In de achttiende eeuw brak er onder de zogenaamde ‘Hernhutters’ een opwekking uit. Hun harten raakten in vuur en vlam voor de Heere Jezus. Ze konden gewoon hun mond niet meer houden over Christus en Zijn liefde.
LEZEN
Romeinen 12:1-8
KERNTEKST
Ik roep u er dan toe op, broeders, door de ontfermingen van God, om uw lichamen aan God te wijden als een levend offer, heilig en voor God welbehaaglijk: dat is uw redelijke godsdienst.
OVERDENKING
In de achttiende eeuw brak er onder de zogenaamde ‘Hernhutters’ een opwekking uit. Hun harten raakten in vuur en vlam voor de Heere Jezus. Ze konden gewoon hun mond niet meer houden over Christus en Zijn liefde. Deze Hernhutters waren oorspronkelijk volgelingen van de Tsjechische reformator Johannes Hus. Ze waren gevlucht uit hun thuisland vanwege vervolgingen. In Duitsland vonden ze een nieuw thuis op het landgoed van Graaf Nikolaus von Zinzendorf. Hij liet op zijn landgoed huizen voor de vluchtelingen bouwen en noemde die plek ‘Hernhut’ (‘onder de hoede van de Heere’). Onder deze mensen werd - na volhardend gebed - Gods liefdesvuur ontstoken. Daarna gingen ze de hele wereld over. Ze reisden naar Eskimo’s en naar slavenkoloniën, waar ze het Evangelie verkondigden. De Hernhutters waren de eerste zendelingen die slaven over Jezus als Zaligmaker vertelden. Dat was heel bijzonder in die tijd, omdat slaven niet als volwaardige mensen werden gezien.
In West-Indië was een eiland dat uitsluitend bevolkt was door slaven. Alleen een slaaf mocht daar naartoe. Hoe konden de Hernhutters hen bereiken? Een paar jonge broeders namen een radicaal besluit. Ze gaven hun vrijheid op en verkochten zichzelf aan de meester van dat eiland als levenslange slaven, zodat zij het Evangelie aan hun medeslaven konden verkondigen. Toen ze weggingen van hun families, riep één van die jonge Hernhutters: “Zal het Lam niet het volle loon krijgen voor Zijn lijden?”
Dat doet de liefde van Christus. Het maakt je hart zo vol, dat er om ruimte en vrijheid komt om de anderen te zien. Ruimte om anderen te helpen in nood. Ruimte om het getuigen van Christus. Niet omdat het ‘moet’, maar omdat de liefde van Christus je dringt. Wat een bevrijding! Alsof er een raam opengezet wordt: de graflucht van je zonde en egoïsme maakt plaats voor de heldere frisse lucht van de Heilige Geeft; de levendmakende geur van Christus.
VERWERKING
Paulus roept gelovigen niet zomaar op tot toewijding aan de Heere God. Er staat bij: ‘door de ontfermingen van God’. Wat bedoelt hij daarmee? Waar verwijzen die woorden naar, denk je?