Bijbelgedeelte: Jesaja 38

Context
Als Hizkia de boodschap van Rabsaké gehoord heeft, zoekt hij via de profeet Jesaja hulp bij de Heere. De Heere laat hem weten dat Hizkia zich niet bezorgd
hoeft te maken over de Assyriërs, want Hij Zelf zal uitkomst geven. Rabsaké trekt weg, Sanherib wordt door zijn zonen vermoord.

Kerntekst

• Jesaja 38:2b - en hij bad tot de HEERE.
• Jesaja 38:14b - Wees Gij mijn Borg.

Doelstellingen

• De kinderen horen hoe Hizkia na de bevrijding uit de hand van de Assyriërs wonderlijk wordt genezen.
• Ze weten dat God een God van wonderen is en worden opgeroepen op Hem te vertrouwen.

Zingen

• Psalm 30; 66:8; 68:10
• ZB - U bent mijn schuilplaats Heer’ / Wat God doet dat is welgedaan / Wie op de Heer’ vertrouwen / ‘k Stel mijn vertrouwen

Geloofsleer

• HC zondag 10 - De voorzienigheid van God
• NGB art. 13 - De voorzienigheid van God

Vooraf
Bij deze geschiedenis wordt (gedeeltelijk) een Bijbelleesles aanbevolen. Je kunt ervoor kiezen het eerste gedeelte te vertellen en het lied van Hizkia met een Bijbelleesles te bespreken. Kopieer van tevoren dit Bijbelgedeelte (m.b.v. bijvoorbeeld www.statenvertaling.info is de tekst snel te kopiëren zonder dat je hoeft over te typen) en eventueel de in de exegese genoemde teksten. Voor het
leesgemak van de kinderen is het aan te bevelen de tekst uit te vergroten op een A-4.

Introductie
Spurgeon vroeg eens iemand hoe het met zijn zieke vriend ging. Die persoon schudde zijn hoofd en zei: ‘Helaas, ik moet zeggen dat het niet lang meer duren kan. Het is nog maar een kwestie van tijd. Zijn leven hangt aan een draad.’ Het antwoord van Spurgeon was kort en bondig: ‘Dat is met mij ook zo…’

Beginzin
Wat heeft de Heere wonderlijk geholpen. Als Hizkia terugkijkt op de afgelopen jaren, moet hij erkennen dat hij reden genoeg heeft de Heere te danken. Hoe heeft de Heere laten zien dat Hij God is. Dat Hij niet met Zich laat spotten.

Vertelschets

• De Heere heeft zo duidelijk laten merken dat een mens op Hem kan vertrouwen: Hij beschaamt de hoop en het vertrouwen van mensen niet. Andere goden? Ze zijn van hout of steen. Hij is de enige, ware God.
• Maar nu, na die periode vol voorspoed is alles veranderd. Hizkia is heel erg ziek geworden. Hij draait zijn hoofd naar de muur. Hij voelt zich ziek, erg ziek. Wat hem het meeste raakt, is dat hij weet dat hij niet beter zal worden.
• Hij denkt terug aan de woorden van Jesaja. De Heere had de profeet opdracht gegeven Zijn woorden te spreken: ‘Geef bevel aan uw huis…’ Hij moet zijn testament maken, want hij zal sterven.
• Hoe zou jij reageren als je dat zou horen?
• Hizkia doet het enige wat hij kan doen, hij bidt. Hij herinnert de Heere aan alles wat hij gedaan heeft. Hoe hij de tempeldienst hersteld heeft, hoe hij het volk voorging in de dienst van de Heere. Zeker, Hizkia weet heel goed dat ook hij alleen van genade kan leven. Hij kan niets verdienen. Maar hij heeft wel met een eerlijk hart, oprecht, de Heere gediend. Komt daar nu een eind aan?
• ‘Ga terug naar Hizkia en zeg hem dat hij zal genezen!’ Nog voordat Jesaja het paleis verlaten heeft, waar hij de koning deze ingrijpende boodschap moest brengen, spreekt de Heere opnieuw tot de profeet. Hij mag een blijde boodschap brengen.
• Zo kan het gebeuren dat de Heere jou antwoordt als je in de Bijbel leest, of als je een preek hoort.
• ‘Koning, de Heere heeft uw gebed gehoord, Hij heeft uw tranen gezien. U zult nog vijftien jaar leven.’ Hizkia draait zich om op zijn bed en hoort de woorden van Jesaja aan. Als de profeet uitgesproken is, brengen enkele dienaren een klomp vijgen die ze op de aangetaste plek leggen. Hizkia geneest.
• ‘Kijk eens wat daar gebeurt!’ Vol ontzag en verbazing wijzen de mensen in Jeruzalem elkaar op de zon. Die volgt niet zijn baan naar het westen, maar draait tegen haar baan in, terug naar het oosten. Dit is het teken dat de Heere beloofd heeft aan Hizkia, zodat hij zeker weet dat hij genezen zal. De Heere laat iedereen zien dat Hij alle macht heeft, in de hemel en op de aarde.
• Kun je begrijpen dat Hizkia vol vreugde een lied zingt? Laten we dit lied, tot eer van God, met elkaar lezen.

Vers 10-13

• Wat zegt de koning op verschillende manieren in deze verzen?

Vers 14

• Met wie vergelijkt hij zich?
• Tot Wie richt hij zich?
• Hoe noemt hij de Heere?
• Wat vraagt hij van de Heere? Leg dat eens uit.

Vers 17

• Hoe heeft hij zijn genezing ervaren?
• Wat betekent de laatste zin van dit vers?
• Wat betekent het voor jou als je deze woorden uit mag spreken?
• Hoe kan de Heere onze zonden achter Zijn rug werpen, er nooit meer aan denken? Door Wie kan dat?

Vers 18-19

• Wat zegt Hizkia over het graf?
• Welke tegenstelling zie je in deze twee verzen?

Vers 20

• Wat is Hizkia’s reactie op zijn genezing?
• Wat doe jij als je weer beter bent geworden?

Gespreksvragen
Hier worden andere goden, goden van hout of steen genoemd. Zijn er nu ook nog andere goden?
De Heere liet de profeet Jesaja Zijn boodschap aan Hizkia brengen. Als jij vragen hebt en je brengt die in het gebed bij de Heere, hoe kan Hij je dan antwoorden?
Denk nog eens aan wat Spurgeon zei; wat betekent het dat je leven aan een draad hangt? Wat voor les brengt dat mee voor jou en mij?