Deze vertelschets gaat over Handelingen 12:1-19 en hoort bij les B2.44 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
Bijbelgedeelte: Handelingen 12:1-19
Context
Nadat Stefanus is gestenigd, breekt de vervolging in alle hevigheid uit in Jeruzalem. De gelovigen vluchten naar Judea, Samaria en zelfs naar het buitenland. Maar ook daar worden heidenen bekeerd en Barnabas en Saulus besluiten om samen aan de opbouw van de gemeenten in het buitenland te werken. Ondertussen is in Israël en Jeruzalem Herodes Agrippa I koning. Hij is een kleinzoon van Herodes de Grote, de kindermoordenaar. Omdat hij vindt dat de christenen veel onrust veroorzaken en de oude Joodse godsdienst in gevaar brengen, laat hij Jakobus, de broer van Johannes, onthoofden.
Kerntekst
Handelingen 12: 11 En Petrus, tot zichzelf gekomen zijnde, zei: Nu weet ik waarachtiglijk dat de Heere Zijn engel uitgezonden heeft en mij verlost heeft uit de hand van Herodes, en uit al de verwachting van het volk der Joden.
Doelstellingen
- De kinderen horen dat God de Almachtige is en dat Zijn wil gebeurt
- Ze beseffen dat de Heere gebeden verhoort
- De kinderen weten dat de engelen een belangrijke plaats innemen in het dienen van God.
Zingen
- Psalm 3:2,3; 4:4; 34:4; 68:9; 91:1,5; 103:10
- UAM - Herder, hoeder van Uw schapen
- ZB - Ik wil zingen van mijn Heiland / Machtig God, sterke Rots / Wie maar de goede God laat zorgen / Wie op de Heer’ vertrouwen
Geloofsleer
- HC zondag 36 - De lastering van Gods Naam
- NGB art. 12 - Engelen, gedienstige geesten
Introductie
Praat met de kinderen over de volgende vragen: Heb je wel eens een wonder meegemaakt? Wanneer? Wat vind je een wonder? Bid je er wel eens om? Is een nieuw hart krijgen ook een wonder? Waarom? Straks vraag ik jullie voor wie het een grote troost is dat de Heere God wonderen heeft gedaan.
Beginzin
‘Hé, heb je het gehoord? Jakobus, de broer van Johannes is gedood!’ De christenen kijken verschrikt op als ze dit horen. ‘Ja, Herodes heeft hem laten onthoofden.’ Vol afschuw kijken de mensen naar de boodschapper. Hoe kon Herodes dit ooit doen? En zijn zij nog wel veilig?
Vertelschets
- Ondertussen zit Herodes Agrippa, de kleinzoon van de kindermoordenaar van Bethlehem, op zijn troon. Hij heeft gehoord dat de Joden tevreden zijn met de dood van Jakobus. Zal hij nog meer christenen gevangen nemen? Misschien moet hij juist belangrijke christenen gevangen nemen en doden, zoals Petrus. Dan zullen er vast geen mensen meer christen willen worden.
- Een paar soldaten lopen snel door de straten. Ze gooien de deur van een huis open en pakken Petrus vast. ‘Meekomen!’ bevelen ze, ‘je wordt gevangen genomen in opdracht van Herodes!’
- Daar zit Petrus: links en rechts is hij met kettingen vastgemaakt aan een soldaat en bij de deur van de cel staat een soldaat op wacht. Bij de volgende deur staat er weer een soldaat. Omdat het paasfeest is, kan Herodes Petrus nog niet veroordelen en doden, maar na het paasfeest zal hij dit meteen afhandelen.
- Raakt Petrus in paniek omdat hij in de gevangenis zit en waarschijnlijk gedood zal worden? Wat zou jij doen? Zou je verschrikkelijk bang zijn? Kijk eens naar Petrus… hij gaat rustig liggen en valt in slaap. Hij weet dat de Heere hem beschermt in zijn leven en sterven.
- Ondertussen zijn er veel christenen bij elkaar gekomen in het huis van Maria. Eerst is Jakobus onthoofd en nu is Petrus gevangen genomen. Wat moeten ze doen? Met elkaar knielen ze neer en bidden tot de Heere of Hij Petrus wil verlossen. Want de Heere is toch sterker dan Herodes? Ze blijven bidden, ook al wordt het nacht…
- Terwijl Petrus in de gevangenis slaapt, voelt hij opeens iets aan zijn zij. Slaperig doet hij zijn ogen open en kijkt dan in een hemels licht. Daar staat een engel voor hem! ‘Sta snel op’, zegt de engel. De kettingen vallen van hem af. Hoe kan dat? ‘Doe je gordel om, trek je sandalen aan, sla je mantel om je heen en volg mij!’
