Deze vertelschets gaat over 2 Samuël 11 en hoort bij les A1.12 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
Bijbelgedeelte: 2 Samuël 11
Context
De Ammonieten vallen onder de macht van koning David. Hun koning Nahas sterft en wordt opgevolgd door Hanun. David stuurt knechten om de nieuwe koning te begroeten. Ze worden echter verkeerd behandeld: de helft van hun baard wordt afgeschoren en hun kleren half afgesneden. Hierop breekt er oorlog uit tussen Israël en Ammon. De Syriërs komen de Ammonieten te hulp, maar worden verslagen. Als de tijd van oorlog voeren, het voorjaar, aanbreekt, trekt Joab in Davids opdracht op naar de hoofdstad Rabba om nu ook de Ammonieten aan te pakken.
Kerntekst
2 Samuël 11: 27b Doch deze zaak die David gedaan had, was kwaad in de ogen des HEEREN.
Doelstellingen
- De kinderen beseffen dat de zonde vaak begint met het zien van iets, waarna ze gaan verlangen om het uit te voeren. Ze weten dat deze macht heel sterk is.
- Ze beseffen dat de ene zonde de andere uitlokt.
- Ze leren dat het gaat om de vraag of iets verkeerd is in de ogen van de Heere en niet om hun eigen gevoel over goed en kwaad.
Zingen
- Psalm 1:1; 6:2; 32:2; 51:1; 119:15
- Gezang 1:7,8,9; 5:6,7,8
- ZB - Wees mij genadig, o God / Doorgrond mijn hart
Geloofsleer
- HC zondag 40 - 42 - Het zesde, zevende en achtste gebod
- HC zondag 44 - Het tiende gebod
- HC zondag 51 - Vergeving
- HC zondag 52 - Standvastigheid in de geestelijke strijd
- NGB art.15 - De erfzonde
- DL, 5, 1 – 5 - Volharding der heiligen
Introductie
Heb je wel eens een kettingreactie gezien? Denk aan een hele rij dominosteentjes: je geeft de eerste een tikje … En dan? Hoe kun je dat vergelijken met zonde? Laat het voorgaande eventueel zien door een rij van dominostenen te maken en de voorste een zetje te geven.
Beginzin
Tevreden wandelt David op het dak van zijn paleis. Hij heeft heerlijk gerust tijdens de warmte van de middag. Nu, vroeg in de avond, is het lekker koel op het dak. Hij vraagt zich af hoe het met Joab en zijn leger zal zijn.
Vertelschets
- Na de grootste zomerhitte is zijn generaal met het leger opgetrokken naar Rabba. De soldaten belegeren deze Ammonitische hoofdstad. De koning bleef in Jeruzalem.
- Vanaf het hoge dak kan David ook in de omliggende, wat lager gelegen, tuinen kijken. In één ervan is een knappe vrouw bezig zich te wassen; ze draagt geen kleren. David kan zijn ogen niet van haar afhouden en zou graag met deze vrouw samen zijn.
- Hij verzet zich niet tegen zijn gedachten, door iets anders te gaan doen, of naar binnen te gaan. Hij laat naar haar informeren. Ze blijkt getrouwd te zijn met één van Davids soldaten, Uria, die bij Rabba is.
- Jij verlangt er vast ook wel eens naar iets te doen waarvan je weet dat het niet goed is. Wat doe je dan: blijf je er aan denken en doe je het? Of vecht je tegen dat verlangen, ga je wat anders doen en doe je het verkeerde toch niet?
- Ondanks dat Bathséba is getrouwd, wil David haar bij zich hebben alsof ze zijn eigen vrouw is. Hij vergeet dat de Heere in Zijn wet heeft gezegd: ‘Gij zult niet begeren, niet echtbreken, niet stelen.’
- Hij stuurt een paar dienaren naar haar huis en laat haar vragen naar hem toe te komen. Ze komt in zijn paleis en David pleegt overspel met haar. Het blijft niet zonder gevolgen. Bathséba laat hem kort daarna weten: ‘Ik ben zwanger geworden. Wat nu? Bedenk een oplossing!’
- David zal wel geschrokken zijn van deze boodschap. Zal nu zijn zonde uitkomen? Razendsnel gaan zijn gedachten, er moet een oplossing zijn!
- Al snel weet hij hoe hij moet handelen. David laat Uria naar zijn paleis komen, alsof hij wil weten hoe de oorlog verloopt. Zijn echte bedoeling is dat Uria de nacht met zijn vrouw zal doorbrengen. Dan zal het later net zijn alsof Uria de vader van het kind is.
