Deze vertelschets gaat over Richteren 14 en hoort bij les T-B4 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
Bijbelgedeelte: Richteren 14
Context
Het volk Israël wordt onderdrukt door de Filistijnen. Dit is een straf van God, omdat het volk Hem verlaten heeft. Terwijl de situatie uitzichtloos lijkt, kondigt de Engel des Heeren, God Zelf, aan dat Manoach en zijn vrouw een kind zullen krijgen. Dit zal een Nazireeër zijn; Simson is zijn naam. Hij zal zijn volk tijdelijke verlichting van de straf geven.
Kerntekst
Psalm 3:4 Doch Gij, Heere! zijt een Schild voor mij, mijn eer, en Die mijn hoofd opheft.
Doelstellingen
- Aan de kinderen laten zien dat de Heere Simsons Schild wilde zijn, ondanks zijn zonden en dat Hij dat ook voor ons wil zijn.
- Zij beseffen dat Simson steeds weer zondigde, maar dat de Heere ondanks de zonde van Simson Zijn plan uitvoerde.
Zingen
- Psalm 3:2; 27:1; 46:1,4,6; 125:1; 136:4,11,24
- UMK - Simson is een sterke held
- ZB - God is getrouw / Machtig God / Nooit kan ’t geloof te veel verwachten
Geloofsleer
- HC vraag 21 - Een waar geloof
- HC vraag 94 - Het eerste gebod
Introductie
Neem een schild mee of laat een plaat zien van een ridder die een schild bij zich heeft. Praat over de functie van een schild en hoe je het gebruikt. Zeg dat je na de vertelling vraagt wat het schild met de geschiedenis te maken heeft.
Beginzin
Wat een mooi meisje is dat! Simson kan nergens anders meer aan denken, steeds weer ziet hij haar voor zich. ‘Ik wil met haar trouwen’, zegt Simson in zichzelf.
Vertelschets
- Maar de Heere heeft het de Israëlieten verboden om met iemand uit een heidens volk te trouwen. Toch gaat Simson naar zijn vader en moeder toe. ‘Ik heb een meisje gezien in het land van de Filistijnen’, zegt hij. ‘Ik wil graag met haar trouwen.’
- ‘Wat?’ Zijn vader en moeder schrikken. ‘Bij ons eigen volk zijn toch ook meisjes om mee te trouwen? Waarom ga jij naar de Filistijnen, naar de heidenen?’ vragen ze. Simson kijkt zijn vader en moeder aan. ‘Ik wil alleen met haar trouwen.’
- Ze geven toe en na een poosje gaan ze naar Thimnath, waar het meisje woont. ‘Weet je wat?’ denkt Simson, ‘als ik hier tussen de wijngaarden doorloop, kom ik straks ook weer bij de weg uit.’ Hij slaat af en neemt de weg tussen de wijngaarden door.
- Opeens schrikt hij. Brult daar een leeuw? Takken kraken en een jonge leeuw komt op hem af; het beest zal hem verscheuren! Het is te laat om te vluchten, maar Simson is niet bang. Hij voelt hoe een bijzondere kracht, de kracht van de Heilige Geest, in hem komt. Simson gelooft dat hij alles kan doen, als hij zijn hoop en vertrouwen alleen op God stelt.
- Hij pakt de leeuw bij zijn kaken en scheurt hem met zijn handen in tweeën. Een wapen heeft Simson niet nodig, hij gelooft in de Heere, Hij is zijn Wapen en zijn Schild!
- Geloof jij ook dat de Heere jou bij alles kan en wil helpen? Hij is de machtige God; bid tot Hem, want Hij wil ook jouw Schild en Hulp zijn.
- Simson laat de dode leeuw liggen. Hij vertelt niet aan zijn ouders wat er gebeurde.
- Als ze voor de bruiloft een poosje later weer langs de wijngaard komen, neemt Simson dezelfde weg. Wat is er met de leeuw gebeurd? Hij hoort het zachte zoemen van bijen. In het lichaam van de leeuw, dat in de warme zon verdroogd is, woont een zwerm bijen; er is een heleboel honing. Mmm, het is heerlijk zoet! Hij neemt wat mee voor zijn ouders.
- In Thimnath vieren ze de bruiloft, zeven dagen lang. Dertig bruidsjonkers moeten Simson tijdens het feest helpen.