- De soldaten die aan Petrus geketend waren, blijven gewoon doorslapen. En terwijl Petrus achter de engel aan loopt, gaat eerst de deur van de cel open en daarna de volgende deur. Dan gaat de ijzeren poort naar de straat open.
- De engel loopt met hem mee naar de volgende straat en dan is hij verdwenen. Petrus blijft staan. Dit gebeurt echt! Eerst dacht hij dat hij droomde, maar de Heere heeft hem door een engel uit de handen van Herodes gered. Hij weet niet dat de christenen vurig voor hem bidden! Hij zal naar het huis van Maria gaan, daar zijn de christenen meestal.
- In het huis van Maria zijn veel christenen bij elkaar gekomen om voor Petrus te bidden. Ze schrikken. Wordt er op de deur geklopt? Zo midden in de nacht? Wie is dat? ‘Rhodé, ga jij eens kijken wie dat is!’ Het dienstmeisje loopt naar de poort. Ze luistert: wie kan het zijn? Hoort ze dat goed? Dat is de stem van Petrus! Ja, hij is het echt! Ze is zo blij dat ze vergeet de poort voor hem open te doen. Ze rent weer naar binnen. ‘Petrus staat voor de poort!’ roept ze uit.
- ‘Wat?’ de mensen beginnen een beetje te lachen. ‘Je verzint het zeker?’ Maar Rhodé houdt vol: ‘Nee, het is Petrus, ik weet het zeker!’ Sommigen denken dat het een engel is.
- Opnieuw wordt er geklopt. Nu lopen er een paar mensen met Rhodé mee. En dan… het is Petrus! ‘Je bent het echt!’ roepen ze uit. Hij wenkt dat ze stil moeten zijn. Snel gaan ze naar binnen en daar vertelt Petrus alles.
- ‘Vertellen jullie wat er is gebeurd aan de anderen? Iedereen moet het weten’, zegt Petrus. ‘Maar nu moeten jullie mij helpen om veilig uit Jeruzalem te komen. Ik kan hier voorlopig niet blijven.’ Zo verlaat Petrus de stad.
- Als de wachters in de gevangenis de volgende dag wakker worden, schrikken ze vreselijk. Waar is Petrus gebleven? Ze hebben niets gemerkt en waar ze ook zoeken, ze vinden hem nergens. Wat is Herodes boos op de soldaten! Ze krijgen een vreselijke straf en Herodes vertrekt zelf ook uit de stad Jeruzalem. Hij sterft een poosje later een vreselijke dood.
Slotzin
De Heere luistert naar het gebed. Hij verhoorde de vurige gebeden van de christenen in Jeruzalem. Geloof jij ook echt dat de Heere gebeden verhoort?
Gesprek
- Voor wie kan dit wonder een troost zijn? (vervolgde christenen) Wat zou jij in de gevangenis hebben gedaan als je Petrus was? Hoe zou het komen dat de mensen Rhodé niet geloofden; ze baden er toch om? Wat vind je er van dat ze haar niet geloofden?
Samenvatting
De apostel Jakobus wordt door Herodes vermoord. Daarna neemt hij Petrus gevangen. Petrus wordt bewaakt door zestien soldaten. Maar de gemeente bidt voor hem. Terwijl Petrus geboeid tussen twee soldaten ligt te slapen, verschijnt er een engel. De ketenen vallen af en de engel vraagt hem te volgen. De deuren gaan vanzelf open, niemand van de wachten merkt iets. De engel verdwijnt en Petrus, beseffend dat het geen droom is, gaat naar het huis waar voor hem gebeden wordt. Het dienstmeisje Rhodé herkent zijn stem en zegt tegen de anderen dat Petrus voor de poort staat. Ze geloven haar niet maar als Petrus blijft kloppen en ze de poort opendoen, zien ze het met eigen ogen. Petrus vertelt alles wat er gebeurd is. De opschudding in de stad is groot.
Vragen
- Door hoeveel soldaten wordt Petrus bewaakt?
- Wat gebeurt er terwijl hij ligt te slapen in de gevangenis?
- Hoe reageren de mensen die voor Petrus bidden, als hij uiteindelijk bevrijd voor de poort staat?
- Herken jij het dat je voor iets bidt, maar niet oplet of de Heere je gebed verhoort?