- Misschien heb jij ook wel eens geprobeerd te verbergen dat je iets zondigs had gedaan. Soms lijkt het dan nodig om nog iets zondigs te doen. Merk je dat het dan van kwaad tot erger gaat?
- Uria vertelt aan David hoe het bij Rabba is. ‘Ga nu maar naar huis, dan kun je morgen teruggaan naar Joab’, zegt David tegen Uria. Hij geeft de kok opdracht een lekkere maaltijd te maken en die naar het huis van Uria te laten brengen.
- Uria wil echter niet in zijn eigen huis slapen, maar bij de andere soldaten blijven. In het wachtlokaal brengt hij de nacht door met de anderen. Zelfs deze trouw van Uria brengt David niet op andere gedachten. Uria moet toch echt thuis gaan slapen. De volgende dag nodigt hij Uria uit met hem samen te eten. Hij geeft hem veel wijn te drinken en na de maaltijd is Uria dronken. Nu zal hij toch wel naar zijn vrouw gaan! Maar ook nu overnacht Uria bij de paleiswacht.
- In plaats van schuld te belijden, schrijft David een brief voor Joab. Hij moet ervoor zorgen dat Uria op een gevaarlijke plaats moet vechten en zal sterven. De zonde sleept David mee: zijn volgende stap in de reeks van zonden is dat hij plannen maakt voor een moord. Uria moet sterven, dan blijft het overspel verborgen. Maar volgens de wet moeten de overspeler en overspeelster gedood worden!
- De Heere vraagt dat we onze zonden oprecht belijden aan Hem!
- Dit plan van David lukt, Joab doet zonder bezwaar mee en Uria sneuvelt. David wordt een moordenaar. Een bode brengt zo snel mogelijk dit bericht bij David, waarbij hij niet verzwijgt dat de mannen van Israël bewust het gevaar hebben opgezocht. David veroordeelt dit niet en hij laat Joab weten niet in te zitten over de gesneuvelden.
- Bathséba rouwt gedurende de verplichte periode van zeven dagen en daarna neemt David haar tot vrouw. Ze krijgen na verloop van tijd een zoon.
- Menselijkerwijs gesproken is deze kwestie goed opgelost. Wie kan hen nog beschuldigen van overspel? Geen mens. Maar God in de hemel is boos, toornig op David, omdat hij gezondigd heeft.
Slotzin
‘Heere, bewaar me voor de zonde, juist als ik merk dat die in mijn hart opkomt.’ Dat moet steeds je gebed zijn.
Gesprek
- ‘Leid ons niet in verzoeking’: wat betekent dit? Wat kun je doen als je voelt dat je iets verkeerds, iets zondigs wilt doen? De ene zonde lokt de andere uit. Kun je uitleggen hoe dat werkt, misschien met een voorbeeld? Kun je er zeker van zijn dat jij zelf kunt beoordelen of iets goed of verkeerd is? Leg eens uit?
- Lees psalm 32:3-5; wat gebeurt er als je zondigt en dat niet eerlijk voor de Heere belijdt?
- Is het genoeg om iedere dag ‘gewoon’ te bidden: ‘vergeef mijn zonden’ en dan ‘amen’ te zeggen? Lees eens wat er staat in 1 Johannes 4:9. Wat betekent dat?
Samenvatting
Als zijn legers ten strijde trekken, blijft koning David thuis. Vanaf het platte dak ziet hij Bathseba, de vrouw van Uria, die zich wast. Hij laat haar halen en bedrijft overspel met haar. Als blijkt dat ze zwanger is, laat hij Uria voor enkele dagen naar huis komen, zodat het zal lijken dat Uria de vader van het kind is. Uria weigert naar zijn vrouw te gaan. Als Uria terugkeert naar het leger geeft David hem een brief mee voor Joab met de opdracht Uria op de gevaarlijkste plaats te laten vechten. Hij wil er zeker van zijn dat Uria zal sterven. Dit gebeurt in een gevecht bij de muren van de stad. David beschuldigt Joab niet van verkeerd handelen, maar zegt dat er in de oorlog geen verschil is tussen vriend en vijand. Na de rouwperiode neemt David Bathseba in huis. Deze zonde van David is kwaad in de ogen van de HEERE.
Vragen
- Tegen welke geboden zondigt David?
- Wat is een verleiding tot zonde?
- Wat moet je doen als er een verleiding, een verzoeking tot zonde is?
- Zou David gebeden hebben 'leidt ons niet in verzoeking'? Waarom denk je dat?
- Wat wil de Heere dat je doet met je zonden (zoek 1 Johannes 1:9 eens op)?