Deze vertelschets gaat over Johannes 2:1-12 en hoort bij les B4.24 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
Bijbelgedeelte: Johannes 2:1-12
Context
In Kana is een bruiloft. De bruid en bruidegom zijn onbekend, maar dit doet ook niet ter zake. Hoogstwaarschijnlijk is het hier twee dagen nadat de Heere Jezus met Filippus en Nathanaël sprak, wat in het voorgaande hoofdstuk wordt beschreven.
Kerntekst
Johannes 2:11 En Hij heeft Zijn heerlijkheid geopenbaard en Zijn discipelen geloofden in Hem.
Doelstellingen
- De kinderen leren over het eerste wonder van de Heere Jezus en wat het doel hiervan is.
- Ze zien hoe door wonderen het geloof werd/wordt versterkt.
Zingen
- Psalm 31:15; 36:2; 81:12; 145:3
- UMK In Kana is het feest vandaag / Voor al Uw goede gaven, Heer’
- UAM Grote God, wij loven U / God is getrouw, Zijn plannen falen niet / Nooit kan ’t geloof teveel verwachten
Geloofsleer
- HC vraag 22 - Wat is nodig te geloven?
- HC vraag 118 - Wat mag je te bidden?
Introductie
Vraag de kinderen een aantal dingen op te noemen waar de Heere Jezus voor zorgt. In de tijd van de Bijbel, maar ook nu. Merk op dat de Heere Jezus ook voor de dagelijkse dingen zorgt en daar ook om gebeden mag/moet worden.
Of: Vraag wie van de kinderen wel eens een bruiloft meegemaakt heeft. Laat ze vertellen wat er op zo’n dag allemaal gebeurt. Vertel dat het vandaag ook over een bruiloft gaat. Vraag de kinderen goed op te letten op de verschillen tussen een bruiloft vandaag en een bruiloft in de tijd van Jezus.
Beginzin
Het is een gezellig geroezemoes in de bruiloftszaal. Aan het hoofd van de tafel zit het bruidspaar. Wat een heerlijke dag!
Vertelschets
- Maria, de moeder van de Heere Jezus, hoort ook bij de bruiloftsgasten. Misschien is zij wel familie van het bruidspaar. Naast haar zit Jezus, Hij is ook gekomen. Enkele discipelen zijn ook meegekomen.
- Opeens is er bij de bedienden wat onrust. De hofmeester, de leider van het feest, staat op en loopt naar achteren. Wat zou er aan de hand zijn?
- Enkele mensen die iets gemerkt hebben, beginnen te fluisteren. Ook Maria stoot Jezus aan en zegt zacht tegen Hem: ‘Er is geen wijn meer.’
- Geen wijn meer? Dat zou een schande zijn voor het bruidspaar. Jezus zal toch wel raad weten?
- ‘Vrouw’, zegt Jezus tegen Zijn moeder, ‘wat heb Ik met u te maken? Het tijdstip dat Ik bepaal, de tijd waarop Ik wil werken, is nog niet aangebroken.’
- Toch staat Maria op en loopt naar de bedienden. Met een hoofdknik wijst ze naar Jezus. ‘Doe straks wat Hij zegt.’ ‘Dat zullen we doen’, zegt een van hen.
- Even later staat Jezus op en loopt naar de deuropening. Daar staan de grote vaten waar wel ong. 100 liter water in kan. Dat wordt gebruikt om bijvoorbeeld de handen en voeten van de feestgangers te wassen voordat zij naar binnen gaan.
- ‘Vul de watervaten met water’ is Jezus’ opdracht aan de bedienden. De bedienden kijken elkaar aan: wat een rare opdracht? Alle gasten zijn al binnen, die hoeven niet meer gewassen te worden.
- Als de vaten eindelijk zijn gevuld, zegt Jezus: ‘Schep nu eens iets uit deze vaten en breng het bij de hofmeester.’
- De hofmeester proeft voorzichtig, dan neemt hij een grotere slok. Aan zijn gezicht is te zien dat het heerlijk smaakt!
- ‘Bruidegom, wat heeft u nu gedaan?’ zegt de hofmeester. ‘Iedereen zet zijn gasten altijd eerst de beste wijn voor. En als die gedronken is pas de minder goede wijn. Maar u doet het precies andersom, u heeft de beste wijn voor het laatst bewaard?!’
- Jezus’ discipelen hebben goed in de gaten gehouden wat er gebeurde. Eerst begrepen ze niets van wat gebeurde, nu wel: Jezus heeft het water veranderd in wijn!
Slotzin
Nu geloven Jezus’ discipelen het: Deze Jezus laat zien dat Hij écht de Koning van het Koninkrijk van God is! Deze Jezus is de Zoon van God, de Messias!
Gesprek
Welke verschillen kun je opnoemen tussen deze bruiloft en een bruiloft die je vandaag kunt meemaken?
Zou de Heere Jezus ‘zomaar’ op deze bruiloft zijn gekomen? Wat is het doel van de wonderen van de Heere Jezus? De discipelen geloofden dat Hij de Messias is door dit eerste wonder. Wij weten van meer wonderen. Is het moeilijker of makkelijker te geloven dan toen?
Samenvatting
Het eerste wonder dat de Heere Jezus doet, vindt plaats tijdens een bruiloft in Kana. Zijn moeder is aanwezig en Jezus en Zijn discipelen zijn ook uitgenodigd. Op het moment dat de wijn op is, wendt Maria zich tot haar Zoon. Ze vertrouwt dat Hij zal helpen. Als het Zijn tijd is, verandert Hij water in wijn. Deze is van betere kwaliteit dan de eerder geschonken wijn. Jezus geeft het beste, in overvloed.
Vragen
- Waarom is de Heere Jezus in Kana?
- Wat zegt Maria tegen Jezus?
- Waarom staan al die watervaten bij het huis?
- Hoe laat dit wonder zien dat bij de Heere altijd alles helemaal goed is?