Vertelschets over de opstanding

Deze vertelschets gaat over Johannes 20:1-18 en hoort bij les C2.41 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.

Bijbelgedeelte: Johannes 20:1-18

Context
De Heere Jezus is gestorven aan het kruis op Golgotha. Vrienden van Hem hebben alles gadegeslagen. Als Jezus is gestorven, mogen ze Zijn lichaam begraven. Dat doen ze in de tuin van Jozef van Arimathea. Er wordt een grote zware steen voor het graf gerold.

Kerntekst
Johannes 20:16 Jezus zeide tot haar: Maria! Zij, zich omkerende, zeide tot Hem: Rabbouni, hetwelk is gezegd: Meester.

Doelstellingen

  • De kinderen zien dat Jezus sterker is dan de dood.
  • Ze zien het grote verdriet van Maria Magdalena omdat haar Heere er niet meer is.
  • De kinderen weten dat Jezus’ nabijheid ons vreugde en blijdschap brengt.

Zingen
Psalm 21:4,6; 97:1; 118:11,12
UMK - De Heer is waarlijk opgestaan / Ik zeg het ieder, dat Hij leeft / Maria, waarom huil je?
ZB - daar juicht een toon / Kom in mijn hart

Geloofsleer

  • HC zondag 17 Wat nut ons de opstanding van Christus
  • NGB art. 19 God en mens

Introductie
Praat met de kinderen over verdriet. Wanneer zijn ze verdrietig? Als ze zich pijn gedaan hebben, als ze ruzie hebben met hun broertje of vriendje. Als ze geplaagd worden, als papa of mama boos zijn. Als er iemand erg ziek is, of sterft. Gaat verdriet altijd snel over? Hoe gaat verdriet over? Als pijn overgaat, als ze het weer goed wordt na een ruzie of plagerij. Wanneer kan verdriet langer duren?
Wie kan je helpen als je verdriet hebt?

Beginzin
Het is vroeg in de morgen. Langzaam wordt het steeds lichter. De vogels beginnen te fluiten maar verder is het nog helemaal stil. Alle mensen slapen nog.

Vertelschets

  • Maar kijk, daar over de weg gaan twee mannen. Ze lopen hard, ze rennen bijna. Ze hebben haast. De één gaat nog sneller dan de ander. Zou het waar zijn wat Maria Magdalena vertelde? Zou de steen echt weggerold zijn? Nog even, dan zijn ze bij het graf. Dan kunnen ze het zelf zien.
  • Petrus en Johannes lopen snel door. Ze komen bij de tuin van het graf. Daar is het graf al. Als ze dichterbij komen, gaat Petrus langzamer lopen. Oooh… de steen is echt weggerold. Johannes is er het eerst. Voorzichtig bukt hij zich en kijkt in het graf. Alleen de doeken liggen er.
  • Dan komt Petrus er ook aan. Langzaam loopt hij het graf in. En dan ziet Petrus het ook. Daar liggen de doeken. De doeken die om het lichaam van de Heere Jezus zaten. Netjes opgerold liggen ze daar. Precies op de plek waar Jezus gelegen heeft. Jezus is weg. Hij is niet meer in het graf.
  • Johannes gaat ook voorzichtig het graf in. Hij kijkt om zich heen. Jezus is echt weg. Hij is hier niet meer. Het klopt precies wat Maria vertelde. Waar is de Heere Jezus? Heeft iemand Hem meegenomen uit het graf?
  • Stil gaan Petrus en Johannes weer terug naar huis. Ze denken er niet aan dat de Heere Jezus heeft gezegd dat Hij zou sterven, maar dat Hij ook op zou staan uit de dood.
  • Ondertussen is Maria ook weer bij het graf gekomen. Zíj gaat niet naar huis. Nee, ze blijft bij het graf. Wat is ze verdrietig. Telkens komen er weer nieuwe tranen. Haar hart is zo leeg. Haar Meester is weg. Nu kan ze nooit meer zo dicht bij Hem zijn. Nu kan ze nooit meer naar Hem luisteren.
  • Maria veegt haar tranen af en bukt zich bij het graf. Voorzichtig kijkt ze naar binnen. Het graf is leeg. De Heere ligt er niet meer. Maar bij de doeken zitten wel twee engelen. Ze zeggen: ‘Vrouw, waarom huil je?’ ‘Omdat ze mijn Heere hebben meegenomen, en ik weet niet waar ze Hem neergelegd hebben’, snikt Maria.
  • Opeens hoort ze iemand achter zich. Ze draait zich om en ziet een man. ‘Dat is vast de tuinman’, denkt Maria, ‘misschien weet hij waar mijn Meester is.’ De Man zegt: ‘Vrouw, wat huil je toch? Wie zoek je?’ Maria zegt: ‘Meneer, hebt u Hem weggehaald? Waar hebt u Hem gelegd? Dan zal ik Hem gauw gaan halen.’
  • ‘Maria…’ zegt de Man. Wat? Hoort ze dat goed? Die stem klinkt zó bekend. Dat… dat is de stem van haar Meester! Ze valt voor Hem neer. ‘Rabbouni!!’ roept ze uit. ‘Meester, lieve Meester.’
  • Het is de Heere Jezus echt. Hij is hier, vlak bij haar. Wat geweldig. Wat heerlijk. Ze huilt van blijdschap. Ze wil Hem vasthouden. Hij leeft! Hij leeft echt! En nu mag Hij nooit meer weggaan. Ze wil… ze zal…
  • Maar dan klinkt de stem van Jezus: ‘Nee, Maria, houdt Me niet vast. Ik blijf niet hier op de aarde. Het wordt niet meer als eerst. Alles is nu anders. Ik ga naar Mijn Vader in de hemel. Mijn Vader is ook jouw Vader. Daarom mag jij later ook bij Mij in de hemel komen. En ook al Mijn vrienden. Ga het hun maar vertellen.’
  • Dan ineens is de Heere weer weg. Maria is weer alleen. Maar… haar verdriet is weg. Haar hart zingt: Hij is opgestaan, Hij leeft! Zo snel als ze kan gaat ze naar de discipelen. Ze zal hen alles vertellen.

