Deze verwerking hoort bij les B1.41 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
Houd een gesprekje over de Heidelbergse Catechismus, zondag 15. Gebruik hiervoor de vereenvoudigde versie die hieronder overgenomen is van heidelbergse-catechismus.nl. Vraag aan de kinderen eerst welk antwoord zij zouden geven op de gestelde vraag. Vraag daarna door of ze het antwoord begrijpen.
VRAAG 37
Wat betekent het woord 'geleden'?
ANTWOORD:
De Heere Jezus heeft de toorn van God tegen de zonden van alle mensen gedragen, tijdens zijn aardse leven en vooral aan het einde ervan. Hij heeft met Zijn lijden, wat het enige offer is, ons lichaam en onze ziel van de eeuwige verdoemenis verlost. Voor ons heeft Hij Gods genade, de gerechtigheid en het eeuwige leven verdiend.
VRAAG 38
Waarom heeft Hij 'geleden onder Pontius Pilatus'?
ANTWOORD:
Hij is onschuldig veroordeeld door een aardse rechter. Omdat Hij onschuldig is, kan Hij ons bevrijden van het oordeel van God, dat over ons zou komen.
VRAAG 39
Is het belangrijk dat Hij gekruisigd is, of maakt het niet uit hoé Hij gestorven is?
ANTWOORD:
Ja, want daardoor weet ik zeker dat Hij de vervloeking die eerst op mij lag, op Zichzelf heeft gelegd. De kruisdood is namelijk door God vervloekt.