Deze vertelschets gaat over Handelingen 6:8-15 en 7:54-60 en hoort bij les B1.35 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
Bijbelgedeelte: Handelingen 6:8-15 en 7:54-60
Context
Het gaat goed met de kerk in Jeruzalem. In Handelingen 6:7 staat dat het Woord van God meer en meer bekend werd gemaakt en steeds meer mensen namen het aan, geloofden het. Toch blijft de kerk nog vooral in Jeruzalem, terwijl Gods opdracht was om het Evangelie te verspreiden. Uiteindelijk gebeurt dit wel, maar daarvoor moet eerst in Jeruzalem de vervolging uitbreken.
Kerntekst
Handelingen 7:56 En hij zeide: Ziet, ik zie de hemelen geopend, en de Zoon des mensen, staande ter rechterhand Gods.
Doelstellingen
- De kinderen beseffen dat Stefanus kon sterven omdat hij de Heere kende; dat Hij dicht bij Stefanus was.
- Ze begrijpen dat de Heere Zijn kinderen in moeilijke, gevaarlijke situaties niet alleen laat. Ze leren dat ze deze God zelf ook nodig hebben.
- Ze horen hoe Gods kerk met lijden en vervolging te maken krijgt, maar dat de Heere ervoor zorgt dat ze blijven geloven.
Zingen
- Psalm 3:2,3; 17:5,8; 27:1; 31:11,12,15; 34:4; 97:7
- ZB - Nooit kan ’t geloof te veel verwachten / Al zou de vijgenboom niet bloeien
- UMK - ‘k Stel mijn vertrouwen
Geloofsleer
- HC vraag 57 - Na de dood opgenomen in de hemel
- HC vraag 112 - Liegen
- DL I, 6 - Gods eeuwig besluit
Introductie
Vertel het waargebeurde verhaal over Pascuala:
Het vuur grijpt snel om zich heen. Het met benzine overgoten houten huisje is niet bestand tegen de woeste vlammen. Pascuala schrikt wakker. ‘Wakker worden! Ze steken ons huis in brand. We moeten vluchten. Snel!’
Pascuala (14) uit Mexico lag samen met haar broertje, twee zusjes en een nichtje te slapen toen het huisje waarin ze zich bevonden in brand werd gestoken. Het nichtje kon ontsnappen, maar haar broertje en zusjes kwamen om door het vuur. Zelf werd Pascuala erg gewond achter gelaten.
Weet je waarom dit verschrikkelijke gebeurde? Omdat ze christen is. Pascuala voelt nu, jaren later geen haat. Ze wil haar vijanden zelfs graag over God vertellen! Hoe dat kan? Door de genade van de Heere Jezus Christus, Die gestorven is om van vijanden vrienden te maken!
Beginzin
‘Kom, ga je mee naar Stefanus luisteren? Hij kan zo mooi over God en de Heere Jezus vertellen! Ik heb gehoord dat hij zelfs wonderen kan doen!’
Vertelschets
- Stefanus is één van de zeven diakenen, die aangesteld zijn om de armen te verzorgen en hun geld te geven als dat nodig is. Hij heeft van de Heilige Geest bijzondere gaven en kracht ontvangen.
- Er staat een hele groep mensen om hem heen. Ze zijn opgewonden, je ziet boosheid op hun gezichten en ongeloof. De mannen vallen Stefanus aan met hun woorden. Maar tot hun ergernis merken ze dat ze niet op kunnen tegen zijn wijsheid. De Heilige Geest vervult hem en geeft hem de woorden om te spreken.
- Dan worden ze woedend en bedenken ze een ander plan. Ze stoken mannen op om te zeggen: ‘Deze Stefanus spreekt kwaad van Mozes en zelfs van God.’ Dit veroorzaakt grote opschudding bij het volk, maar vooral ook bij de voornaamsten en Schriftgeleerden. Dit kunnen ze niet toelaten!
- Dat is juist de bedoeling en als Stefanus weer eens staat te preken, grijpen ze hem vast en sleuren ze hem mee naar de Joodse Raad. Die moet hem verhoren. Getuigen genoeg, al zijn het dan ook valse.
- Ze schreeuwen: ‘Hij zegt steeds lasterlijke woorden tegen de tempel en de Wet. Wij hebben hem horen zeggen dat Jezus de Nazireeër de heilige plaats zal afbreken en de wetten veranderen zal die Mozes ons gegeven heeft.’
- De hogepriester vraagt aan Stefanus: ‘Is dit zo?’
- Iedereen kijkt naar Stefanus. Wat zal hij antwoorden? Is hij bang?
- Dan zien ze iets heel wonderlijks: het gezicht van Stefanus straalt als dat van een engel! Stefanus is niet bang. De Heere Jezus Zelf is bij hem. Daarom is er grote vrede en blijdschap in zijn hart. Hij voelt in zijn hart al iets van de hemelvreugde.
