Bijbelgedeelte: Jeremia 13:1-14

Context
Jeremia woont in het priesterstadje Anatoth. Al jong roept de Heere hem tot profeet. Als hij tegensputtert, belooft God dat Hij hem zal beschermen. Dat is ook nodig, want Jeremia moet het oordeel aanzeggen. Het volk wil niet luisteren en reageert vijandig. In hoofdstuk 11 wordt zelfs gesproken over een samenzwering tegen Jeremia. Vlak voor hoofdstuk 13 heeft Jeremia geprofeteerd dat het land verwoest zal worden, maar ook dat de Heere Zich weer over hen zal ontfermen en de vijanden zal straffen.

Kerntekst
Jeremia 13:9 Zo zegt de Heere: Alzo zal Ik verderven de hovaardij van Juda, en die grote hovaardij van Jeruzalem.

Doelstellingen

De kinderen leren dat God heel erg geduldig is, maar ook vol toorn over de zonde.
Ze horen dat de straf echt zal komen; ook het koningshuis, de priesters en de profeten zullen erin delen.
De verschrikkelijke straf toont hun hoe erg de zonde is in Gods ogen.
Ze beseffen dat de oordeelsprofetie gericht is op bekering.

Zingen

Psalm 81:13,14,15
UMK - Ik heb je bij je naam geroepen
ZB - Gij die van God zijt afgedwaald

Geloofsleer

HC zondag 3 - Levensdoel; zonde
DL2, 1-7 - Verlossing door Christus

Introductie
Jan rijdt hard op zijn fiets naar huis. Gauw, want zijn lamp is kapot en het is al donker. Het is toch later geworden dan hij dacht. Ineens vliegt er rakelings een auto langs hem heen. Jan kan nog net zijn stuur de andere kant op gooien, hij valt in de berm maar gelukkig… alleen wat schrammen. Zijn hart bonst van de schrik, oef kon die vent niet even uitkijken!
‘Zo jongen, dat komt er nu van’ klinkt het plotseling naast hem. Jan schrikt nog erger. Naast hem staat een agent. ‘Ik zag het gebeuren, maar die automobilist kon jou niet zien, kerel! Ik hoop dat je er wat van geleerd hebt, enne… de volgende keer zal ik je toch niet hoeven te bekeuren?’
‘Nnee meneer, jja meneer’, stottert Jan verlegen.

Beginzin
De agent geeft Jan een waarschuwing. Hij hoopt dat Jan luistert, zodat hij hem niet echt hoeft te bekeuren. De Heere geeft ook zulke waarschuwingen aan zijn volk. Hij wil dat de mensen zich dan bekeren, zodat Hij hen niet hoeft te straffen. Maar als ze niet luisteren, dan komt de straf wel.

