Deze vertelschets gaat over 1 Samuël 3 en hoort bij les B3.13 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
Bijbelgedeelte: 1 Samuël 3
Context
Nadat Hanna in de tabernakel gebeden had om een zoon gaf de Heere haar wens. Ze kreeg een zoon, Samuël, en bracht hem als kleine jongen bij Eli om in de tabernakel te Silo te wonen. Hij diende de Heere, wat in sterk contrast stond met de zondige manier van leven van de zonen van Eli.
Kerntekst
1 Samuël 3:10 Toen kwam de Heere en stelde Zich daar en riep gelijk de andere malen: Samuël, Samuël! En Samuël zeide: Spreek, want uw knecht hoort.
Doelstellingen
- De kinderen horen op welke bijzondere wijze de Heere Samuël tot Zijn dienst riep.
- Ze weten hoe Eli reageert op het oordeel dat God over zijn huis uitspreekt.
Zingen
Psalm 62:8; 63:4; 85:3; 119:60, 69; 134:1
UMK - Bewaar ons Heere bij Uw Woord
ZB - God is getrouw, Zijn plannen falen niet / Beveel gerust uw wegen / Wat de toekomst brengen moge / Neem mijn leven, laat het, Heer’
Geloofsleer
HC zondag 4 - God is rechtvaardig
HC zondag 5 - De verlossing door Christus.
NGB art. 3 - Het Woord van God
Introductie
Stel je voor dat iemand tegen je zegt: ‘Als je dit niet voor mij doet, dan …’ of ‘als jij dat nou even dat voor mij doet, dan …’ Wat de ander dan terugdoet, kan leuk zijn of niet leuk. Als het niet leuk is, ben je blij als de ander vergeet wat hij heeft beloofd. Een mens kan dingen vergeten die hij heeft beloofd, maar God vergeet nooit wat Hij beloofd heeft. Kun je een voorbeeld uit de Bijbel noemen waarbij je ziet dat God doet wat Hij belooft? Weet je wat een profeet is?
Beginzin
Samuël wrijft in zijn ogen. Hij moet maar eens gaan slapen, het is al erg laat. De oude hogepriester Eli slaapt vast ook al.
Vertelschets
- Tegen het einde van de nacht wordt Samuël wakker. Riep iemand hem? ‘Samuël, Samuël!’ Ja, zie je wel. Het is vast Eli die hem nodig heeft. Eli is al oud en kan nog maar slecht zien. Misschien wil hij iets drinken?
- Samuël gaat snel naar Eli toe. ‘Hier ben ik, wat moet ik voor u doen?’ Eli schrikt wakker en kijkt Samuël verbaasd aan. ‘Nee jongen, ik heb je niet geroepen. Ga maar weer lekker slapen.’
- Samuël begrijpt er niets van. Hij hoorde toch echt een stem. Net als hij weer slaapt, hoort hij het weer: ‘Samuël, Samuël!’ Nu is het vast wél Eli die hem roept en weer gaat Samuël naar Eli toe. ‘Hier ben ik, u hebt me toch geroepen?’ ‘Ik heb je niet geroepen, jongen. Echt niet waar. Ga maar weer terug naar je bed.’
- Weer gaat Samuël liggen, maar voor de derde keer klinkt het: ‘Samuël, Samuël!’ En weer gaat Samuël naar Eli toe. ‘Hier ben ik, want ik heb echt gehoord dat u me riep.’
- ‘Nee jongen, ik heb je niet…’ Dan wordt Eli stil. Nu begrijpt hij het. De Heere roept Samuël! ‘Samuël, ik riep je niet, maar de Heere roept je. Ga maar weer liggen en als Hij weer roept, zeg je: Spreek Heere, want Uw knecht luistert.’
- Samuël schuifelt weer terug naar zijn bed. Zou de Heere hem roepen? Hoe is dat? Wat wil de Heere? In bed tuimelen de gedachten door Samuëls hoofd.
- Daar is die stem weer: ‘Samuël, Samuël!’ Spreek Heere,’ zegt Samuël gespannen, ‘want Uw knecht luistert.’
- ‘Samuël, Ik zal in Israël doen wat Ik gezegd heb; de mensen zullen sidderen en beven,’ zegt de Heere. ‘Ik zal het oordeel dat Ik over het huis van Eli heb uitgesproken zeker uitvoeren. Ik zal hem straffen omdat zijn zoons zo goddeloos zijn. Eli is niet boos op hen geworden om alles waarin ze zondigden.’
- Klaarwakker heeft Samuël dit alles aangehoord. De rest van de nacht kan hij niet meer slapen. Wat een vreselijke boodschap! En die boodschap maakt de Heere bekend aan hem, zo jong als hij is. En wat moet hij straks tegen Eli zeggen?
- Samuël staat vroeg op, doet de deuren van de tabernakel open en begint net als iedere dag met zijn werk in de tabernakel. Wat zou Eli zeggen? ‘Samuël.’ Daar is Eli al. Samuël loopt naar hem toe. ‘Hier ben ik.’
- ‘Samuël, wat heeft de Heere vannacht tegen je verteld? Je hoeft voor mij niets achter te houden, vertel alles maar. God zou je mogen straffen als je iets van Zijn woorden voor me zou verbergen.’
- Dan vertelt Samuël alles wat de Heere tegen hem gezegd heeft, niets verbergt hij voor Eli. Samuël zal het wel moeilijk hebben gevonden om dit te zeggen. Soms zijn er dingen in je leven die niet fijn zijn. Wat doe jij dan?
- Als Samuël alles heeft verteld, buigt Eli zijn hoofd. Samuël kijkt neer op een oude man. ‘Hij is de Heere,’ fluistert Eli, ‘laat Hij dan doen wat goed is in Zijn ogen.’
Slotzin
In de jaren hierna spreekt de Heere nog veel vaker tot Samuël en zien de Israëlieten dat hij een profeet is.
Gesprek
Samuël zei: ‘Uw knecht luistert.’ Hoe kunnen wij nu luisteren naar de Heere? Wat vind je van de reactie van Eli op de boodschap die Samuël hem moest geven? Jij hebt ook weleens te maken met moeilijke dingen in je leven. Hoe ga je daarmee om? Wat is het beste om te doen?
Samenvatting
Op een nacht roept de Heere Samuël. De jongen denkt dat de blinde Eli hem geroepen heeft en gaat naar hem toe. Dat is echter niet zo. Dit gebeurt drie keer en dan beseft Eli dat de Heere Samuël roept. Hij legt de jongen uit wat hij moet zeggen als de Heere weer roept. De Heere vertelt Samuël dat Hij de zonden van Eli's zonen zal straffen; zij zijn goddeloze priesters. Eli dringt er op aan dat Samuël vertelt wat de Heere zei. Zijn reactie is: 'Hij is de Heere, Hij doe wat goed is in Zijn ogen.'
Vragen
- Wat denkt Samuël als hij geroepen wordt?
- Hoe weet Eli dat de Heere hem roept?
- Wat moet Samuël van Eli zeggen als de Heere hem weer roept?
- Wat betekent dat voor jou?
- Waarom wil Samuël die boodschap niet graag aan Eli vertellen?
- Wat zegt Eli als hij het hoort en wat betekent dat voor jou?