- Maar ook dit brengt hen niet tot bekering. Ze willen horen hoe hij zich verantwoordt en als hij durft volhouden zullen ze hem straffen. Maar Stefanus spreekt en zegt hen eerlijk de waarheid. Hij zegt hen dat ze ongelovig en ongehoorzaam geweest zijn en dat ze de Zaligmaker hebben gedood.
- Als ze dat horen, worden ze woedend. Maar nog is Stefanus niet bang.
- Stefanus kijkt naar de hemel. Hij ziet de heerlijkheid van God. Hij ziet Jezus staan aan de rechterhand van God. Hij weet dat de Heere Jezus dicht bij Hem is. Zijn gezicht straalt van vreugde. Hij juicht: ‘Ik zie de hemel open, ik zie Jezus, de Zoon des mensen, staande aan Gods rechterhand!’
- ‘Zwijg, zwijg,’ schreeuwen ze. ‘Hij moet wég, hij moet sterven!’ ‘Stenigen,’ krijsen ze, ‘ja, we zullen hem sténigen!’ Ze stormen naar hem toe, grijpen hem vast en sleuren hem de zaal uit, de stad door, tot ze buiten zijn. Daar trekken ze hun jassen uit. Wie zal daar op passen? O, dat zal Saulus wel doen, een jongeman die het er volkomen mee eens is, dat deze oproermaker gedood wordt.
- Stenen vliegen door de lucht en treffen Stefanus, tegen zijn hoofd, zijn lichaam, zijn benen. Gewond valt hij neer. Hij weet dat hij sterven gaat. Kan de Heere hem dan niet verlossen? Ja, de Heere zal hem verlossen. De vijanden kunnen zijn lichaam doden, maar zijn geest kunnen ze geen kwaad doen. Stefanus weet dat hij naar de Heere zal gaan en daarom kan hij rustig sterven.
- Als hij voelt dat zijn einde komt, roept hij: ‘Heere Jezus, ontvang mijn geest.’ Nog even en dan is hij in de eeuwige heerlijkheid bij zijn Zaligmaker.
- Maar hoe zal het gaan met zijn vijanden? Stefanus is een echte discipel en de Heilige Geest woont in zijn hart. Daarom kan hij vergeven. Hij bidt zelfs voor zijn vijanden: ‘Heere, reken hun deze zonde niet toe!’ Hetzelfde gebed als de Heere Jezus bad aan het kruis.
- Dan sterft hij, als een overwinnaar. Hij heeft zijn Zaligmaker beleden en ontvangt nu de kroon, die voor hem weggelegd is in de hemel.
- Daar mag iedereen komen die in de Heere Jezus gelooft. Als je Hem niet kent, mag je niet bij Hem horen!
- Vrome mannen nemen het lichaam van Stefanus mee en begraven het. In de gemeente is grote rouw. Wie zal de plaats van deze wijze, Godvrezende discipel innemen? Veel mensen vluchten weg uit Jeruzalem.
Slotzin
De vijanden denken wel dat ze overwonnen hebben, maar Stefanus’ dood brengt geen vrede in hun hart. Stefanus gaat naar de hemel, waar hij voor eeuwig gelukkig is bij zijn God en Zaligmaker.
Gesprek
- Waarom hadden de Joden zo’n hekel aan Stefanus?
- Wie was er gelukkiger: Stefanus of de Joden? Deze geschiedenis laat zien dat er twee soorten mensen zijn; leg eens uit wat daarmee bedoeld wordt.
- Hoe kan het dat Stefanus uiteindelijk nog medelijden had met zijn vijanden en voor hen bad?
- Wat vertelt het verhaal van Pascuala? Hoe kun je als christen staande blijven als je vervolgd wordt?
- Wat doen diakenen?
Samenvatting
Eén van de diakenen, Stefanus, is vol van geloof en doet veel wonderen onder het volk. Mensen van de synagoge zijn het niet met hem eens en gaan er fel tegenin. Maar ze kunnen niet tegen hem op, vanwege de wijsheid die hij ontvangt van de Heilige Geest. Hierdoor worden ze erg kwaad en beweren dat Stefanus verkeerde dingen heeft gezegd over Mozes en God. Ze stoken het volk en de Schriftgeleerden op, waardoor Stefanus gevangen genomen wordt en voor de raad moet verschijnen, waar hij een preek houdt. Stefanus ziet de hemel geopend en de Heere Jezus staande, naast de Vader. Terwijl zij hem stenigen, bidt hij of de Heere Jezus zijn geest wil ontvangen en hen deze zonde niet toe wil rekenen.
Vragen
- Wie geeft Stefanus de wijsheid in het spreken? Wat kunnen wij daarvan leren?
- Waarom zijn ze zo kwaad op Stefanus?
- Wie ziet Stefanus in de hemel?
- Wat bidt Stefanus tijdens zijn steniging?