Oog voor anders begaafde kinderen en jongeren

De diversiteit van kinderen en jongeren in een gemeente blijkt ook uit de diverse gaven en talenten die kinderen en jongeren gekregen hebben van hun Schepper. Deze themapagina biedt informatie over kinderen en jongeren met gedragsproblemen en/of een handicap in de kerk.

Anders begaafde kinderen en jongeren in de kerk

Met deze themapagina over anders begaafde kinderen en jongeren in de kerk bieden we voor alle kerkelijk werkers, leidinggevenden en ambtsdragers informatie over gemeenteleden die anders begaafd zijn. Elke gemeente heeft zulke leden. We zijn ons ervan bewust dat dit om een hele diverse groep gaat. Iemand die doof of blind is heeft een hele andere beperking dan iemand die het syndroom van down heeft. Een kind met ADHD of een lichamelijk gehandicapt kind is een heel verschil. Eén ding hebben ze allemaal gemeen, dat is dat er zorg en aandacht in de gemeente nodig is om hen te helpen mee te doen op hun eigen manier aan het gemeenteleven. Het is belangrijk om als gemeente oog voor deze gemeenteleden te hebben, want het is voor hen niet altijd makkelijk, en soms onmogelijk, om actief deel te nemen aan het gemeenteleven zoals anderen dat gewend zijn.

Kerk versus de maatschappij
In de maatschappij worden mensen met een handicap vaak ondergewaardeerd. Wanneer bij een 20 weken echo blijkt dat er een kindje met een handicap verwacht wordt, vindt men een abortus over het algemeen een hele gerechtvaardigde keuze. Ouders die er toch voor kiezen hun kindje in liefde te ontvangen worden soms vreemd aangekeken.
Wanneer het kind geen handicap heeft maar anders is vanwege een stoornis in het autistische spectrum zijn er allerlei plaatsen waar deze kinderen opgevangen kunnen worden. Onze maatschappij kent vele instellingen en organisaties die zich bezighouden met mensen die in een bepaalde doelgroep vallen. In de kerk is dat anders, uniek. De kerk is een plaats waar mensen van alle leeftijden samenkomen, mensen met allerlei soorten karakters, met verschillende gaven en talenten, zieke en gezonde mensen, mensen uit alle lagen van de maatschappij.

De diversiteit in het lichaam van Christus brengt een grote verantwoordelijkheid met zich mee

Paulus leert ons dat een gemeente moet functioneren als een lichaam. Het lichaam van Christus. Al die diversiteit is nuttig en nodig. Maar deze diversiteit brengt ook een grote verantwoordelijkheid met zich mee. Wij moeten elkaar in de gemeente op waarde schatten. Oog voor elkaar hebben. De ander helpen. Want alleen of met een klein deel kan een gemeente niet functioneren. Zoals ook in een lichaam elk deel zijn eigen unieke functie heeft. Paulus verwoordt het als volgt in 1 Korinthe 12:

“Maar nu heeft God de leden, elk van hen afzonderlijk, in het lichaam een plaats gegeven zoals Hij gewild heeft. Als zij alle één lid waren, waar zou het lichaam zijn? Nu echter zijn er wel veel leden, maar is er slechts één lichaam. En het oog kan niet zeggen tegen de hand: Ik heb je niet nodig, of vervolgens het hoofd tegen de voeten: Ik heb jullie niet nodig.
Ja, meer nog, de leden van het lichaam die de zwakste schijnen te zijn, zijn echter juist noodzakelijk. En aan de leden van het lichaam die wij als minder eervol beschouwen, verlenen wij groter eer en onze oneerbare leden krijgen een grotere eer. Onze eerbare leden echter hebben dat niet nodig. Maar God heeft het lichaam zo samengesteld, dat Hij aan het lid dat tekortkomt, groter eer gaf, opdat er geen verdeeldheid in het lichaam zou zijn, maar de leden voor elkaar gelijke zorg zouden dragen.”

God keert alles om
In het koninkrijk van God gelden andere principes dan in onze maatschappij. Juist het zwakke heeft Zijn bijzondere zorg en aandacht. Dat blijkt uit vele Bijbelpassages. In de tijd dat de Heere Jezus over de aarde wandelde zocht Hij de zieken op. Hij had aandacht voor degenen die door mensen veracht of genegeerd werden. Deze bijzondere zorg en aandacht van de Heere Jezus was al door de profeet Jesaja voorzegt.

Hij zal komen en u verlossen. Dan zullen de ogen van de blinden worden opengedaan, de oren van de doven zullen worden geopend. Dan zal de kreupele springen als een hert, de tong van de stomme zal juichen.

