsschoolmateriaal van het LCJ.

Bijbelgedeelte: Ezechiël 36:22-38

Intro
In de verzen 16-21 van Ezechiël 36 lezen we hoe de HEERE aan Ezechiël laat zien hoe de ballingschap Zijn goede Naam schaadt. Vanuit die verzen spreekt de HEERE vanaf vers 22 tot Ezechiël en het volk Israël. In deze verzen horen we de beloften van Deuteronomium 30:1-9 terug.

Vers 22
‘Daarom’, dus op grond van het voorgaande, klinkt nu deze profetie. Nog voor een woord van heil klinkt, maakt de HEERE heel duidelijk dat het volk de daden die Hij zal doen op geen enkele wijze verdient. Ook deze heilsprofetie begint met het benadrukken van de schuld van het volk. Tegenover die zware schuld valt nog meer op het licht op het onverdiende heilshandelen van de HEERE. De enige basis voor Zijn handelen ligt in de eer van Zijn eigen Naam. In de Naam van de HEERE is Zijn hele Wezen begrepen (3e gebod). Die Naam wordt door de ballingschap ontheiligd. In de tijd van het oude testament zag men heel sterk de verbondenheid tussen een god en zijn volk. De god van een volk was te allen tijde verplicht land en volk te verdedigen. Voor Israëls ballingschap hadden de omliggende volken daarom slechts twee verklaringen: of de HEERE was Zijn volk ontrouw geworden, of de HEERE was niet bestand tegen de machtige Babylonische goden. De echte reden voor de ballingschap, de toorn van de HEERE over de goddeloosheid van Israël, paste niet in het godsbeeld van de heidenen. Kortom, in de ogen van de heidenen was de HEERE óf onbetrouwbaar, óf machteloos. De eer van de HEERE staat hier dus op het spel.

Vers 23-24
Maar de HEERE gaat Zijn Naam, van welke de eer onder de heidenen is aangetast, heiligen. Voordat Israël de gelegenheid krijgt om te denken dat de schuld dus bij de heidenen ligt, wordt die vluchtweg door een tussenzin afgesneden: ‘en dat is uw schuld Israël’! De Naam van de HEERE zal weer met eerbied door heidenen gekend worden. Hij doet dat door de bron van de schande, de ballingschap, teniet te doen. Hij zal door middel van een nieuwe exodus de volken Zijn zorg en macht tonen. Zijn zorg: Hij brengt Zijn volk terug in hun eigen land, dus Hij heeft zijn volk niet trouweloos verlaten. Zijn macht: Hij heeft de macht om Zijn volk uit alle naties, zelfs vanuit Babel, terug te halen.

Vers 25-27
Maar de HEERE doet meer dan het volk terugbrengen in hun land. Hij herstelt ook de relatie tussen Hem en Zijn volk. Allereerst wast Hij hen van hun zonden en van de afgoden die het volk tot zonden verleiden. Daarna verwijdert God de diepste bron van die zonden: het stenen hart. Een stenen hart is koud, hard en laat zich niets gezeggen. Eigenlijk is het levenloos. Maar het wordt vervangen door een vlezen hart, dat warm en levend is en zich laat vormen. Daarnaast geeft de HEERE het volk een nieuwe geest: Zijn Heilige Geest. Door deze Geest komt ook de volgende belofte tot stand: God dóét het volk in Zijn inzettingen wandelen. Vóór de ballingschap was gebleken dat het volk dat uit zichzelf niet kon, en daarom neemt de HEERE door Zijn Geest de leiding op Zich. Zo zorgt Hij er Zelf voor dat Israël Zijn wil doet.

Vers 28-30
Nu is alles hersteld: het volk is weer in het beloofde land en het verbond tussen de HEERE en Zijn volk is vernieuwd. De dreiging van hongersnood wordt afgewend, omdat God voor overvloed en vruchtbaarheid zal zorgen. Ook daarin zullen de heidenen geen reden meer vinden om het volk, en daarmee de God van het volk, te smaden.

