Deze bijbeltekst met daarbij een korte uitleg hoort bij les A1.9, B1.33 en B2.41 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
Thema
- De Naam van God (A1.9)
- Gevangen en weer vrij (B1.33)
- Petrus en Johannes (B2.41)
Bijbelgedeelte
- 1 Samuël 17 (A1.9)
- Handelingen 4:1-31 (B1.33 en B2.41)
Tekst SV
En de zaligheid is in geen Anderen; want er is ook onder de hemel geen andere Naam, Die onder de mensen gegeven is, door Welke wij moeten zalig worden.
Tekst HSV
En de zaligheid is in geen ander, want er is onder de hemel geen andere Naam onder de mensen gegeven waardoor wij zalig moeten worden.
Uitleg
A1.9
De Naam van Jezus, Redder, is gegeven om zalig te worden. Alleen door Hem kunnen we deze redding ontvangen.
B1.33
Johannes en Petrus hebben een zieke man mogen genezen. Daarvoor moeten ze zich voor het Sanhedrin, de Joodse Raad, verantwoorden. Petrus neemt die gelegenheid te baat om aan het Sanhedrin dat destijds Jezus ter dood had veroordeeld te verkondigen dat dank zij deze Jezus, Die weer uit de doden is opgestaan, de zieke is genezen. En hij wijst hen erop dat er buiten de Naam van Jezus nergens in de wereld zaligheid is te verkrijgen. Alleen door Hem moeten de leiders van Israël - en moeten ook wij - zalig worden.
B2.41
De prediking van Johannes en Petrus bevat Christus, alleen door Zijn naam kunnen we zalig worden. Die zaligheid is in geen anderen te vinden dan in Christus alleen, waardoor wij moeten zalig worden.