Wie staat voor het christelijk geloof, beweert dus dat degenen die niet geloven in de Heere Jezus de waarheid niet hebben. Als Hij dé Waarheid is, zijn andere religies een leugen.
In Handelingen 4:12 staat dat er geen andere Naam is waardoor wij zalig moeten worden, dan de naam van Jezus Christus. Hij is dé Weg, dé Waarheid en hét Leven (Johannes 14:6).
Wie staat voor het christelijk geloof, beweert dus dat degenen die niet geloven in de Heere Jezus de waarheid niet hebben. Als Hij dé Waarheid is, zijn andere religies een leugen.
Dat zijn nogal stevige uitspraken. Het kan zomaar de volgende vragen bij je oproepen: is het christelijk geloof eigenlijk wel tolerant? En is het niet wat hoogmoedig om zo te spreken en deze grote woorden te gebruiken als het om ‘de waarheid’ gaat?
Om eerst de laatste vraag te beantwoorden over hoogmoed, is het goed om te benoemen dat ‘jij de waarheid niet hebt’. Zo spreekt de Bijbel niet. Maar de Bijbel vertelt dat de Heere Jezus Christus de Waarheid is. Hij openbaart Zichzelf in het Woord, de Bijbel. En door het geloof mag je ontdekken dat dát de Waarheid is. Daarom heeft het christelijk geloof – als het goed is! – niets met hoogmoed te maken. Integendeel. De waarheid ligt buiten jou. De weg ligt buiten jou. Het leven ligt buiten jou. Jij hebt niks om mee te pronken. Maar alles ligt in Christus. Hij is de waarheid en Hij schenkt het leven. Daarom zegt Paulus: wie roemt, die roeme in de Heere.
En dan de vraag over tolerantie. Is het christelijk geloof wel tolerant, als het zó exclusief is? Om die vraag te beantwoorden is het belangrijk om in te zien wat ‘tolerant-zijn’ betekent. Het betekent namelijk dat je iets verdraagt waar je ten diepste ontzettend veel moeite mee hebt. Daarbij is het belangrijk om onderscheid te maken tussen iemands gedrag en iemands zijn.
Laten we hier eens op inzoomen aan de hand van een voorbeeld. Stel dat jij bevriend bent met een jongen van 18. Hij is een prettige kerel, hij heeft een fijn karakter en je waardeert hem in wie hij is. Toch staat hij totaal anders in het leven dan jij. Jij vindt het belangrijk om te studeren, je vriend vindt het belangrijk om zo vroeg mogelijk te gaan werken. Jij vindt het belangrijk om te investeren in familie, hij investeert vooral in vriendschappen. Jij houdt van sparen, hij is ontzettend vrijgevig.
Tolerantie betekent dat je ondanks alle verschillen tóch de vriendschap met hem aanhoudt. Je verdraagt de ander op punten waarin je van elkaar verschilt. Je respecteert de ander, ook al ben je het fundamenteel met elkaar oneens. Hoe groter de verschillen, hoe meer tolerantie er nodig is om wel bevriend te blijven. Dat betekent dat je pas echt tolerant kunt zijn als je ergens voor staat; als je ergens in gelooft!
Terug bij het christelijk geloof. Een oprecht christen gelooft dat de Heere Jezus dé Weg, dé Waarheid en hét leven is. De Bijbel is het enige Woord van God. En ondanks dat je deze diepe levensovertuiging niet deelt met anderen, is het toch mogelijk om liefdevol en vriendelijk in contact te blijven met elkaar. En weet je wat het meest bijzondere is? Niemand wordt uitgesloten om in deze Jezus te geloven. Zelfs de aller slechtste persoon en allergrootste zondaar is bij deze Jezus welkom. Hij zocht ze op. Hij deelde de maaltijd met ze. Met één doel: dat ze Hem gingen toebehoren. Dat is pas tolerant!