Deze uitleg van de geloofsleer gaat over de prediking van het evangelie en hoort bij les A2.37 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
Geloofsleer - De prediking van het evangelie
Petrus mag het Evangelie gaan verkondigen. In de Dordtse Leerregels wordt hierover geschreven in paragraaf 3 van hoofdstuk 1.
God is zo goed dat Hij verkondigers van de blijde boodschap stuurt. Zij vertellen uit de Bijbel en roepen mensen op tot bekering en geloof in de Heere Jezus. Zo hoor ook jij het Evangelie, en de Heere wil dat je Zijn Woord gelooft!
DL hoofdstuk 1, paragraaf 3
Door de prediking van het evangelie worden alle mensen geroepen
Om de mensen tot geloof (in Christus) te brengen,
zendt God in Zijn goedheid verkondigers van deze zeer blijde boodschap.
Hij zendt deze verkondigers tot wie Hij wil en wanneer Hij wil.
Door hun dienst worden de mensen geroepen tot bekering en geloof in de gekruisigde Christus.
- En hoe zullen zij in Hem geloven van Wie zij niet gehoord hebben?
- En hoe zullen zij horen zonder iemand die predikt?
- En hoe zullen zij prediken, als zij niet gezonden worden? (Rom. 10:14-15).
Bron: dordtse-leerregels.nl