- Simson zegt: ‘Ik heb een raadsel voor jullie. Als jullie het in deze zeven dagen kunnen oplossen, krijgen jullie allemaal een mooi bovenkleed en een onderkleed van mij. Maar als het jullie niet lukt, moeten jullie mij allemaal een bovenkleed en een onderkleed geven.’
- ‘Ha!’ denken de bruidsjonkers. ‘Dat is makkelijk!’ Ze zeggen: ‘Laat ons het raadsel maar horen, dan zullen wij het wel eens oplossen!’ Simson zegt: ‘Spijze ging uit van de eter, en zoetigheid ging uit van de sterke.’ Dat is lastig! Na drie dagen weten ze de oplossing nog niet.
- ‘Dit gaat niet goed zo’, zeggen ze. ‘Straks moeten wij Simson die kleren geven. Weet je wat? Zijn vrouw moet ons maar helpen.’
- Op de zevende dag weten ze de oplossing nóg niet. Ze krijgen het er benauwd van. ‘Zijn wij soms op de bruiloft uitgenodigd zodat jullie onze spullen zouden kunnen afpakken?’ vragen ze boos aan Simsons vrouw. ‘Ga naar Simson toe en laat hem de oplossing maar vertellen. Anders zullen wij je een lesje leren, dan zullen we jou en je familie, en ook het huis waar je woont, in brand steken!’
- Geschrokken gaat ze naar Simson toe: ‘Vertel mij toch wat de oplossing van het raadsel is’, zegt ze dringend. ‘Ik ben je vrouw, ik mag het toch wel weten? Of houd je soms niet zo veel van mij?’
- ‘Mijn eigen vader en moeder weten het niet’, zegt Simson, ‘zou ik het dan wel aan jou vertellen?’ Ze huilt net zo lang tot Simson de oplossing vertelt.
- Blij gaat de vrouw naar de mannen toe. ‘Ik weet de oplossing!’ juicht ze. De mannen gaan snel naar Simson: ‘Wat is zoeter dan honing? En wat is sterker dan een leeuw?’
- Wat is Simson boos! ‘Als jullie het niet aan mijn vrouw gevraagd hadden, zouden jullie het niet geweten hebben!’
- Nu moet Simson al die dertig mannen een bovenkleed en een onderkleed geven. Hij voelt hoe de Heilige Geest opnieuw bij hem komt. In een stad in de buurt valt hij de Filistijnen aan. Opnieuw is de Heere zijn Schild en zijn Wapen. Hij doodt dertig mannen en neemt hun kleren en geeft die aan de bruidsjonkers.
- Maar Simsons boosheid is niet over. Zijn vrouw heeft verkeerd tegen hem gedaan. Hij wil niets meer met haar te maken hebben. Hij vertrekt uit het land van de Filistijnen en gaat terug naar het huis van zijn vader en moeder.
Slotzin
De Heere riep Simson om Zijn volk te verlossen, terwijl Simson telkens weer zondigde, ook later. Als Simson alles alleen had moeten doen, was het volk nooit verlost. Maar de Heere hielp. Zo is de Heere nu nog met Zijn kinderen. Hij helpt hen om te blijven vechten tegen de zonden. Daarom zullen zij overwinnen: in Gods kracht.
Gesprek
Wat heeft het schild te maken met het verhaal van Simson? Hebben wij een schild nodig? Wat voor Schild een? Wie is dat Schild? Waar kan het ons tegen beschermen?
Simson was een knecht van God; God gaf hem kracht om bijzondere daden te verrichten. Ken jij andere voorbeelden van mensen die grote dingen konden doen met Gods hulp?
Gebeuren er nu ook nog bijzondere dingen? Wat bijvoorbeeld?
Samenvatting
Ondanks dat zijn ouders liever hebben dat Simson met een Israëlitische trouwt, geven ze toe en gaan met hem naar Timnath waar hij een Filistijns meisje ontmoette. Op weg naar de bruiloft vindt Simson in de leeuw honing. Hij legt dertig gasten een raadsel voor. Weten ze het antwoord, dan zullen ze kleding ontvangen. Via zijn vrouw weten ze uiteindelijk het juiste antwoord te bemachtigen en winnen de kleding. Om hun die te geven, doodt Simson dertig mannen uit Askelon.
Vragen
- Welk raadsel vraagt Simson aan de dertig Filistijnen?
- Waardoor heeft hij dit raadsel bedacht?
- Hoe komen de dertig achter het antwoord?
- Wat doe je als je een geheim hoort?
- Hoe loopt het af?