Deze vertelschets gaat over Handelingen 9:1-19 en hoort bij les B2.42 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
Bijbelgedeelte: Handelingen 9:1-19
Context
Saulus, uit de stam van Benjamin, is geboren in Tarsen als Romeins burger. Hij krijgt een streng Joodse opvoeding. In Jeruzalem krijgt hij les Gamaliël. Saulus leidt een onberispelijk leven, is ijverig en doet precies wat er in de wet geschreven staat. Hij verafschuwt het christendom. In Damaskus wil hij de christelijke gemeente verwoesten. Hij denkt hier een goed werk mee te doen voor God. De hogepriester Kajafas geeft hem aanbevelingsbrieven voor de Joodse leiders in Damaskus.
Kerntekst
Handelingen 9:6 Heere, wat wilt Gij dat ik doen zal?
Doelstellingen
- De kinderen vertellen dat God Zijn kerk beschermt en bewaart.
- Ze leren dat God zelfs de grootste zondaar kan bekeren.
- Ze worden opgeroepen zich te bekeren en te leven.
Zingen
- Psalm 6:2; 32:1,5; 51; 65:2; 86:3,6
- UMK - Saulus meent voor God te strijden / Heer’, wat wilt Gij dat ik doe?
- ZB - Wees mij genadig, o God / Spreek Heer’, want ik luister / Zijn liefde zocht mij teder / Zoals ik ben, kom ‘k onbereid / Al waren uw zonden als scharlaken
Geloofsleer
- HC zondag 23 - Rechtvaardig door geloof
- HC zondag 21 - God beschermt
Introductie
Vraag de kinderen waar christenen vervolgd worden en wat dat betekent. Hoe kunnen wij deze mensen steunen? Je kunt ook een stukje voorlezen uit een periodiek van een stichting of organisatie die zich inzet voor het vervolgde christendom. Of vertel het volgende:
In prachtige oude kerken en kathedralen zie je hem vaak afgebeeld met een zwaard in zijn hand. Waarschijnlijk wijst het zwaard op de vervolging van de christenen waar hij zich fanatiek voor ingezet heeft. Het kan ook zijn dat het zwaard wijst op de marteldood die deze apostel is gestorven.
Beginzin
Zijn gezicht staat grimmig en vastberaden. Hoe eerder hij de aanbevelingsbrieven van de hogepriester op zak heeft hoe liever hem dit is! De christenen zijn dan wel gevlucht uit Jeruzalem, maar dan zal hij hen achtervolgen.
Vertelschets
- Saulus hij houdt alle wetten; hij heeft les gekregen van Gamaliël. Hij is een grote vijand van Jezus, want deze leerde dat zondaren door het geloof in Hem zalig zullen worden. Nee, een leven volgens de wet, dat is het, denkt Saulus. Hij haat en vervolgt de volgelingen van Christus.
- Nu vraagt hij de hogepriester of hij brieven mee wil geven naar Damaskus. De oversten van de synagogen moeten hem helpen om de christenen gevangen te nemen. Met een aantal knechten gaat hij snel op pad.
- Het is middag en de zon schijnt heerlijk. Ze zien de muren van Damaskus al. Er dreigt groot gevaar voor de christenen in Damaskus! Maar de Heere waakt over Zijn kinderen.
- Ineens schijnt er een enorm fel licht; het is een teken van Gods verschijning. Het verblindt Saulus en zijn helpers. Verschrikt vallen ze allemaal op de grond. Saul hoort een stem: ‘Saul, Saul, wat vervolgt gij Mij?’ Trillend vraagt Saulus: ‘Wie zijt Gij, Heere?’ Bevend blijft hij op de aarde liggen. Zijn reisgenoten horen wel de stem, maar ze verstaan niet wat er gesproken wordt. ‘Ik ben Jezus, Die gij vervolgt!’ Jezus, de Zoon van God, is niet dood, maar Hij leeft! En Hij vraagt waarom Saulus Hém vervolgt.
