Deze vertelschets gaat over Mattheüs 26:17-35 en hoort bij les C2.37 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
Bijbelgedeelte: Mattheüs 26:17-35
Context
In de vorige vertelling hebben we gezien dat de Heere Jezus Zijn discipelen nederigheid geleerd heeft door zelf hun voeten te wassen. Na het wassen van de voeten is Jezus weer naar de tafel gegaan en heeft Hij hun de diepe betekenis van de voetwassing verteld. Daarop volgt ons gedeelte.
Kerntekst
Lukas 22:19
Doe dat tot Mijn kinderen beseffen dat Jezus alles ook dat Judas Hem wil kinderen zien dat de Heere Jezus het Heilig Avondmaal heeft ingesteld en dat wij dat nu nog steeds moeten vieren.
Zingen
Psalm 81:12; 116:1,7
ZB - Heer’, ik kom tot U / Heer’ ik hoor van rijke zegen / Heer’ Uw bloed dat reinigt mij
Geloofsleer
HC zondag 43 Het negende gebod
HC zondag 28,29 en 30 (Van) het Heilig Avondmaal
NGB art. 35 (Van) het Heilig Avondmaal
Introductie
Houd met de kinderen een kort gesprek over de kerkdienst. Gaan ze al regelmatig mee naar de kerk? Vinden ze het fijn? Trek dan de link door naar het Heilig Avondmaal. (Als dat kortgeleden heeft plaatsgevonden, gaat dat erg eenvoudig.) Vraag bijvoorbeeld: ‘Soms staat er ook een lange tafel voor in de kerk. Wie heeft dat wel eens gezien? Waarom staat die tafel daar? Wat staat er op? Wat gebeurt er dan?’ Enz.
Dan kun je nog terugvragen naar de vorige vertelling. Waar waren Jezus en de discipelen? De Heere Jezus leerde hen iets. Wat deed Hij? Wie wilden dat werk niet doen? Waarom niet? Wat hebben wij geleerd? Zo moeten wij ook doen. Elkaar helpen en dienen, ook als je het niet wilt.
Beginzin
Buiten is het helemaal donker geworden. Daar in een huis in Jeruzalem zit nog steeds de Heere Jezus met Zijn discipelen.
Vertelschets
- Wat vindt de Heere Jezus het fijn om zo samen met al Zijn discipelen te zijn. Maar kijk eens, toch staat Zijn gezicht zo verdrietig. Hoe komt dat toch? Wat is er dan toch? Luister maar, de Heere Jezus begint te praten als ze aan het eten zijn.
- Hij zegt: ‘Ik ben nu voor de laatste keer bij jullie. De vijanden, de soldaten, zullen komen. Ze zullen Mij meenemen. En één van jullie zal Mij verraden…’
- Wat schrikken de discipelen. Ze worden er helemaal stil van. En hun gezichten staan nu ook zo verdrietig. Zal echt één van hen hun Meester verraden? Ze houden toch allemaal veel van Hem? Hoe kan dat nu? Ja, ze doen nog wel veel verkeerde dingen. Maar zal één van hen de Meester verraden? Wie zal dat zijn dan?
- Dan vraagt een discipel: ‘Ben ik het Heere?’ En een ander vraagt dat ook: ‘Ben ik het Heere?’ Allemaal vragen ze het. Ook Judas zegt: ‘Ben ik het Heere?’ En dan zegt Jezus heel zachtjes: ‘Ja, jij bent het.’
- De andere discipelen horen het niet eens. Maar Judas wel. De Heere kent zijn hart wel. De Heere ziet wel dat Judas niet echt van Hem houdt. De Heere weet alles al.
- De Heere weet alles van de discipelen, maar ook van jou.
- Dan gaan ze verder met eten. Ze eten het vlees. Het vlees van het paaslam.
- En kijk, dan pakt de Heere Jezus het brood en breekt het in stukjes. Al de discipelen krijgen een stukje. Dat eten ze op.
