Bijbelgedeelte: Jozua 24:1-28

Context
Het volk Israël is onder leiding van Jozua in het beloofde land gekomen. Het land is verdeeld, alle stammen hebben hun erfdeel ontvangen. De Heere heeft Israël rust gegeven van alle vijanden en Jozua is oud geworden (Jozua 23:1). Voordat Jozua sterft, roept hij het gehele volk bij zich om hen nog eenmaal toe te spreken.

Kerntekst
Jozua 24: 15 Kiest u heden, wie gij dienen zult; [..] maar aangaande mij, en mijn huis, wij zullen de Heere dienen!

Doelstelling

Kinderen zien in dat het de Heere is Die Zijn volk uitverkoren heeft en dat Hij nog steeds voor hen zorgt.
Kinderen beseffen de waarde van het verbond dat God met Israël, maar ook met hen, gesloten heeft.
Ze verlangen ernaar de Heere te dienen, Hem te volgen.
Ze beseffen dat het goed is om naar de wetten van God te leven.

Zingen

Psalm 2:7; 17:3, 19:6; 25:6, 33:5,6;103:3-5;
ZB - Dank U voor deze nieuwe morgen / Ik heb je bij je naam geroepen / Neem mijn leven

Geloofsleer

HC zondag 7 - Een waar geloof
HC zondag 10 - Gods zorg voor Zijn kinderen
HC zondag 26-27 - De heilige doop
NGB art. 16 - De verkiezing
NGB art. 34 - De heilige doop

Introductie
Waar moet jij aan denken als de dominee de wet voorleest? Waarom gebeurt dat elke week weer? Waarom heeft de Heere Zijn wetten aan Israël gegeven? Wat betekenen die wetten voor ons?

Beginzin
God heeft Zijn beloften vervuld, want alle stammen van het volk Israël hebben nu een eigen stuk grond gekregen in het beloofde land. Lang heeft het geduurd voordat het volk Israël in Kanaän gekomen is. Veertig jaar heeft het in de woestijn rondgetrokken, en dat allemaal omdat het volk steeds weer niet wilde luisteren naar God en Zijn geboden. Maar nu, nu is het dan zover. Israël woont in het land Kanaän. God heeft Zijn woord waargemaakt!

