Bijbelgedeelte: Lukas 15:1-7

Context
De Farizeeën en Schriftgeleerden ergeren zich voortdurend aan de prediking van de Heere Jezus. Ze ergeren zich helemaal aan het feit dat de Heere Jezus omgaat met zondaren. En wanneer de Heere dat hoort gaat Hij een gelijkenis vertellen. Verder in dit hoofdstuk vertelt hij nog twee gelijkenissen met de zelfde strekking.

Kerntekst
Lukas 15:7 Dat er alzo blijdschap zal zijn in de hemel over een zondaar, die zich bekeert.

Doelstelling

De kinderen beseffen dat de Heere Jezus kwam voor hen die zich als zondaar leren kennen. Hij zoekt zondaren.
Ze weten dat degenen die goed zijn in hun eigen oog Hem niet nodig hebben als Zaligmaker.
Ze zijn zich er van bewust dat een mens nooit neer mag kijken op een ander mens.

Zingen

Psalm 23:1; 25:4; 79:4; 95:4
UMK - De Heer is mijn herder.
ZB - Welke Vriend is onze Jezus

Geloofsleer

DL 1, 2 - Gods liefde
DL 1, 4 - Verlossing

Introductie
Iedere zondag gaan de deuren van de kerk open en gaan keurig geklede mensen naar binnen. Naast de kerk onder een van de grote ramen staat een bankje. Iedere zondag zit er op dat bankje een man. Iedereen in het dorp kent Doris. Hij is vaak dronken, hij leeft niet zo netjes. Sommigen draaien hun hoofd om als ze hem zien zitten.
Ook de dominee heeft hem zien zitten en op een keer loopt hij naar hem toe. ‘Zo Doris, waarom kom je niet eens binnen in de kerk?’
‘O dominee, dat zullen de mensen niet fijn vinden. Als ik binnen kom, zullen ze vast doorschuiven omdat ik niet zulke mooie kleren heb als zij. Ze willen vast niet naast me zitten.’
‘Maar in de kerk hoor je de boodschap uit Gods Woord.’ ‘Hier hoor ik alles; kijk maar, dat raampje staat altijd open.’ De dominee ziet het open raampje. ‘Dat is mooi, en mag ik je wat vragen? Begrijp je de boodschap van God?’ ‘Zeker dominee, de boodschap van God raakt mijn hart.’
‘Dominee mag ik u ook wat vragen? Begrijpen de mensen in de kerk de boodschap van God? Als ze uit de kerk komen en ik hier op m’n bankje zit, hoor ik ze praten over hun nieuwe auto, over hun nieuwe kleding. Maar het gaat niet over de liefde van God voor verloren zondaren.’

Beginzin
Waar Jezus ging, volgde Hem een grote menigte. Sommigen wilden alleen genezing, wonderen zien. Maar Zijn woord had ook mensen wakker geschud. Gierige tollenaars vergaten hun geld; zondaars verlangden naar een reiner, beter leven en naar vergeving van hun schuld. Ze nodigden Hem aan hun maaltijd. En nooit weigerde Hij met iemand om te gaan omdat die te slecht was.

