De website heeft recent een grote update gehad in de techniek, waarna nog niet alles weer perfect werkt. Kom je een foutje tegen, kopieer dan de link uit de adresbalk van je browser en deel hem via de chat of per mail, met een korte toelichting van de fout. Daarmee help je ons om de website weer goed in vorm te krijgen. Dankjewel!

Vertelschets over de gelijkenis van het onkruid

Deze vertelschets gaat over Mattheüs 13:24-30 en 36-43 en hoort bij les B1.24 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.

Bijbelgedeelte: Mattheüs 13:24-30 en 36-43

Context
Jezus heeft eerst de gelijkenis van het zaad uitgesproken en aan Zijn discipelen uitgelegd. Het ging er om hoe het Woord van God uitwerkt in levens. In de volgende gelijkenis gaat het om goed en slecht zaad.

Kerntekst
Mattheüs 13:37 Die het goede zaad zaait, is de Zoon des mensen.
Mattheüs 13:39 En de vijand die hetzelve (onkruid) gezaaid heeft, is de duivel.

Doelstelling

  • De kinderen begrijpen dat de Heere God ziet wat je echt denkt en dat je dat bij elkaar niet kunt zien. De Heere kun je niet ‘voor de gek houden’.
  • Ze beseffen dat de duivel werkelijkheid is en zal proberen het werk van de Heere kapot te maken

Zingen

  • Psalm 1:1-4; 73:14; 79:4; 103:2; 118:3
  • UAM - O grote God, o goede Heer’
  • ZB - Welzalig de man die niet wandelt / Is hier een hart door vrees benard / Jezus, open mijn oren

Geloofsleer

  • HC vraag 52 - De wederkomst
  • HC vraag 123 - De komst van Gods Koninkrijk
  • DL III en IV, 12 - Wedergeboorte
  • DL III en IV, 13 - De onbegrijpelijke wijze waarop de wedergeboorte plaatsvindt

Introductie
Neem een potplant als voorbeeld (mee). ‘Wat gebeurt er als ik dit plantje uit de grond trek?’ ‘Waarom zou ik dat doen?’ Als ze niet op het antwoord komen (om te zien of de wortels goed zijn), zeg je: ‘Ik wil weten of de wortels goed zijn.’ Als de kinderen niet reageren, vraag je: ‘Is dat nodig? Kan ik zo niet weten of ze goed zijn?’ Dat zie je aan de conditie van de plant.

Beginzin
‘Opa, mag ik deze er ook uit trekken?’ ‘Nee, doe dat maar niet jongen, ik kan niet goed zien of het een wortelplantje is of onkruid,’ zegt opa. Klaas staat met opa in de groentetuin. Opa heeft pas worteltjes gezaaid en nu kijken ze hoe er allemaal kleine groene blaadjes beginnen te groeien. Opa trok net een onkruidplant weg en Klaas wil ook wel wat uit de grond trekken. Opa legt uit dat de plantjes eerst groter moeten worden, dan kan hij aan het blad zien of het een goede plant is of onkruid.