Vers 31-32
Pas na zoveel zegeningen zal het volk zijn vroegere daden in het juiste perspectief zien. Bij het zien van zoveel goedheid van de HEERE zullen ze walgen van hun oude gedrag. Op het moment van deze profetie is dat schuldbesef er blijkbaar nog niet. Opnieuw klinkt de waarschuwing van de HEERE dat het beloofde herstel op geen enkele wijze te danken is aan het volk. De wandel van het volk geeft alleen maar aanleiding om rood van schaamte te worden. Dat wordt ook door het bovenstaande onderstreept: de HEERE komt niet met herstel omdat het volk zich bekeert, maar het volk wórdt door de HEERE bekeerd en dat gebeurt pas als het herstel al gekomen is.

Vers 33-34
De belofte dat het land hersteld zal worden, wordt vervolgd, maar ook hier wordt de belofte ingezet met de nadruk op de reiniging van het volk. Eerst wordt het volk gereinigd en pas dan vindt het herstel plaats. Er zal weer worden gebouwd in Israël, de mensen krijgen weer onderdak, kortom het gewone dagelijkse leven komt weer op gang. De heidenen zullen het contrast zien en de Naam van de HEERE zal daardoor worden geheiligd. Het land Israël zal zijn als het hof van Eden: paradijselijk mooi. De steden die door de Babylonische legers tot ruïnes zijn gemaakt, zullen weer sterk en machtig worden. De HEERE belooft het en dat is de garantie dat het gebeuren zal.

Vers 35-38
Als teken dat de relatie tussen de HEERE en Zijn volk is hersteld, belooft God dat Hij bereid zal zijn naar hun smeekgebeden te luisteren. Het volk is door oorlogen, ziekte en de ballingschap behoorlijk in aantal afgenomen. Een groot volk beschouwde men als een zegen. Het betekende macht en welvaart. God belooft het volk weer te vermenigvuldigen. Als beeld gebruikt Hij daarvoor de grote kudden schapen die tijdens de grote feestdagen door Jeruzalem werden gedreven om te worden geofferd. Zoals die schapen de straten van Jeruzalem vulden, zo zullen de steden van Israël weer door Gods volk gevuld worden.

Tot slot
Het herstel komt helemaal van God. Nog voor er bij het volk een spoortje berouw te vinden is, belooft de HEERE het volk terug te brengen. Eenmaal terug in Israël zal Hij Zelf Zijn volk bekeren zodat het verbond vernieuwd kan worden.



Nog beter in vorm raken?

Wij komen graag langs voor toerusting op maat! Bekijk de dienstenpagina voor ons aanbod of stel je vraag via lydia@goedinvorm.nu.

NEEM CONTACT OP

Heb je een tip?

Deel met ons je idee!

STUUR JE TIP IN

Les A2.39

Alles van

Bijbelleesles over de belofte van bekering

1 oktober 2021
Deze bijbelleesles gaat over Ezechiël 36:22-38 en hoort bij les A2.39 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
+
Ontwikkeld door
LCJ, BHZ

Plaatmateriaal - De belofte van bekering

1 oktober 2021 Door Free Bible Images
Dit plaatmateriaal hoort bij les A2.39 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
+
Ontwikkeld door
LCJ, BHZ

Vertelschets over de belofte van bekering

1 oktober 2021
Deze vertelschets gaat over Ezechiël 36:22-38 en hoort bij les A2.39 van het zondagsschoolmateriaal van het LCJ en de BHZ.
+
Ontwikkeld door
LCJ, BHZ

Verwerking - Belofte van bekering

1 oktober 2021
Deze verwerking hoort bij les A2.39 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
+
Ontwikkeld door
LCJ, BHZ

Stel je eigen inspiratielijst samen

Voeg met behulp van het gele plusje items toe aan je inspiratielijst. Alles in één lijstje overzichtelijk bij elkaar voor jouw clubavond of activiteit!