Deze leswijzer hoort bij thema 14 (Sacramenten) van de catechesemethode van Just Read It.
Zingen: Psalm 100:4
Want goedertieren is de HEER;
Zijn goedheid eindigt nimmermeer;
Zijn trouw en waarheid houdt haar kracht
Tot in het laatste nageslacht.
Psalmen
8:2; 102:16; 103:9
Liederen
Gele bundel: 52; 58; 175
Levensvragen
- Is de kinderdoop wel Bijbels?
- Ik vind geloofsdoop veel mooier dan de kinderdoop…
- Waarom dopen we kinderen als ze er niks van merken?
Doelstellingen
- Je weet wat de Bijbel zegt over deze kwestie.
- Je begrijpt wat de besnijdenis te maken heeft met de doop.
- Je snapt wat het verbond met de doop te maken heeft.
Hoofdlijnen
Levensvraag
Is de kinderdoop Bijbels?
In de Bijbel staat het letterlijk: als je gelooft, mag je gedoopt worden! (Hand. 8:37) Maar toch dopen we in onze kerk kinderen. Is het niet mooier om als volwassene gedoopt te worden in plaats van als kind? Dan kun je later terugkijken op dat moment. En je maakt het bewust mee. Van de kinderdoop weet je zelf later niets meer… Is de kinderdoop eigenlijk wel Bijbels?
Bijbelgedeelte
Hoe zit het bij de cipier?
De cipier wil zelfdoding plegen, omdat hij denkt dat door de aardbeving alle gevangenen zijn ontsnapt. Paulus zegt echter dat dit niet zo is en dat hij zichzelf geen kwaad moet doen. Als de cipier bevend vraagt wat hij moet doen om zalig te worden, zegt Paulus dat hij in Jezus Christus moet geloven. Nadat ze hem en zijn huis onderwijs geven, worden ze gedoopt, hij en zijn huisgezin.
Geloofsleer
Wie tot het genadeverbond behoort, moet gedoopt worden.
De kinderdoop wordt in de Bijbel niet met zoveel woorden beschreven, juist omdat het zo’n Bijbelse vanzelfsprekende gedachte is dat de kinderen bij de verbondsgemeente behoren. De doop, als teken en zegel van het nieuwe verbond, is in de plaats gekomen van de besnijdenis. De kinderen van de mensen die tot het verbond behoren, moeten gedoopt worden. De doop laat in tegenstelling tot de geloofsdoop zien dat God de eerste stap zet. Het is geen teken en zegel van mijn geloof, maar van Gods belofte!
Verbinden
Gespreksvragen
- Is de kinderdoop Bijbels? Waarom wel of niet?
- Wat is het verschil tussen kinderdoop en de geloofsdoop (in bijvoorbeeld evangelische kringen)?
- Welke argumenten voor en tegen kinderdoop ken je?
- Wat zegt de Bijbel over de kinderdoop?
- Is het kinderdoop óf volwassendoop?
- Wie heeft er wel eens discussies over deze (levens)vraag gehad?
- Ken je iemand uit je omgeving die tegen kinderdoop is? Weet je ook waarom?
Stellingen
- Als christen moet je de kinderdoop kunnen uitleggen.
- De kinderdoop is Bijbels, de geloofsdoop niet.
- Kinderdoop en geloofsdoop kunnen prima naast elkaar bestaan.
- Als er zoveel discussie is over deze (levens)vraag, dan is de Bijbel er blijkbaar niet duidelijk over.
- Kinderen krijgen niets mee van hun doop, dus ze hebben er ook niet zoveel aan.
Wie heeft er gelijk?
Er is veel discussie over de vraag of de kinderdoop nu wel of niet Bijbels is. Lees de volgende vijf meningen over deze vraag en bedenk in wie jij je het meest herkent.
- Margreet: Ik denk dat kinderdoop als enige Bijbels is. In het Oude Testament werden baby’s besneden. De doop is in plaats van de besnijdenis gekomen, dus nu moeten wij ook als baby’s gedoopt worden.
- Anneke: Ik vind voor beide wat te zeggen. Ik ben als baby gedoopt, maar ik sluit het niet uit dat ik me nog een keer laat overdopen. Zo onderstreep ik wat God als baby tegen mij heeft gezegd en zet ik bewust de stap voor Hem.
- Anja: Ik ben voor volwassendoop en tegen kinderdoop. Het is toch veel mooier om zelf een bewuste keuze voor God te kunnen maken? Van je kinderdoop maak je niets mee, dus wat heb je daaraan? Ik heb er geen moment spijt van gehad. Het is echt een verrijking voor mijn leven!
- Roel: Ik ben voor de kinderdoop. Ik vind het zo mooi dat God als eerste naar mij toe is gekomen. Als ik er dan aan twijfel of God me nog wel wil, dan hoef ik alleen maar aan mijn doop te denken. Dat geeft zoveel meer rust dan dat ik zelf voor God zou moeten kiezen.
