Dit citaat komt uit het boekje ‘Daadkracht’, geschreven door Laurens Snoek. De citaten zijn ‘denkprikkels’ voor opvoeders die betrokken zijn op doeners in de kerk. In de toelichting wordt een stukje uitleg gegeven.
Sommige denkers laten zich in hun godsdienstige ontwikkeling meer leiden door redenen en argumenten dan door de persoon die ze uitspreekt.
Bij de meeste jongeren, en zeker bij doeners, is het andersom.
Laten we daarom in de opvoeding altijd woorden geven aan onze persoonlijke overtuiging, ook als we geen (sluitende) argumenten hebben.
Kom niet te veel en niet te weinig met jezelf
Toelichting
Wie vaak zegt: ‘Maar ik vind …’ vinden wij vaak ongeloofwaardig. Innerlijk houden we een beetje afstand van zo iemand, zelfs als hij helemaal gelijk heeft.
Wie echter nooit of bijna nooit met zijn persoonlijke gevoelen komt, zet zichzélf op afstand. We weten niet goed wat we aan zo iemand hebben.
Niets is in de godsdienstige opvoeding van doeners en denkers belangrijker dan dat we onszelf zijn. Hebben we duidelijke opvattingen en veel woorden tot onze beschikking? Laten we die gewoon gebruiken. En vervolgens extra oplettend zijn op onze daden.
Hebben we niet zulke grootse overtuigingen en weinig woorden tot onze beschikking? Laten we dan vooral spreken met onze houding en daden. En vervolgens extra moeite doen om deze toch te kunnen uitleggen.
Dan zal blijken dat doeners op zijn tijd goed kunnen luisteren naar argumenten. En dat denkers zich, tegen hun wil, vaak meer laten leiden door onze persoonlijkheid en uitstraling dan door onze argumenten.
