Deze vertelschets gaat over Lukas 23:13-32 en hoort bij les B3.42 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
Bijbelgedeelte: Lukas 23:13-32
Context
Nog steeds is Jezus niet definitief ter dood veroordeeld. Pilatus en Herodes vinden geen schuld in Hem, maar de Joodse leiders en het volk vinden dat Jezus gedood moet worden.
Kerntekst
Lukas 23:14 Ik heb in dezen Mens geen schuld gevonden.
Doelstellingen
- De kinderen leren dat Christus vrijwillig wilde lijden en sterven.
- Ze weten dat Hij onschuldig ter dood veroordeeld werd, opdat zondaren het leven zullen vinden in Hem.
Zingen
- Psalm 6:1,2,3,4; 22:4, 25:9,10; 89:16
- UMK - Ik zing van de heuvel die Golgotha heet / Simon van Cyrene
- ZB - Ik wil zingen van mijn Heiland
- UAM - Leer mij o Heer’, Uw lijden recht betrachten
Geloofsleer
- HC zondag 15 - Geleden onder Pontius Pilatus
Introductie
Vraag de kinderen of ze weten hoe het er in een rechtszaal aan toe gaat. Wie zijn er aanwezig, wat gebeurt er? Wat gebeurt er als iemand in de rechtszaal komt die onschuldig is?
Beginzin
Kijk, daar loopt vroeg in de morgen een groep mannen richting het huis van Pilatus. Pilatus ziet de mannen aankomen. Zijn oog valt op de gevangene die meegesleurd wordt. Hij zucht diep, want hij weet wel Wie ze bij hem komen brengen en wat er van hem verwacht wordt…
Vertelschets
- Herodes heeft de Heere Jezus weer naar Pilatus laten brengen. Hij kan geen reden vinden om Jezus te laten doden. Pilatus moet er maar over oordelen.
- Toch weet ook Pilatus geen raad met Jezus. Hij kan deze Man toch niet zomaar laten doden omdat het volk van de Joden dit graag wil?
- Het geroep, geschreeuw en gekrijs op de straten en op het plein voor het rechthuis van Pilatus, houdt aan. Pilatus kan niet kiezen. Moet hij het volk te vriend houden en Jezus onschuldig ter dood veroordelen, of moet hij een opstand riskeren en Jezus vrij spreken?
- Ondertussen komt ook zijn vrouw met de mededeling dat ze gedroomd heeft over Jezus van Nazareth. Ze smeekt Pilatus om Jezus geen kwaad te zullen doen…
- Uiteindelijk legt Pilatus de mensen uit dat Hij geen schuld in Jezus vindt. Pilatus stelt voor om het volk te laten kiezen: Jezus vrij laten of Bar-abbas. Op het paasfeest liet Pilatus altijd een gevangene los.
- Diep in zijn hart hoopt (en verwacht) hij dat het volk zal kiezen om Jezus los te laten. Maar deze list pakt anders uit. Het volk roept: ‘Weg met Hem en laat Bar-abbas los!’ Bar-abbas was een oproerkraaier en een gevaarlijke moordenaar.
- Nog een keer laat Pilatus het volk kiezen tussen de vrijlating van Bar-abbas of Jezus. Maar het volk blijft vastbesloten: Jezus moet gedood worden.
- ‘Kruis Hem! Kruis Hem!’roept de menigte opgewonden. Pilatus schrikt van hun reactie. Wat moet hij nu doen? ‘Ik heb geen schuld in deze Man gevonden!’ zegt hij nog een keer. ‘Ik zal Hem laten geselen en dan zal ik Hem vrijlaten.’
- De menigte blijft krijsen en schreeuwen: ‘Kruis Hem! Kruis Hem!’ Ook de overpriesters schreeuwen overluid mee: ‘Kruis Hem, kruis Hem!’
- Pilatus hoort het gekrijs van de woedende menigte. Hij durft Jezus niet los te laten. Snel laat hij een schaal water te halen. Hij wast zijn handen in het water en roept uit: ‘Ik vind geen schuld in deze Mens!’
- Pilatus wil het volk van de Joden laten zien dat hij niet schuldig is aan de dood van een onschuldig veroordeelde persoon. Hij wil het volk eigenlijk zeggen dat zij de moordenaars zijn.
- Pilatus durft niet voor de Heere Jezus te kiezen; hij is bang voor het volk en voor de keizer.
- ‘Zoek zelf maar uit wat je met deze Onschuldige doet’, zegt hij en hij geeft Jezus over in handen van het volk. Bar-abbas wordt vrij gelaten.