Vertelschets

Het is druk op de markt. Veel kooplieden prijzen hun waren aan. Hé, daar loopt Jeremia ook! Wat doet hij hier? Kijk, hij loopt naar de kraam waar gordels verkocht worden.
Een gordel draagt iedereen. Daarmee kun je je kleren langer en korter maken. Als je stil staat of rustig loopt, kan je kleed tot op de grond hangen, maar als je op reis bent, trek je je mantel hoger en met je gordel maak je het vast. Je kunt dan makkelijker lopen. Aan zo’n gordel kun je vaak ook zien hoe rijk iemand is, dan is hij mooi versierd of van kostbare stof gemaakt.
Jeremia koopt een stevige linnen gordel. Even later staat hij op een open plek en roept luid: ’De Heere heeft tegen mij gezegd: ‘Koop een linnen gordel, doe hem aan en was hem niet!’’ Daarna keert hij zich om en gaat naar huis.
De mensen hebben het gehoord. O, dat is die onheilsprofeet weer. Ze kennen Jeremia wel en de meesten hebben een hekel aan hem. Nog niet zo lang geleden was er een samenzwering tegen hem, maar die mislukte. Maar… wat is zijn boodschap kort vandaag. Vreemd hoor!
Een poosje later loopt Jeremia weer door de stad. Het lijkt wel of hij van plan is om op reis te gaan. Hij heeft de nieuwe gordel om.
’De Heere heeft tegen mij gezegd: ‘Neem de gordel die u gekocht hebt, die aan uw lenden (om uw middel) is en ga op reis naar de Frath en verstop hem daar in de kloof van een steenrots!’’ Jeremia luistert meteen. Iedereen ziet dat hij op reis gaat. Misschien hebben de mensen wel gevraagd waar hij naar toe ging. Hij heeft het hun vast verteld.
Jeremia gaat naar de rivier. Het is niet zeker naar welke rivier hij precies ging. Het Hebreeuwse woord wordt gebruikt voor de rivier de Eufraat in het land Babel, maar ook voor een klein riviertje in Israël. Hij verstopt de gordel en keert terug. De mensen schudden hun hoofd en zeggen tegen elkaar: ‘De profeet doet zo wonderlijk, begrijp jij dat nu? Wie verstopt nu een nieuwe gordel bij een rivier!’
Na een hele lange tijd moet Jeremia van de Heere de gordel weer ophalen. Als hij hem tevoorschijn haalt, is hij helemaal vergaan. Er is bijna niets van over. Zo’n vod kun je niet meer als gordel gebruiken.
Als Jeremia terugkomt in de stad roept hij het luid, met de half vergane gordel in zijn handen: ‘Zo zegt de Heere: ‘Mijn volk zal worden als deze gordel, die nergens meer voor deugt. Want ik had hen als een gordel om mijn lenden, zodat iedereen zou kunnen zien welk een heerlijke God zij dienden. Maar zij hebben Mij niet gehoorzaamd en zich voor andere goden gebogen en iedereen doet wat goed is in zijn eigen ogen.’’ Jeremia zegt nog meer: ’Zo zegt de Heere: Alle flessen zullen met wijn gevuld worden.’
Nu beginnen sommigen te lachen. Ze zeggen: ’Natuurlijk, dat weet toch iedereen? Het zal een overvloedig wijnjaar zijn. Dat hebben onze profeten immers beloofd? We zullen volop feest kunnen vieren. We zullen eten, drinken en vrolijk zijn!’
Jeremia kijkt ernstig en heel bedroefd. ‘De profeten die dat gezegd hebben, zijn geen profeten van de Heere, maar valse profeten’, zegt hij. ‘Alzo zegt de Heere. Alle inwoners van dit land, zelfs de koningen en priesters en profeten en alle inwoners van Jeruzalem zullen dronken worden van Mijn toorn. Ik zal hen zo erg straffen dat ze net als een dronken man niet zullen weten wat ze moeten doen. Ik zal ze als wijnkruiken in stukken slaan en verstrooien.’
Het is heel stil geworden. Sommige mensen kijken vol verbazing, anderen worden toch een beetje bang als ze kijken naar het ernstige gezicht van Jeremia. Iedereen ziet de gordel die eerst nieuw was, maar nu een vod is geworden. Er zijn er ook die spottend lachen.

Slotzin
Voordat Jeremia teruggaat naar zijn huis zegt hij: ’Als jullie je niet bekeren van al jullie zonden zal dit zeker gebeuren, want de Heere heeft het Zelf tegen mij gezegd!
De Heere is zo genadig dat Hij je nog laat waarschuwen. Hij wil niet dat je verloren gaat, maar dat je eeuwig zult leven!’

Gesprek

Wat zou dit betekenen: ‘Dronken worden van Gods toorn’? Hoe zou jij reageren als iemand een opdracht uit moet voeren die voor jou erg vreemd lijkt?
God liet Israël waarschuwen. Word jij ook wel eens gewaarschuwd? Waarom eigenlijk en door wie?
Wat is jouw reactie daarop? Jeremia zei dat het volk zich moest bekeren. Kan dat eigenlijk wel, jezelf bekeren? En wat is dan bekering?
God heeft je ook beloofd dat Hij je Zelf wil bekeren. Wanneer was dat? (Bij je doop.) Hoe lang blijft de Heere je oproepen je te bekeren? Wat voor gevolgen heeft het voor je als je tot geloof komt?

Samenvatting
Jeremia moet een linnen gordel kopen en die gaan verstoppen in een rotskloof bij de rivier Frath. Na lange tijd moet hij die opzoeken en dan blijkt de gordel totaal vergaan te zijn. De gordel staat voor Israël. Zo dicht bij het lichaam als de gordel was, zo was Israël voor de Heere. Ze zijn echter ongehoorzaam geweest en daarom zal de Heere hen straffen. Ze zullen in ballingschap worden gevoerd.

Vragen