Deze vertelschets gaat over Lukas 7:11-17 en hoort bij les C1.24 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
Bijbelgedeelte: Lukas 7:11-17
Context
Na een opzienbarend wonder (de genezing van de knecht van de Romeinse hoofdman uit Kapernaüm) gaat Jezus verder met Zijn discipelen richting het plaatsje Naïn. In de verschillende geschiedenissen in dit hoofdstuk uit Lukas’ beschrijving van het Evangelie speelt ‘het woord’ een belangrijke rol. Enerzijds blijkt dat Jezus’ woord een machtwoord is. Anderzijds blijkt dat er verschillend op wordt gereageerd. Kortom, er is sprake van een ernstige en sterk appellerende boodschap om Jezus’ woorden te horen en Hem te erkennen in Zijn goddelijk gezag.
Kerntekst
Lukas 7:14b En Hij zei: Jongeling, Ik zeg u, sta op!
Doelstellingen
- Kinderen laten weten dat de Heere Jezus alle macht heeft, zelfs over de dood.
- Ze krijgen een indruk van de innerlijke ontferming van de Heere God. Hij ziet niet alleen onze zonde en schuld, maar ook ons verdriet en pijn. Ze leren dat ze het in Zijn handen mogen geven (Psalm10:14).
- Ze worden aangespoord om in hun leven op Gods woord te vertrouwen.
Zingen
- Psalm - 56:5, 6; 103:7, 8, 9; 62:1, 4, 5
- ZB - Van U zijn alle dingen / ‘k Stel mijn vertrouwen
- UAM - Stil maar, wacht maar, alles wordt nieuw
Geloofsleer
HC vraag 42 Waarom moeten christenen nog sterven?
HC vraag 57 Troost van de wederopstanding
HC vraag 58 Troost van het eeuwige leven
DL 1, art. 17 Over de jonggestorven kinderen van de gelovigen
Introductie
Als je vriendinnetje verdrietig is, kun je extra aardig voor haar zijn. Je kunt haar helpen door naar haar te luisteren en bij haar te zijn. Maar je kunt er niet altijd voor zorgen dat ze niet meer verdrietig is. Weet jij Wie dat wel kan? Dat kan alleen de Heere Jezus.
Beginzin
Het is best wel een lange reis van Kapernaüm naar Naïn. Als je ’s morgens vroeg weggaat en heel de dag doorloopt, kun je het net in één dag halen. Maar de mensen die met de Heere Jezus meelopen, hebben dat er wel voor over. Ze willen graag meer leren van Hem. Sommigen zijn vooral benieuwd of Hij nog meer wonderen zal doen.
Vertelschets
- Als ze bij de stad Naïn aankomen, wordt het opeens heel stil in de groep. Net buiten de stad komt de groep, die met de Heere Jezus meeloopt, een begrafenisstoet tegen. Wat is er een verschil tussen de twee groepen: De mensen in de ene groep zijn nieuwsgierig wat de Heere Jezus zal doen. Ze willen er bij zijn als Hij misschien wel weer een wonder doet. De mensen in de andere groep zijn heel verdrietig.
- Het verdriet is er omdat een jongen gestorven is. Eerder al is de vader van deze jongen, de man van deze vrouw gestorven. De vrouw blijft nu helemaal alleen achter.
- Gelukkig zijn er heel veel mensen die met deze vrouw meeleven.
- Doe jij dat ook? Als je vriendje, of iemand uit de groep, iemand die je heel goed kent, ergens erg verdrietig om is, kun je goed voor hem zorgen. En vergeet niet te bidden voor hem! Dat heeft iemand dan extra nodig.
- Mensen kunnen elkaar troosten door bij elkaar te zijn, iets voor elkaar te doen. En door te bidden voor elkaar. Maar al die mensen bij elkaar kunnen er niet voor zorgen dat deze vrouw haar zoon terug krijgt.
- De Heere Jezus ziet het verdriet van deze vrouw. Ze hoeft het niet eens allemaal te vertellen. Hij begrijpt het meteen. En Hij wil deze vrouw helpen. Hij wil het en Hij kan het ook. Want Hij is God.
- Het eerste wat Hij zegt is: ‘Huil niet!’ Mag zij niet verdrietig zijn? Jawel, maar de Heere Jezus bedoelt dat ze nu goed op moet letten. Eigenlijk zegt Hij: ‘Let op wat Ik ga doen. Kijk naar Mij!’
- Dat is voor jou ook belangrijk. Dat je altijd, of je nu blij of verdrietig bent, denkt aan de Heere Jezus. Hij weet het als je verdrietig bent en Hij wil dat jij op Hem vertrouwt. Hij is veel machtiger dan de dood.
- Dan raakt de Heere Jezus de draagbaar aan. De mannen die hem dragen, staan stil. Iedereen kijkt naar de Heere Jezus. Wat gaat Hij doen?
- Kijk maar eens. De Heere Jezus doet geen bijzondere dingen. Hij zegt alleen maar iets. ‘Jongen, Ik zeg u, sta op’. Het klinkt net zoals jouw vader of moeder je ’s morgens wakker maakt: ‘Opstaan!’ Maar deze jongen kan niets horen. Hij is dood.
- En toch….. Als de Heere Jezus het zegt, hoort hij het. Zo machtig is de Heere Jezus! Want Hij is God. Als Hij iets zegt, dan is het er, dan gebeurt het. Net als toen God de wereld heeft geschapen!
- De dode jongen gaat overeind zitten en hij praat. Hij leeft weer! Wat een wonder. De Heere Jezus brengt hem bij zijn moeder.
- Wat een blij moment moet dat geweest zijn! Wat is God machtig én goed. Mensen die eerst heel verdrietig waren, worden nu heel blij.
- De mensen die er om heen staan, zijn diep onder de indruk van wat er gebeurt. Ze begrijpen opeens dat de Heere Jezus geen gewoon mens is. Ze zeggen tegen elkaar: ‘Nu is er weer een groot profeet in ons land’.
- Maar de Heere Jezus is veel meer dan een profeet. Hij is God. Hij heeft alle macht in hemel en op aarde.
Slotzin
Hebben jullie gehoord hoe machtig de Heere Jezus is? Hij heeft alle macht in hemel en op aarde. Hij is zelfs sterker dan de dood. Hij belooft dat iedereen die op Hem vertrouwt voor eeuwig met Hem mag leven. Nu is er vaak nog veel verdriet, maar dan wordt alles goed.
Gesprek
Ben jij ook wel eens heel verdrietig? Waarover? Hoe kan de Heere Jezus jou daarbij helpen?
Wat zou je kunnen doen voor een vriendje of vriendinnetje dat heel verdrietig is?
De Heere Jezus kan alle mensen weer levend maken maar doet dat nu nog niet. Waarom niet? Wanneer gebeurt dat wel? Wie mogen er bij de Heere Jezus in de hemel komen? Zou jij daar ook graag willen zijn? Waarom wel of niet?
Samenvatting
De Heere Jezus ziet dat er een baar uit de poort gedragen wordt met een gestorven jongen. Deze jongen is de enige zoon van zijn moeder. De Heere is bewogen over haar en raakt de jongen aan. Hij beveelt hem op te staan. De jongen leeft weer! De Heere geeft hem terug aan zijn moeder. De mensen die erbij zijn geven God de eer en vertellen het aan de andere mensen.
Vragen
- Waar gaat de Heere naartoe?
- Wat ziet hij daar?
- Hoe wordt de jongen weer levend?
- Hoe reageren de mensen erom heen?