Vertelschets

Deze tollenaren en zondaren komen bij de Heere Jezus om Zijn woorden te horen. Ze willen van Hem leren. De Farizeeën en schriftgeleerden veroordelen hen openlijk. Zij voelen zich beter en zijn er van overtuigd dat ze zullen worden toegelaten in het Koninkrijk der hemelen. Ze leven immers zo netjes! Ze kijken verachtelijk op deze zondaren neer. Nee, kijk dan eens naar hen!
Laat jij anderen ook wel eens zien dat je het zelf toch wel beter doet? Of leef je keurig maar geloof je niet in de Heere? Het gaat er niet om wat mensen van je denken maar wat de Heere van je denkt. Wat zal het erg zijn als je eens voor Zijn troon staan en de Heere zal zeggen: Ik heb gezien dat je netjes hebt geleefd maar dat deed je niet voor mij maar voor de mensen…. Ik heb gezien dat je veel van de Bijbel wist en door vertelde maar dat deed je niet tot eer van Mij maar voor jezelf. Ik heb je horen bidden.. maar je hart was niet eerlijk voor Mij je eigen eer…
De Heere hoort hoe boos de Farizeeën en schriftgeleerden zijn omdat Hij met deze zondaren en heidenen omgaat. Deze mensen zijn het niet waard en Jezus hoort hen links te laten liggen. Maar de Heere Jezus eet zelfs met hen. Hij is met hen onder één dak en vindt het niet erg om samen met hen gezien te worden.
Dan vertelt Jezus een gelijkenis die hen zal schokken. De mensen die tot Hem zijn gekomen uit vrees dat ze verworpen zullen worden, zal Hij bemoedigen.
Als een herder die honderd schapen heeft ’s avonds thuiskomt, mist hij er één. Een schaap in de woestijn zal door een roofdier gedood worden. Uit liefde voor dat ene schaap gaat de herder het schaap zoeken. Hij vindt het en draagt het terug naar de kudde. Dan gaat hij naar zijn vrienden en buren en viert feest omdat het schaap is gevonden.
Jezus vergelijkt een zondaar met een verdwaald schaap. Hij is ver weg van de Heere. In de zorg van de herder zien we de zorg van God voor zondaren. God roept zondaren om terug te komen bij Hem. God heeft Zijn Zoon gezonden om te zoeken en zalig te maken dat verloren was, Lukas 19:10. Van de Heere Jezus wordt gezegd dat Hij de lammeren in Zijn arm vergadert. Dat betekent dat de Herder een grote liefde en tederheid voor Zijn schapen heeft. Je ziet die liefde als Hij het schaap op Zijn schouders draagt. Hij ziet ons, Hij ziet wat wij doen. Ook de verkeerde dingen, ook de dingen die we alleen maar doen voor ons zelf. De Heere verlangt ernaar dat wij tot Hem komen. Hij wil niet dat een mens verloren gaat; 1 Timotheüs 2:3-4. Als de zondaar zich bekeert, is God verblijd.
Zoals de herder blij was, zo zal er in de hemel blijdschap zijn als er een zondaar is gevonden. De Heere Jezus brengt een zondaar tot Zijn Vader. Zelf kan de zondaar die weg niet terug vinden. De Farizeeën dachten dat ze zelf de weg wel wisten; ze wisten zoveel van de Bijbel, ze leefden zo keurig. Maar ze verlangden niet naar de Heere zoals die tollenaar. Ze hadden Hem niet nodig.

Slotzin
De goede Herder is nog steeds op zoek. Hij zoekt ook jou. Zijn liefde en geduld voor Zijn schapen zijn zo groot. De goede Herder belooft dat iedereen die Hem zoekt, Hem zal vinden. Wijs Hem maar iedere dag op Zijn belofte en geloof dat het waar is wat Hij belooft. Wanneer je door de Herder wordt gevonden, zul je ontdekken dat het Zijn liefde is die je tot Hem bracht, 1 Johannes 4:10. En in de hemel zal er feest zijn omdat er weer iemand gevonden is die verloren was!

Gesprek
Hoe leefden de Farizeeën en schriftgeleerden? Wat vonden ze van zichzelf? Wat vinden ze van tollenaren en zondaren? Wat vind jij van Doris? En van die kerkmensen? Hoe zou jij reageren?
Wat betekent het dat de herder feest viert met zijn buren?

Samenvatting
De tollenaren en zondaren komen naar de Heere Jezus om Zijn boodschap te horen. Het is een contrast met de Farizeeën die 'murmureren'. Met deze gelijkenis laat de Heere Jezus Zijn liefde zien: Hij zoekt het verlorene. De herder heeft hart voor de schapen en zoekt het dier dat weg is. Als hij het vindt, draagt hij het naar de stal. Er is sprake van liefde. Farizeeën en schriftgeleerden dachten alles te hebben, maar ze zijn niet blij met dat waarover God verblijd is: dat een zondaar zich bekeert.

Vragen