- Ruwe soldaten grijpen Jezus vast. De Heere Jezus zwijgt en ondergaat dit lijden zachtmoedig en geduldig. Alle pijn en spot verdraagt Hij zonder haatgevoelens en boosheid. Hij verzet Zich niet, maar neemt het lijden gewillig op Zich.
- Een rode mantel en een soldatenrok krijgt de Heiland aan. ‘Hier is de Koning der Joden!’ wordt er gelachen en geroepen. Ze maken van de Heiland een spotkoning. Omdat een koningskroon ontbreekt, wordt er snel een doornenkroon gevlochten, die op het hoofd van de Heiland geduwd wordt!
- Hoe zwaar en bitter is Zijn lijden! Maar Hij verdraagt het lijden, de pijn en de felle spot. Dit lijden ondergaat Hij ook door jouw en mijn zonden. Zo erg vindt de Heere de zonde, zo zwaar straft Hij de zonde. Maar, als je in deze Koning gelooft, mag je ook weten dat Hij zó de zaligheid verdient voor al Zijn kinderen.
- ‘Zie, de mens!’ smaalt Pilatus. Misschien heeft hij nog hoop dat het volk medelijden met de Heiland krijgt. Maar ze krijsen terug: ‘Kruis Hem! Kruis Hem! Weg met Hem!’
- Dan wordt Jezus weggebracht. Het volk krijgt toestemming om Hem te kruisigen.
- Snel wordt alles in orde gemaakt om de ter dood veroordeelde te kruisigen. De Heere Jezus moet Zelf Zijn kruis dragen, hoewel Hij er bijna onder bezwijkt. De Romeinse soldaten zien het wel, maar zij helpen Jezus niet. Die schande is te groot.
- Gelukkig komt er opeens een man aan lopen. Het is Simon van Cyrene. De soldaten geven Hem het bevel om het kruis voor Jezus te dragen. Er is voor hem geen ontkomen meer aan. Zo wordt Simon een kruisdrager achter de Heere Jezus aan.
- In de verte is de heuvel Golgotha al zichtbaar. Hoofdschedelplaats is de betekenis van de naam Golgotha. Deze heuvel heeft de vorm van een schedel.
- Tussen het volk dat oproer maakt, lopen ook de vrouwen. Ze huilen bij het zien van het lijden van hun Heiland en Zaligmaker.
- Opeens keert de Heere Jezus Zich om en zegt tegen de vrouwen: ‘Weent niet over Mij, maar weent over uzelf en uw kinderen!’ De Heere Jezus waarschuwt hen voor de straf die komen gaat. Jeruzalem zal verwoest worden, omdat het volk de Heere Jezus verworpen heeft. Zelfs nu de Heiland zo zwaar lijdt, bekommert Hij Zich nog om het lot van de Joden en tegelijkertijd waarschuwt Hij hen.
- Verder gaat de stoet, tot aan de heuvel Golgotha, waar nog twee andere moordenaars gekruisigd zullen worden.
Slotzin
Zo ondergaat de Heere Jezus het lijden, de smaad en de pijn. Zo draagt Hij de straf die jij en ik verdiend hebben. Buig jij al voor deze Koning?
Gesprek
Waarom was Pilatus bang voor het Joodse volk? Kun je dat begrijpen?
Wat deed Pilatus toen?
Wat moest de Heere Jezus allemaal ondergaan, op weg naar Golgotha? Waarom overkwam Hem dit, was Hij schuldig? Waarom dan?
Denk nog eens aan die rechtszaak, aan het begin. Wat gebeurt er met een onschuldige? Waarom gebeurt dat niet met de Heere Jezus? Wat is daar het wonderlijke van voor jou en mij?
Samenvatting
Pilatus getuigt dat Herodes en hij geen schuld vinden in de Heere Jezus. Pilatus stelt het volk voor een keuze. Willen ze Bar-abbas, een moordenaar, vrij laten, of deze Jezus? Anders dan Pilatus dacht, kiest iedereen voor Bar-abbas. En Jezus moet gekruisigd worden. Weer zegt Pilatus dat hij geen schuld in Hem vindt. Maar het volk is onverbiddelijk: ze eisen dat Hij gekruisigd zal worden. En zo gaat de Heere Jezus op weg naar Golgotha. Simon van Cyrene wordt gedwongen Zijn kruis te dragen. Vrouwen volgen Hem terwijl ze huilen en klagen. De Heere Jezus zegt dat ze niet over Hem maar over zichzelf moeten rouwen. Met Hem worden er nog twee misdadigers gekruisigd.
Vragen
- Welk plan bedenkt Pilatus?
- Voor wie kiest het volk?
- Is Pilatus het met de keus van het volk eens? Waarom niet?
- Wie moest het kruis van Jezus dragen?