Vertelschets

Jozua is inmiddels al heel oud geworden, 110 jaar. Hij wil het volk nog één keer toespreken voordat hij gaat sterven. Hij heeft het hele volk Israël verzameld in Sichem, vlakbij de ark van het verbond.
De leiders van de families gaan naar Jozua toe, om zo alle stammen te vertegenwoordigen voor het aangezicht van God. En het wordt een heel bijzondere ontmoeting tussen Jozua en het volk, nee eigenlijk is het een ontmoeting tussen de Heere en het volk.
Jozua zegt namelijk tegen het volk wat God hem geopenbaard, bekend gemaakt, heeft. En dat lijkt wel een (heils)geschiedenisles te zijn. De Heere laat zien dat Hij vanaf het begin voor het volk gezorgd heeft. Hij heeft Abraham geroepen. Hij heeft ervoor gezorgd dat Izak, Jakob en Ezau geboren werden. Hij heeft Mozes gestuurd om het volk te bevrijden uit Egypte. Hij heeft de Egyptenaren verslagen. Hij heeft het volk bewaard in de woestijn. Hij heeft hen in het beloofde land gebracht. Hij heeft al hun vijanden verslagen. Hij heeft hen geholpen het land in te nemen. God heeft hen álles gegeven, het land, de steden, de wijngaarden, de huizen. Deze geschiedenisles heeft een refrein dat steeds terugkomt: Het is de Heere Die Israël uitverkoren, uitgekozen, heeft. Hij is het Die Israël redt.
En hoe is dat in jouw leven? Wie heeft ervoor gezorgd dat je christelijke ouders hebt? Dat je gedoopt bent? Wie geeft jou ook vandaag weer eten en kleding? Is het ook niet het refrein van ons leven: het is de Heere Die voor ons, voor mij, zorgt?
Dan stelt Jozua het volk voor een keuze. ‘Kies vandaag wie u zult dienen.’ Jozua roept het volk op: ‘Vrees de Heere en dien Hem.’ Kies niet voor de afgoden, maar volg God. Die God Die steeds voor u gezorgd heeft. Wie is het nu meer waard dan Hij om gediend te worden? Hij heeft u alles gegeven, zou u Hem nu ook niet heel uw leven geven?
Zou jij de Heere ook niet heel je leven geven? Alles wat je hebt, heb je van Hem gekregen. Wie heeft er nou meer recht op je leven dan Hij? Wie kun je nu beter danken, eren en volgen dan de God Die je gemaakt heeft, Die voor je zorgt?
Jozua is een echte leider. Hij geeft het volk het goede voorbeeld. Voordat zij antwoord kunnen geven, zegt hij: ‘Maar ik en heel mijn huis, heel mijn gezin, wij zullen de Heere dienen.’
Het volk antwoordt Jozua dat ook zij de Heere zullen dienen. Hij is onze God. We horen bij Hem, Hij heeft ons bevrijd, Hij heeft voor ons gezorgd.
Maar Jozua zegt tegen het volk dat het dienen van de Heere niet zomaar gaat. God is heilig, en Hij wil dat Zijn volk ook heilig zal leven. Dat ze Zijn geboden zullen houden. Dat ze bij Hem blijven, Hem niet zullen verlaten. Jozua laat zien dat het moeilijk is om God te dienen, omdat God álles wil hebben. Als ze doen wat God van hen vraagt, zal God hen zegenen, maar als ze God verlaten, zal God hen straffen.
De Heere wil heel je leven, heel je hart, hebben, niet maar een klein stukje.
Maar het volk zegt tegen Jozua: ‘Wij zullen de Heere écht dienen.’
Dan gebeurt er iets bijzonders. Opnieuw wordt het verbond tussen de Heere en het volk gesloten, bevestigd. God zegt hiermee dat Israël Zijn volk is, dat Hij voor hen zorgt. En het volk belooft dat zij God zullen dienen, Zijn wetten zullen houden.
God heeft ook met jou een verbond gemaakt. Toen je werd gedoopt, zei de Heere: Ik wil jouw God zijn. Hij heeft beloofd je alles te willen geven om Zijn kind te kunnen zijn. Geloof je dat?
Jozua schrijft dit verbond ook in het wetboek. Hij richt een grote steen op die heel het volk steeds aan het verbond zal herinneren. Nooit mogen ze vergeten wat God gedaan heeft, en wat zij beloofd hebben.

Slotzin
Vergeet jij ook niet dat je gedoopt bent? Steeds als je de wet van God hoort, mag je daar aan denken; natuurlijk ook als er een doopdienst is. De Heere zegt dan: Ik wil jouw God zijn. Geloof in Mij! Als jij bij Mij hoort, Mijn kind bent, dan wil ik dat je zo leeft. Als je Zijn kind bent, wil je dat ook graag. Je wilt dan doen wat Hij van je vraagt. Je mag Hem om Zijn hulp vragen; als je Hem bidt, zal Hij je helpen.

Gesprek

Wanneer denk je er over na dat je gedoopt bent?
Wat betekent de doop nu eigenlijk?
Waarom heeft de Heere ons Zijn wetten gegeven?
Is het moeilijk om de wet te houden? Hoe komt dat?
Merk je dat de Heere je ook wil helpen? Hoe?
Praat erover hoe je deze week kunt proberen om steeds weer na te denken over Gods geboden en om te bidden of de Heere je wil helpen om ze te houden. Wanneer kun je Zijn geboden alleen maar houden?
Wat betekent ‘heilsgeschiedenis’?

Samenvatting
Het volk Israël spreekt hier opnieuw een geloofsbelijdenis uit; ze herinneren zich hier de verbondssluiting op de Sinaï. Jozua verhaalt de geschiedenis van het volk. Dan roept hij hen dringend op de Heere van harte te dienen en de vreemde goden weg te doen. Het volk bevestigt dat ze de Heere zullen dienen. Jozua laat hen nogmaals op indringende wijze weten hoe ze dat moeten doen, daar ze anders met Gods toorn in aanraking zullen komen. Iedereen getuigt dat ze dit verbond zullen houden. Een gedenksteen wordt opgericht.

Vragen