Bijbelgedeelte: Markus 1:9-13 en Lukas 4:1-15

Context
De Heere Jezus is nu 30 jaar geworden. Hij is klaar om zijn taak op aarde, die Hij drie jaren zal vervullen, op zich te nemen. Over de eerste 30 jaar weten we alleen van Zijn geboorte en Zijn eerste tocht naar de tempel op 12-jarige leeftijd. Johannes is al eerder aan het werk gegaan. Zie Mattheüs 3, Markus 1, Lukas 3 en Johannes 1 vanaf vers 15.

Kerntekst
Hebreeën 4:15 Wij hebben geen Hogepriester Die niet kan medelijden hebben met onze zwakheden, maar Die in alle dingen, gelijk als wij, is verzocht geweest, doch zonder zonde.

Doelstelling

De kinderen leren door deze vertelling hoe de duivel op vele manieren probeert te verleiden.
Ze weten na dit verhaal waarom de Heere Jezus aan de duivel geen gehoor kon geven.
Ze beseffen dat dit tot redding van Gods kinderen is.
De kinderen krijgen concrete handvatten om de duivel te weerstaan.

Zingen

Psalm 91:5,6; Gebed des Heeren 7,8; Avondzang:5
ZB - Abba Vader / Ik heb slechts één Houvast / Ik bouw op U / Rust mijn ziel

Geloofsleer

HC vraag 127 - Leid ons niet in verzoeking
NGB art. 23 - De toerekening van Christus’ gehoorzaamheid

Introductie
In Duitsland is een klooster, de Wittenberg. Daar kun je een rondleiding krijgen en het kamertje zien waar Luther de Bijbel vertaalde in het Duits. Daar bad en streed hij met de duivel! Hij was eens zó boos op satan dat hij zijn inktpot naar de muur gooide! ‘Weg satan, weg! Je bent door Christus verslagen! Je kunt me niks meer maken!’

Beginzin
Wat een drukte is het daar in Beth-abara. Wát een mensen! En wat is het stil, muisstil.

Vertelschets

Oude mensen, vaders, moeders, kinderen, ze luisteren ademloos naar een dominee in een ruwe kamelenharen mantel. Dat moet wel een héél bijzondere dominee zijn! Dat is hij ook. Het is Johannes, de zoon van Zacharias en Elisabeth. Is hij dominee geworden? Ja, dat móest. Dat had de engel toch gezegd tegen Zacharias? Hij zal zijn als Elia en veel mensen bekeren.
Op een dag staat Jezus voor Johannes. Hij wil ook gedoopt worden. Samen gaan ze het water in. Johannes dompelt Hem onder. Het water druipt nog van Jezus’ hoofd als het ineens heel licht wordt. Johannes kijkt omhoog. De hemel is open gegaan! Vanaf de hemel, Gods troon, komt een duif. En vanuit de hemel spreekt de Vader: ‘Deze is Mijn geliefde Zoon in Welke Ik Mijn welbehagen heb’.
En nu? Op naar Kana!? Preken en wonderen doen. Nee, de Heilige Geest leidt Hem bij Beth-abara de woestijn in. Hij is daar 40 dagen zonder eten en drinken. Het put Hem uit, Hij is vermoeid. De duivel verzoekt Hem.
‘Als U honger hebt, dan zegt U toch tegen die stenen daar dat ze brood moeten worden? U bent toch Gods Zoon?’ Wie is dat nu? Er is nóg iemand bij Jezus. Hij was er al die 40 dagen. De duivel! Jezus is verzwakt en moe, de duivel valt Hem listig aan!
Hij wil dat Jezus naar hem luistert en niet naar Zijn Vader. Als dat gebeurt, zal de Heere Jezus niet kunnen betalen voor de zonden van Zijn kinderen. Maar Jezus zal overwinnen!
Ken je de duivel? Hoor je hoe de duivel wel eens probeert je over te halen om het verkeerde te doen? Luister hoe Jezus hem aanpakt!
Natuurlijk zou Hij van die stenen brood kunnen maken. Zelfs de zandkorrels zou Jezus nog tot broden kunnen maken. Maar Hij is gekomen om ménsen te verlossen. Dáár heeft Hij Zijn macht voor gekregen! Hij zal niet luisteren naar de duivel. ‘In de Bijbel staat…’ Zo doet Jezus de wil van Zijn Vader en wijst de duivel terug.
Maar deze geeft zomaar niet op! Hij neemt Jezus mee naar een hele hoge berg. De hele aarde kunnen ze overzien: macht en rijkdom!
‘Alles wat U hier ziet, zal ik U geven’, fluistert de duivel in Jezus’ oor. ‘Het is allemaal van mij, maar ik geef het U, als U mij aanbidt.’ ‘Ga weg, satan! Er staat in de Bijbel: ‘Alleen God mag je aanbidden, alleen Hem mag je dienen.’ Jezus is niet gekomen om deze wereld, die van Zijn Vader is, te bezitten, maar om die te verlossen.
Is de satan je de baas? Vlucht naar Jezus toe. Zou Hij geen raad weten? Hij kan je beter begrijpen dan wie ook, Hij was zelf in de woestijn, aan de satan overgeleverd. Jezus zal overwinnen.
Nog geeft de satan niet op. Nog een pijl heeft hij op zijn boog. Vanaf het dak van de tempel laat hij Jezus naar beneden kijken. ‘Hoog hè? Maar dat is voor u toch geen zorg? Spring naar beneden! De engelen staan immers klaar om U op te vangen!’ Ja, de duivel weet ook wat er in de Bijbel staat. In Psalm 91 staat het: ‘God zal Zijn engelen sturen om U te bewaken’.
De duivel probeert alleen maar om je weg te houden bij de Heere. Hij heeft geen goede ideeën ook al lijkt het soms wel zo.
Jezus zal de weg van Zijn Vader gaan en daarom zegt Hij: ‘Er staat in de Bijbel dat je God niet mag verzoeken.’ Steeds weer antwoordt Hij de duivel met Gods eigen Woord. Daar kan de satan niet tegen op. Hij wijkt terug.

Slotzin
Het kan lijken dat de duivel wint, als hij je steeds weer probeert te verleiden tot zondigen. Doe als Jezus: zeg hem wat de Heere in de Bijbel liet opschrijven. Vlucht tot Jezus en geloof in Hem. De Heere Jezus heeft de duivel overwonnen, zijn kop is vermorzeld! De redding van Zijn kinderen is bij de Heere in veilige handen.

Gesprek
Hoe probeert de duivel steeds te winnen? Hoe kan je overwinnen in de strijd met de duivel? (Door de Bijbel te kennen; weg te blijven van de zonde; geloof in God en het toevertrouwen aan Hem) Op welke manier kun je kennis van de Bijbel krijgen?
Kom nog even terug op Luther. De duivel toespreken met woorden uit de Bijbel helpt!

Samenvatting
Als Johannes de Heere Jezus heeft gedoopt, komt de Heilige Geest op Jezus. God de Vader roept het uit dat Deze Zijn Zoon is. De Geest leidt Hem in de woestijn, waar Hij veertig dagen is. De duivel verzoekt Hem. Hij vraagt Jezus van stenen brood te maken om Zijn honger te stillen. Zijn tweede vraag is hem te aanbidden, dan zal Jezus alle koninkrijken ontvangen. Als laatste vraagt de duivel Jezus van de tempel te springen, want Zijn Vader zal Hem zeker redden. Steeds antwoordt Jezus met: 'Er is geschreven...'

Vragen