- Jezus zegt: ‘Straks ga Ik sterven. Voor jullie. Mijn lichaam wordt dan eigenlijk gebroken. Net als het brood wat Ik net in stukjes gebroken heb. Als Ik straks niet meer bij jullie ben, dan moeten jullie ook brood in stukjes breken en opeten. En dan moeten jullie daarbij aan Mij denken. Dan mag je er aan denken dat Ik voor jullie gestorven ben.’
- Daarna mogen de discipelen allemaal uit een beker drinken. Daar zit wijn in. Rode wijn. Die heeft Jezus er in geschonken.
- Jezus zegt: ‘Dat moeten jullie later ook steeds doen. Jullie moeten dan ook rode wijn drinken. Dat lijkt op Mijn bloed. Straks komt er ook bloed uit Mijn lichaam. Ik zal sterven voor Mijn kinderen zodat zij later bij Mij in de hemel mogen komen. Ik zal zo de straf voor hun zonden dragen.’
- Wat luisteren de discipelen goed. Ze zijn het nooit meer vergeten. Ze hebben goed naar de Heere geluisterd. En later hebben ze dat steeds gedaan. Stukjes brood gegeten en wijn gedronken. En dan dachten ze aan Hem. Dan dachten ze er aan dat Hij voor Zijn kinderen gestorven is aan het kruis. Ze doen het precies zoals de Heere het zei. Op die avond heeft Hij voor het eerst het Heilig Avondmaal gevierd met Zijn discipelen.
- Hij wil dat al Zijn kinderen telkens het Heilig Avondmaal vieren. Dat doen we in de kerk. Omdat de Heere dat gezegd heeft. Alle mensen die veel van de Heere houden, mogen dan aan de tafel komen. Dan zegt de Heere eigenlijk tegen hen: ‘Ik heb jullie lief. Ik heb jullie straf gedragen. Ik ben voor jullie gestorven. Daarom hoeven jullie nooit meer die erge straf te dragen.’
- Na het eten gaan ze samen zingen. Wat klinkt het mooi. Ze zingen wel een paar Psalmen, ook: ‘God heb ik lief want die getrouwe Heer.’
Slotzin
Daarna gaan ze het huis weer uit. De donkere nacht in. Door de straten van Jeruzalem lopen ze samen de stad uit.
Gesprek
Wie gaat Jezus verraden? Hoe heet het als er in de kerk een grote tafel met brood en wijn staat? Wie mogen er aan die tafel komen? Waar denk je aan als je de stukjes brood ziet? En de rode wijn? Waar móeten we dan aan denken? Wanneer ben je een kind van God?
Wat zongen de Heere Jezus en Zijn discipelen na het eten? De Heere Jezus wist dat soldaten zouden komen om Hem gevangen te nemen. Hoe zou het komen dat Hij toch zulke blijde Psalmen kon zingen?
Samenvatting
Tijdens de paasmaaltijd zegt de Heere Jezus dat een van de discipelen Hem zal verraden. Ze worden allemaal bedroefd en vragen: 'Ben ik het, Heere?' Ook Judas, waarop Jezus antwoordt: 'Gij hebt het gezegd.' Dan zegent Jezus het brood, breekt het en geeft het de discipelen. 'Neemt, eet, dat is Mijn lichaam.' Zo geeft Hij hun ook allen wijn te drinken. 'Drinkt allen daaruit.' Jezus zegt dat ze dit steeds moeten doen en dan aan Hem moeten denken. Hij geeft Zijn leven voor hen. Hij sterft voor Zijn kinderen. Zo heeft de Heere Jezus zelf het Heilig Avondmaal ingesteld.
Vragen
- Hoe laat Jezus tijdens het paasmaal merken dat Hij alles weet?
- Wat voor bijzonders doet Hij dan? Hoe heet dit later?
- Wat betekent het breken van het brood en het schenken van de wijn?
- Hoe worden de discipelen tijdens het Avondmaal getroost?
- Welke discipel belooft als eerste dat hij de Heere Jezus niet zal verlaten? 6. Wat zegt de Heere Jezus dan?