- De Heere legt uit dat Saulus zichzelf kwaad doet door Hem te vervolgen. Het zal verkeerd aflopen als hij zich blijft verzetten tegen God. ‘Heere, wat wilt Gij dat ik doen zal?’
- Vraag jij dat ook aan de Heere Jezus? Het is zo belangrijk dat de Heere alles van jouw plannen en beslissingen afweet.
- Saulus is ontroerd en verbaasd en zijn hart wordt in een ogenblik veranderd door de Heilige Geest. ‘Ga naar Damaskus. Daar zal u gezegd worden wat u doen moet!’ Saulus is blind. Zijn mannen leiden hem naar het huis van Judas in de Rechte straat. Hij krijgt van de Heere drie dagen de tijd om na te denken over wat er gebeurd is!
- Denk jij ook wel eens na over de, verkeerde, dingen die tot nu toe in je leven gebeurd zijn? Vraag jij de Heere ook wel eens hoe je Hem dienen kunt met je hele hart en hoe je tot eer van Hem kunt leven?
- Drie dagen lang bidt Saulus vurig tot God. Hij eet en drinkt niet. God laat hem in een visioen zien dat er een man bij hem zal komen die hem de handen opleggen zal en hem ook zal genezen.
- Na drie dagen hoort Saulus de deur open gaan. Ananias heeft de Heere gehoorzaamd. Hij durfde niet naar dit huis toe te gaan. Saulus is immers een vervolger. Maar de Heere legde hem uit dat Hij deze man in Zijn dienst zal nemen als apostel. Hij zal het Evangelie brengen en veel moeten lijden om de Naam van de Heere.
- Nu legt Ananias een hand op de schouder van Saulus en zegt: ‘Saul, broeder! De Heere, Die u op de weg naar Damaskus verschenen is, heeft mij naar u toegestuurd.’
- Dan kan Saulus weer zien. Hij staat oog in oog met Ananias. Wat zullen de twee mannen veel met elkaar besproken hebben.
- Saulus heeft een ander doel in zijn leven gekregen. Gods Heilige Geest werkt in Zijn hart en nu wil hij niets liever dan zo snel mogelijk het woord van God gaan prediken.
- Hij eet en drinkt weer. Op een dag wordt hij gedoopt. Saulus gelooft met zijn hele hart dat zijn zonden door het bloed van de Heere Jezus Christus vergeven zijn.
Slotzin
Hij preekt in de synagogen over de Christus, die hij vervolgde, maar die werkelijk Gods Zoon is. Zijn Naam moet eeuwig eer ontvangen!
Gesprek
- Saulus vervolgde toch de christenen, niet Jezus? Leg eens uit? Soms moet je offers brengen als je de Heere Jezus volgt. Noem eens voorbeelden? Kun je nog meer noemen die de Heere (plotseling) bekeerde? Waarom bad Saulus: ‘Heere, wat wilt U dat ik doen zal?’ Heb jij deze woorden ook wel eens gebeden en zo ja, wanneer? Waarom?
Samenvatting
Saulus is een fel vervolger van christenen. Hij vraagt aan de hogepriester om brieven zodat hij ook in het buitenland (Damaskus) volgelingen van de Heere Jezus gevangen kan nemen. Als hij al dicht bij Damaskus is, omschijnt hem plotseling een fel licht uit de hemel. De Heere Jezus Zelf verschijnt aan Saulus en vraagt waarom hij Hem vervolgt. Blind moet Saulus naar Damaskus geleid worden. In Damaskus woont de discipel Ananias. De Heere verschijnt aan hem in een visioen en zegt hem naar Saulus van Tarsen te gaan. Op het protest van Ananias antwoordt de Heere Jezus dat Hij Saulus uitverkoren heeft om Zijn Naam te verkondigen.
Vragen
- Waarom vraagt Saulus brieven aan de hogepriester?
- Hoe weten we uit een eerdere geschiedenis dat Saulus de christenen haatte?
- Wat gebeurt er onderweg naar Damaskus?
- Welke opdracht geeft de Heere aan Ananias?
- Wat zegt Ananias tegen Saulus?