Slotzin
Wat zullen ze blij worden. Hun verdriet zal voorbij zijn. Wat een blijde boodschap. Jezus leeft. Wat heerlijk! Iedereen mag het nu weten. De Heere Jezus is opgestaan!

Gesprek
Waarom was iedereen zo verdrietig? Wat had Maria Magdalena met de andere vrouwen gezien? Wat zien Petrus en Johannes in het graf? Maria hoort iemand achter haar in de tuin, wie denkt ze dat het is? Wie is het? Waarom mag Maria de Heere Jezus niet aanraken? Wie mag er later ook in de hemel komen? Wie nog meer? En jij? | Samenvatting: Op de eerste dag van de week gaan vrouwen naar het graf om het lichaam van de Heere Jezus te balsemen. De zware steen is weggerold. Maria Magdalena vertelt het aan Petrus en Johannes, die naar het lege graf gaan. Maria keert terug naar het graf en ziet twee engelen. Ze huilt omdat iemand haar Heere weggenomen heeft. Achter haar staat een Man. Maria vraagt Hem: 'Hebt u het lichaam van de Heere Jezus weggehaald?' Als de Man haar naam noemt, weet ze dat Hij Jezus is. Ze vertelt de discipelen wat Hij gezegd heeft. | Vragen: 1. Waarom houden Romeinse soldaten de wacht bij het graf van de Heere Jezus? 2. Waar gaat Maria Magdalena naar toe? 3. Wat geloven de discipelen niet? 4. Naar Wie zal de Heere Jezus spoedig heen gaan? 5. Konden de vrouwen weten dat de Heere Jezus zou opstaan uit het graf?



Nog beter in vorm raken?

Wij komen graag langs voor toerusting op maat! Bekijk de dienstenpagina voor ons aanbod of stel je vraag via lydia@goedinvorm.nu.

NEEM CONTACT OP

Heb je een tip?

Deel met ons je idee!

STUUR JE TIP IN

Les C2.41

Alles van

Bijbeluitleg over Johannes 20:1-18 - C2.41

10 november 2020
Deze exegese gaat over Johannes 20:1-18 en hoort bij les C2.41 van het zondagsschoolmateriaal van het LCJ.
+
Ontwikkeld door
LCJ

De Heere Jezus staat op uit de dood

16 juni 2022
Deze verwerking hoort bij les 54 van deel 2 van de crèchemethode 'Kijk en luister'.
+
Ontwikkeld door

Opstanding

10 november 2020
De Heere Jezus is gestorven en begraven, maar op de derde dag wordt Hij weer levend: Hij staat op uit de dood. Door Zijn opstanding heeft Jezus de …
+
Ontwikkeld door

Plaatmateriaal - De opstanding

1 oktober 2021 Door Free Bible Images
Dit plaatmateriaal hoort bij les C2.41 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
+
Ontwikkeld door
LCJ, BHZ

Thomas ziet de Heere Jezus

16 juni 2022
Deze verwerking hoort bij les 55 van deel 2 van de crèchemethode 'Kijk en luister'.
+
Ontwikkeld door

Verwerking - De Heere is opgestaan!

1 oktober 2021
Deze verwerking hoort bij les C2.41 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
+
Ontwikkeld door
LCJ, BHZ
Naar de methodepagina

Stel je eigen inspiratielijst samen

Voeg met behulp van het gele plusje items toe aan je inspiratielijst. Alles in één lijstje overzichtelijk bij elkaar voor jouw clubavond of activiteit!