- Joanne: Ik weet zelf niet zo goed wat nu Bijbels is en wat niet. Ik denk dat het beide wel kan: kinderdoop en volwassendoop. Voor beide vind ik wel wat te zeggen en als God had gewild dat er geen discussie over was, dan had het misschien wel duidelijker in de Bijbel gestaan, of mag ik dat zo niet zeggen?
Gespreksvragen
- In welk antwoord herken jij je het meest? Waarom?
- Welk antwoord is het meest Bijbels, denk jij?
- Wat voor argumenten zou je inbrengen tegen de andere uitspraken van jongeren?
- Welke uitspraak vind je het moeilijkst te weerleggen?
- Welk antwoord zou je zelf geven op de vraag op ‘is de kinderdoop Bijbels?’.
ABC-vraag
Op ABC van het geloof staan veel (moeilijke) kernwoorden uit de Bijbel en de geloofsleer uitgelegd. Onder de kernvraag van de doop stond deze vraag:
Schrijf in je Leerwijzer een antwoord op deze vraag.
Gespreksvragen
- Wat heb jij als antwoord ingevuld?
- Wie kan er een goed tegenargument voor of tegen dit antwoord opnoemen?
Lees samen het antwoord op de vraag.
Jouw vraag is niet met een enkel woord te beantwoorden. Jij bent misschien als kind gedoopt. Zonder dat je er zelf om gevraagd hebt, hebben je ouders je laten dopen. Toen bij jij ‘gemerkt’ met water. De Heere heeft tegen jou gezegd: ‘Ik ben jouw God!’ En: ‘Zo zeker als dat er water op je voorhoofd is gekomen, is er bij Mij voor jou vergeving van zonden en eeuwig leven.’ Voordat jij hierom vroeg, heeft de Heere jou het heil al beloofd. Wat is nu nodig? Dat je tot bekering en geloof komt, zodat je komt (met belijdenis van zonde) tot overgave aan de Heere Jezus. Door het geloof in de Heere Jezus deel je in de genade van God, die Hij jou bij je doop heeft beloofd. God was de eerste in jouw leven. De mensen die de kinderdoop verwerpen en voor volwassendoop kiezen, onderstrepen met hun doop meer hun geloofskeus voor de Heere, dan dat het accent ligt op Gods keuze voor hen. Maar hier is meer over te zeggen, daarvoor verwijs ik je naar de leestips op deze pagina.
Gespreksvragen
3. Wat vinden jullie van dit antwoord?
4. Wat zegt de Bijbel hierover?
Wat zegt de Bijbel?
Het belangrijkste dat je je moet afvragen bij geloofsvragen zoals deze, is wat de Bíjbel er nu over zegt. We gaan daarom samen Bijbelteksten opzoeken. Schrijf op wat jouw tekst zegt over de doop en wat je op grond van deze tekst zou kiezen: kinderdoop op geloofsdoop. Geef elke catechisant een tekst.
- Genesis 17:7
- Mattheüs 19:14
- Markus 16:16
- Handelingen 2:38
- Handelingen 2:41
- Handelingen 8:12
- Handelingen 8:37
- Handelingen 16:30-33
- Handelingen 16:33
- Handelingen 18:8
Gespreksvragen
- Wat zegt jouw tekst over de doop?
- Welke conclusie kunnen we op basis van deze teksten trekken?
Het zou goed kunnen dat uit de teksten blijkt dat de volwassendoop Bijbels lijkt en de kinderdoop niet. Het Bijbelgedeelte laat echter zien dat de kinderdoop als teken van het verbond zeker wel Bijbels is. - Wat is nu Bijbels?
Lagerhuisdebat
Deze verbinding kunt u verdiepen door als huiswerk op te geven dat de catechisanten argumenten voor beide standpunten moeten zoeken.
In de kerk is er veel te doen geweest – en nog steeds – over de vraag of de kinderdoop wel Bijbels is. Verdeel de groep in twee groepen en laat ze tegenover elkaar zitten. Zet twee of drie catechisanten apart. We gaan debatteren over de stelling: De kinderdoop is Bijbels. We doen dat volgens de debatvorm Lagerhuisdebat. Straks zeg ik of je voor of tegen de stelling bent. Ik ben de gespreksleider en geef het woord. Probeer zoveel mogelijk op elkaar te reageren. De twee (of drie) catechisanten die apart zitten zijn de jury. Zij mogen straks op basis van de argumenten beoordelen wie er volgens hen het meest overtuigd heeft.
Gespreksvragen
- Wat vonden jullie ervan om dit te doen?
- Op welk tegenargument weet je zelf geen antwoord?
- Wat zegt de Bijbel over deze stelling?
Brugzin
In de verbindingen hebben we gezien dat het niet zo eenvoudig is om uit te leggen dat de kinderdoop Bijbels is. In het Bijbelgedeelte dat we samen gaan lezen proberen we een antwoord te vinden. Tot welk antwoord kom je op grond van dit Bijbelgedeelte?
Voor de complete les- en leerwijzer verwijzen we u naar de producten.