Vertelschets

  • Misschien vragen de mensen die naar Jezus luisteren het zich ook wel af: ‘Waarom zou Hij toch op deze manier vertellen?’ Eerst begrepen ze precies wat Hij bedoelde. Als ze nu de gelijkenissen horen, zien ze gebeuren wat Hij vertelt. Maar tóch: ze voelen aan dat er meer achter zit. Wat Hij vertelt, betekent ook iets. En ze weten niet wát.
  • Ja, de Heere Jezus heeft tegen de discipelen gezegd: er zijn zoveel mensen die niet naar Mij willen luisteren. Sommigen worden onverschillig en zeggen: ‘Wat kan mij Zijn Woord schelen?’ Anderen hebben er een hekel aan gekregen en weer anderen schelden op Jezus.
  • ‘Dáárom wil Ik het aan jullie uitleggen.’ De discipelen zullen dan later Zijn woorden door kunnen vertellen aan de mensen. Trouwens, als er mensen in de grote groep rond de Heere Jezus zijn die wél willen weten wat de gelijkenis betekent, zullen ze zeker naar Hem toe komen.
  • Dat is ook de bedoeling: als je iets niet begrijpt in je leven, dan wil de Heere het je uitleggen. Hij gebruikt daarvoor de Bijbel.
  • De boer wist het zweet van zijn voorhoofd. Het was een lange dag op de akker. Maar hij heeft wel een voldaan gevoel: al het zaad is uitgestrooid. Nu maar wachten tot het gaat groeien.
  • Hij slaapt heerlijk die nacht. Hij weet niet wat er buiten gebeurt.
  • Door het donker sluipt een gestalte. Stil gaat hij zijn gang. Geluidloos loopt hij over de akker van de boer. Hij grijnst. Ja, die boer denkt dat het allemaal wel goed zal gaan, maar hij zal daar een stokje voor steken. Uit een zak haalt hij handenvol zaad. Dat strooit hij over de akker.
  • Maar daar is toch al gezaaid? Er hoeft toch niet meer zaad bij? De boer had zijn werk toch goed gedaan? Jazeker, maar deze man strooit geen goed zaad. Handenvol zaad van onkruid vallen tussen de gezaaide tarwekorrels.
  • Deze man gaat ook met een voldaan gevoel naar huis. Nu kan hij ook gaan slapen. Eens kijken hoe die boer reageert.
  • Enkele weken later komen de plantjes op. Maar de knechten schrikken als ze het zien. Er staat zoveel onkruid tussen! En waar komt dat vandaan? Hun heer heeft toch goed zaad gezaaid? Ze moeten het onkruid er tussen uit trekken.
  • ‘Nee, dat laten we nog doorgroeien. Als we nu gaan wieden, heb je kans dat er ook veel goede plantjes uitgetrokken worden. Over een poosje, als we oogsten, dan zullen we het van elkaar scheiden. Het onkruid verbrandt in het vuur, de tarwe gaat naar de schuur.’
  • Stel je voor: de wereld is één grote akker. Al die mensen op wereld zijn in de gelijkenis de planten. Alle mensen hebben een ziel. Of ze nu naar de kerk gaan of niet, allemaal zullen ze een keer sterven. Sommigen heel oud, anderen best heel jong.
  • Er is een jongen die zijn Bijbel leest, een meisje dat luistert naar een vertelling, een paar jongens en meisjes die op de club met elkaar praten over een Bijbelgedeelte. Luisteren ze écht naar de Heere? Kennen ze de Heere Jezus echt? Zijn ze planten die vruchten dragen voor de Heere?
  • De duivel is er ook. Hij probeert kinderen naar hém te laten luisteren; dat is helemaal niet moeilijk. Dat doe je eigenlijk zonder na te denken. Ruziënde kinderen, een meisje dat iets uit de winkel pikt, een kind dat brutaal is tegen zijn vader, een leerling die spiekt tijdens een repetitie. Maar ook iemand die in de kerk niet luistert. Iedereen die de Heere niet volgt, is een verkeerde plant. .
  • Als het tijd is voor de oogst komt de Heere Jezus terug op de wolken van de hemel. Dan zal het onkruid, dan zullen de mensen die bij het rijk van de duivel horen, weggestuurd worden. Zij mogen niet voor altijd bij de Heere wonen.
  • Tegen de mensen die in Hem geloven, Hem liefhebben met heel hun hart, zegt Hij dan: ‘Komt, gezegenden van Mijn Vader! Ze krijgen het Koninkrijk dat Jezus voor hen heeft klaargemaakt.

Slotzin
Ken jij de Heere? Wat een belangrijke vraag! Hoor je bij het rijk van de duivel? Of is jouw hart veranderd door de genade van de Heere? Dan ben je gezegend, dan krijg je eeuwig leven!

