Dit Psalmvers met daarbij een korte uitleg hoort bij les B4.23, C3.24, C3.25, C2.32 en C2.33 van de zondagsschoolmethode van het LCJ en de BHZ.
Thema's
Dit psalmvers wordt gebruikt bij meerdere thema's:
- De eerste discipelen (B4.23)
- De bruiloft in Kana (C3.24)
- Jaïrus' dochtertje opgewekt (C3.25)
- De tweede wonderbare spijziging (C2.32)
- Zacheüs (C2.33)
Psalmtekst
Opent uwen mond,
eist van Mij vrijmoedig,
op Mijn trouwverbond.
Al wat u ontbreekt,
schenk Ik, zo gij 't smeekt,
mild en overvloedig.
Uitleg
B4.23
Je mond openen: bidden. Vrijmoedig eisen: met sterke aandrang openhartig iets vragen aan de Heere. Daarbij Hem wijzen op de trouw van Zijn verbond. De Heere geeft royaal wat Hij beloofd heeft en waar we om verlegen zitten. Denk aan de beloften van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest bij onze doop.
C3.24
Open je mond, alles wat je nodig hebt mag je vragen! Niet omdat wij het hebben verdiend. Maar vanwege Gods trouwverbond, het komt van Zijn kant, genâde.
C3.25
De Heere geeft zelfs meer dan je verwacht, overvloedig. Jaïrus vroeg om genezing. De Heere Jezus wekte het dochtertje op uit de dood. Ga met al je zorgen naar de Heere toe.
C2.32
We mogen de Heere vragen, vrijmoedig eisen, wat we nodig hebben. Hij is de Verbondsgod, Die beloofd heeft te zorgen voor Zijn volk. Ook Jezus geeft wat het volk nodig heeft.
C2.33
Wat wij niet hebben, wil de Heere overvloedig geven. Zacheus had veel, maar hij miste de vrede van God. Jezus gaf hem vergeving. Zo mogen ook wij dat vragen en verwachten.