Spel - Sportspel

Uitleg
De kinderen spelen verschillende sportspelletjes. Bij elk spel dat ze gedaan hebben krijgen ze een stempel.

Benodigdheden

• Bijlage 2: medaillekaart
• Stevig papier
• Perforator
• Touw
• Materialen bij de spellen
• Knijpers
• Lamineervellen
• Lamineerapparaat
• Stempels

Voorbereiding

• Print de medaillekaarten. Zorg dat er voor elk kind één is. Maak er een gaatje in met de perforator en rijg er een touw door, zodat de kinderen hem om hun nek kunnen hangen.
• Bedenk en kies de spellen uit die je wilt gaan doen. Zorg ervoor dat de spellen bij de leeftijd van de kinderen passen (maak bijvoorbeeld een spellenparcours voor de onderbouw en één voor de middenbouw/bovenbouw).
• Verzamel de benodigde materialen.
• Print net zoveel nummers als er spellen zijn en lamineer deze (2x). Hang één serie nummers met knijpers aan een waslijn. Plaats de andere serie nummers bij elk spel.
• Zet de spellen uit. Zorg dat bij elk spel iemand staat die het spel begeleidt en de medaillekaarten af kan stempelen.

Speelwijze

• Verdeel de kinderen in groepjes van ongeveer zes kinderen.
• Laat de kinderen een nummer van de waslijn trekken. Dat spel mogen ze gaan spelen. Als het spel klaar is, hangen ze het nummer weer terug.
• Bij elk voltooid spel krijgen ze een stempel op de medaille. Het is de bedoeling om deze zo vol mogelijk te krijgen. Er kan in de middenbouw/bovenbouw ook met punten per spel gespeeld worden. Per spel worden de punten op de medaille geschreven. De puntentelling wordt bij de spellen hieronder beschreven.
• Als alle groepjes alle spellen gedaan hebben, worden de punten per medaillekaart opgeteld. Daarna kan er gekeken worden welk groepje de meeste punten heeft gehaald.

Voorbeeldspellen
Tafeltennissen
Hoe vaak kun je overspelen zonder dat je misslaat? Elke keer gaan er twee spelers twee minuten spelen. Tel het aantal keren dat je de bal terugslaat en laat stuiteren op het veld van een ander. Dit aantal punten kun je in de medaille schrijven. Je kunt hiervoor ook een tafel gebruiken en tape in het midden plakken om de helft aan te geven.

Vangspel met klittenbandbordjes en tennisbal
Hoe vaak kun je overspelen zonder de bal op de grond te laten komen? Ga in een kring staan en gooi naar elkaar over. Speel dit spel vijf minuten. Tel het aantal keren dat je als groep de bal hebt gevangen en schrijf dit op.

Balletje gooien
Probeer vijf tennisballen in de emmers te gooien. Geef duidelijk aan vanaf welke afstand. Hoeveel ballen heb jij erin gegooid?

Blikgooien
Probeer met pittenzakken of tennisballen de blikken om te gooien. Hoeveel heb je er omgegooid?

Flessenvoetbal
Iedereen krijgt een fles met water zonder dop. Op de fles staan tien streepjes met de nummers één tot tien. Je moet proberen om al het water in je fles te houden, maar ook om de flessen van een ander om te schoppen met de voetbal. Speel dit spel tien minuten. Kijk na tien minuten bij welk streepje het water in jouw fles zit. Deze punten kun je opschrijven.

Bal hooghouden
Hoe vaak kun je de bal hooghouden zonder dat de bal op de grond komt? Als de bal op de grond valt, mag je opnieuw beginnen. Speel dit spel vijf minuten. Schrijf het aantal op met de meeste keren dat het achter elkaar is gelukt.

Korf of basketbalnet
Gooi de bal door de korf of het net. Je mag het tien keer proberen. Schrijf op hoe vaak je raak hebt gegooid. Tip: zorg voor meerdere ballen, zodat iedereen sneller aan de beurt is. Let op de hoogte bij de verschillende leeftijdsgroepen.

Touwtjespringen
Probeer in twee minuten tijd zoveel mogelijk touwtje te springen en tel het aantal keer dat het touw helemaal onder je door is gegaan.

Ringwerpen
Je krijgt een aantal ringen. Deze probeer je om de stokjes te gooien. Elk stokje heeft een bepaalde puntenwaarde. Tel de punten bij elkaar op en schrijf deze op.

Bowlen met lege flessen en een bal
Je krijgt twee kansen om zoveel mogelijk flessen om te werpen met een bal. Het aantal flessen dat je omgooit is het aantal punten dat je op kunt schrijven.