Jesaja 35:4b-6a

Omzien naar elkaar
De mens is niet als gehandicapte geschapen. Het is een gevolg van de zondeval dat er mensen met gebreken zijn. Daarom is Gods ontferming ook zo groot over hen. In navolging van Christus mogen wij ook met liefde naar hen omzien. Vanuit Mattheus 25 mogen we ook zeggen dat de vraag naar ons omzien naar gehandicapten zal dienen op de dag van de wederkomst van Christus.

Methodes, materiaal en activiteiten voor catechese, jeugdwerk en Bijbelkring

Sommige anders begaafde kinderen en jongeren hebben speciaal materiaal nodig wat helpend is om hen op een begrijpelijke manier leerstof aan te bieden. Er zijn diverse organisaties die in dit materiaal kunnen voorzien. We bieden een overzicht van de mogelijkheden.

Verwerking

Als er anders begaafde kinderen en jongeren aan het jeugdwerk deelnemen in jullie gemeente is het zinvol om tijdens een vergadering voor het jeugdwerk hier eens specifieke aandacht aan te besteden.

Hoe ga je als leidinggevende of jeugdambtsdrager met dit kind of deze jongere om? Onderstaande casussen en gespreksvragen kunnen jullie gebruiken om eens van gedachten te wisselen met elkaar. Daarnaast is het van groot belang dat je als leidinggevende of ambtsdrager goed contact zoekt met de ouders. Zij kennen hun eigen kind het beste, en weten ook wat hun kind in de gemeente nodig heeft.

Eventuele gespreksvragen

  1. Tim heeft last van tics. Hij heeft een niet te bedwingen gewoonte met zijn linkervoet te gaan zitten tikken. Zijn moeder gaf aan dat je hem maar het beste zijn gang kunt laten gaan. Als je er wat van zegt, kan dat zich uiten in ander oncontroleerbaar gedrag. Tijdens het club-uur gebeurt het. Tim begint met zijn linkervoet te tikken. Jij kijkt even, maar zegt niets. Even later zitten alle jongens met hun linkerbeen te tikken. Hoe voorkom je dat een gewoontehandeling van een kind door anderen wordt overgenomen?
  2. Bij de hoogste groep behandel je de 'Ik ben' woorden van de Heere Jezus. Dennis begrijpt er helemaal niets van. Hoe kan de Heere Jezus nu zeggen: 'Ik ben het Brood des Levens'? Allereerst is de Heere Jezus een mens en ten tweede kan een brood niet praten. Hoe maak je aan autistische kinderen duidelijk wat je bedoelt?
  3. Je hebt een prachtige PowerPoint gemaakt. Wanneer de kinderen binnen komen zie je dat Linda haar broertje Sam meegebracht heeft. Sam woont bij Bartimeüs en is normaal gesproken op een doordeweekse dag niet thuis. Wat doe je?
  4. Esther is nogal teruggetrokken. In de supermarkt hoor je dat haar ouders gaan scheiden. Bij het binnenkomen van de kinderen let je extra op Esther. Ze kijkt wat schichtig om zich heen en ziet jou kijken. Ze wordt rood en kijkt een andere kant uit. Hoe reageer je?

Toerusting

Wanneer je te maken krijgt met anders begaafde kinderen en jongeren is het goed om je regelmatig even te verdiepen in de situatie. Wat heeft het kind of de jongere van je nodig? Hoe kan je hen optimaal bij het gemeenteleven betrekken? En hoe bied je samen met de andere gemeenteleden hen kinder- en jeugdwerk op maat? Onderstaand bieden we een overzicht van informatieve artikelen die je kunnen helpen om toegerust aan de slag te gaan.

Doel van het jeugdwerk

Zorg voor elkaar in de gemeente heeft als doel de verheerlijking van God. We mogen ons inspannen in de wetenschap dat wat door de wereld dwaas gevonden wordt, door God is uitverkoren om de wijzen te beschamen. Dan is het werk met anders begaafden in de gemeente, werk met een belofte!

“Maar het dwaze van de wereld heeft God uitverkoren om de wijzen te beschamen, en het zwakke van de wereld heeft God uitverkoren om het sterke te beschamen. En het onaanzienlijke van de wereld en het verachte heeft God uitverkoren, en wat niets is, om wat iets is teniet te doen, opdat geen vlees voor Hem zou roemen.
Maar uit Hem bent u in Christus Jezus, Die voor ons is geworden wijsheid van God en gerechtigheid, heiliging en verlossing, opdat het zal zijn zoals geschreven staat: Wie roemt, laat hij roemen in de Heere!” (1 Korinthe 1)