Gesprek

Het gedeelte waarin Jezus de gelijkenis uitlegt, kun je ook in een gesprek met de kinderen verwerken. Stel dan vragen:

  • Wat zou de akker zijn en Wie de Zaaier.
  • Wat is het zaad? Hoe wordt dat gezaaid?
  • Wie is degene die slecht zaad strooit? Waarom doet hij dat? Kun je voorbeelden geven van allebei?
  • Wanneer wordt er geoogst? Hoe loopt het dan af met het onkruid? En met de tarwe?
  • Denk jij daar wel eens over na? Wat doe je dan?

Samenvatting
De Heere Jezus vertelt opnieuw een gelijkenis. Een man gaat uit om te zaaien op zijn land. 's Nachts komt er een vijand, die onkruid gaat zaaien op de akker. Als de plantjes opkomen, zien de knechten dat er veel onkruid op het land staat. Ze vragen of ze het onkruid eruit moeten halen. De meester wil dit niet, want hij is bang dat er ook goede plantjes uitgetrokken zullen worden. Hij zegt dat ze het moeten laten groeien tot de oogst. Dan moeten de maaiers eerst het onkruid eruit halen en met vuur verbranden. Het tarwe moeten ze samen brengen in de schuur. De zaaier is de Heere Jezus, en de vijand is de duivel. Het goede zaad zijn de mensen die in Hem geloven. Het onkruid zijn de mensen die God niet willen dienen. Als de engelen zullen maaien, zullen zij omkomen in het vuur, terwijl de gelovigen in het Koninkrijk van God komen.

Vragen

  1. Wie is de zaaier?
  2. Wat doet de duivel?
  3. Waarom wil de zaaier niet dat de knechten het onkruid eruit zullen halen?
  4. Welke mensen zullen gered worden en in het Koninkrijk van God komen?


Nog beter in vorm raken?

Wij komen graag langs voor toerusting op maat! Bekijk de dienstenpagina voor ons aanbod of stel je vraag via lydia@goedinvorm.nu.

NEEM CONTACT OP

Heb je een tip?

Deel met ons je idee!

STUUR JE TIP IN

Les B1.24

Alles van

Bijbeluitleg over Mattheüs 13:24-30 en 36-43

10 november 2020
Deze exegese gaat over Mattheüs 13:24-30 en 36-43 en hoort bij les B1.24 van het zondagsschoolmateriaal van het LCJ.
+
Ontwikkeld door
LCJ

Mattheüs 13:30b met uitleg

6 oktober 2021
Deze bijbeltekst met daarbij een korte uitleg hoort bij les B1.24 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
+
Ontwikkeld door
LCJ, BHZ

Plaatmateriaal - De gelijkenis van het onkruid

1 oktober 2021
Dit plaatmateriaal hoort bij les B1.24 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
+
Ontwikkeld door
LCJ, BHZ

Psalm 126:3 met uitleg

7 oktober 2021
Dit Psalmvers met daarbij een korte uitleg hoort bij les B1.23 en B1.24 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
+
Ontwikkeld door
LCJ, BHZ

Verwerking - Gelijkenis van het onkruid

1 september 2023
Deze verwerking hoort bij les B1.24 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
+
Ontwikkeld door
LCJ, BHZ

Verwerking - Gelijkenis van het onkruid

1 oktober 2021
Deze verwerking hoort bij les B1.24 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
+
Ontwikkeld door
LCJ, BHZ
Naar de methodepagina

Uitgelichte items

Avondmaal

30 oktober 2020
Het Avondmaal laat zien dat de Heere Jezus Zijn lichaam en bloed geofferd heeft tot vergeving van de zonden. Als je door het geloof het Avondmaal …
+
Ontwikkeld door

Belijdenis doen

5 januari 2021
Ik zou het als een grote zegen zien als jij door deze inleiding een verlangen krijgt naar het doen van openbare geloofsbelijdenis, omdat de Heere …
+
Ontwikkeld door
LCJ

Stel je eigen inspiratielijst samen

Voeg met behulp van het gele plusje items toe aan je inspiratielijst. Alles in één lijstje overzichtelijk bij elkaar voor jouw clubavond of activiteit!