Bijbelgedeelte: 2 Samuël 20:3-23

Context
Er is onenigheid en rivaliteit ontstaan tussen Israël en Juda. Seba hitst Israël op tegen koning David. De stam van Juda blijft David trouw. Het is helaas goed merkbaar dat God doorgaat met David te straffen voor zijn zonde met Bathseba. David wordt bijna geen rust en vrede gegund.

Kerntekst
2 Sam. 20:15a ’En zij kwamen en belegerden hem in Abel-Beth-Maächa en zij wierpen een wal op tegen de stad, dat hij aan den buitenmuur stond;’

Doelstellingen

De kinderen leren dat God de zonden niet door de vingers ziet. Hij straft de zonden, maar wil onze zonden uit genade ook vergeven.
De kinderen leren dat wij trouw moeten zijn aan alle mensen die boven ons staan. Dat geldt ook voor de regering en ons koningshuis.
De kinderen leren/zien in dat het op deze aarde (door de zondeval) nooit echt vrede zal zijn.

Zingen

Psalm 99:1, 2; 56:1, 4

Geloofsleer

HC vraag 56 - Mijn leven lang moet ik tegen de zonden strijden. Toch wil God mij uit genade de gerechtigheid van Christus schenken.
HC vraag 106 - God verbiedt doodslaan, wraakgierigheid en haat.
NGB art. 36 - Wij mogen nooit zomaar in opstand komen en moeten ons onderwerpen aan het gezag van o.a. de koning en de overheid.

Introductie
Heb je in de afgelopen tijd het nieuws gevolgd? Kun je iets opnoemen wat jou geraakt heeft (dichtbij of ver weg)? Naast het positieve nieuws dat zich verspreidt via de media, worden we regelmatig toch ook overspoeld door ellendige berichten! De ene ramp is nog niet voorbij of een volgende ramp dient zich aan.
Helaas is het maar al te waar: zolang wij op deze aarde zijn, is het einde van de ene narigheid vaak het begin van de volgende narigheid. Hoe zou dat komen, denk je? Zal daar óóit een einde aan komen?

Beginzin
Het begon allemaal zo mooi! David werd weer als koning erkend en keerde terug naar zijn paleis in Jeruzalem. Helaas wordt hem geen rust en vrede gegund. Luister maar!

Vertelschets

Helaas loopt de terugkeer van David op een verdrietige manier af! De mannen van Juda begeleiden David van de Jordaan naar zijn paleis in Jeruzalem.
In het paleis aangekomen, sluit David tien van zijn (bij)vrouwen op in een bewaakt huis. Hij had hen daar tijdens zijn vlucht achtergelaten om voor het paleis te zorgen.
David blijft hen onderhouden, maar zoekt hen niet meer op. Zij moeten in het aparte gedeelte
van het paleis wonen tot aan hun dood toe.
Ondertussen is er een conflict ontstaan tussen de mannen van Juda en de overige stammen van Israël. De stammen van Israël vinden dat de koning zich laat inpalmen door de mannen van Juda.
Ook zijn ze het met elkaar nog steeds niet eens over de manier waarop de koning weer
teruggebracht werd naar Jeruzalem. ’Laten zij maar lekker met elkaar optrekken’, zo vinden de
stammen van Israël, ‘wij zullen wel een eigen koning aanstellen.’
Als de mannen van Israël hun zin niet kunnen krijgen, wordt Seba (uit de stam van Benjamin) zo kwaad dat hij een opstand begint.
Seba blaast op zijn bazuin en laat goed weten dat hij niets meer met David te maken wil hebben. Hij erkent hem niet meer als koning. Veel Israëlieten geven gehoor aan de oproep van Seba. Ze sluiten zich bij hem aan en laten David in de steek.
De situatie lijkt kritiek. Er ontstaat strijd. David geeft zijn nieuwe legeroverste Amasa de opdracht om Seba te verslaan.
Maar Amasa blijkt geen flinke generaal te zijn. Het lukt hem niet om binnen drie dagen een leger bij elkaar te roepen. De mannen zijn traag en laks.
Ondertussen lijkt de opstand van Seba niet meer te stoppen. Daarom geeft David bevel aan Abisaï om Seba te verslaan. Joab besluit om mee te gaan met zijn broer Abisaï ondanks het feit dat hij hiervoor geen opdracht van koning David heeft gekregen omdat hij in ongenade is gevallen bij David.
Op een gegeven moment komt Joab bij Gibeon Amasa tegen. Joab heeft een gemeen plan bedacht. Onder zijn gordel heeft hij een zwaard binnen handbereik. Hij is van plan om Amasa te doden. Hij begroet de nietsvermoedende Amasa vriendelijk en vraagt hartelijk of het goed met hem gaat. Hij geeft hem zelfs een kus. Terwijl hij dit doet, steekt hij onverwacht en snel zijn zwaard in de buik van Amasa. Amasa sterft direct.
Joab doodt Amasa uit minachting voor David. Hij wil zich wreken, omdat David hém heeft laten vallen en Amasa tot zijn legeroverste benoemd had.
Joab laat Amasa dood aan de kant van de weg liggen en treedt onmiddellijk weer als legeraanvoerder op.
Samen met zijn broer Abisaï gaat hij op zoek naar Seba. Een van Joabs mannen blijft bij het lichaam van Amasa staan en geeft een bevel aan de mannen die Amasa om zich heen verzameld had: ’Wie gekozen heeft voor koning David, gaat nu met Joab mee!’ De mannen blijven dralen bij het lichaam van Amasa. Daarom wordt het lichaam verplaatst naar het veld. Er wordt een mantel over hem heen gelegd. Nu durven de mannen van Amasa de plaats te verlaten en volgen ze Joab in de strijd tegen Seba. Seba is ondertussen met zijn leger in de stad Abel-Beth-Maächa aangekomen. Joab weet dit en valt met zijn leger de stad aan. Ze maken een hoge wal tegen de stadsmuur, zodat ze over de muur kunnen klimmen. Eveneens proberen ze stenen uit de muur te halen, zodat de kans groot is dat een deel van de muur instort. In deze stad woont een wijze vrouw. Ze roept: ‘Luister, luister! Ik wil Joab spreken.’
Als Joab dichterbij gekomen is, benadrukt de vrouw dat Joab naar haar moet luisteren. De vrouw vraagt wat Joab van plan is. Ze wil niet dat de stad verwoest wordt. Joab legt haar alles uit en stelt voor om Seba uit te leveren.
De vrouw belooft om het hoofd over de muur te zullen laten gooien. Dit gebeurt. Joab blaast op de bazuin. De strijd is ten einde. Alle soldaten mogen terug naar huis en Joab keert ook terug naar koning David in Jeruzalem.

Slotzin
Kijk, alle soldaten keren naar huis terug. Ook Joabs taak zit erop. Hij keert als overwinnaar terug naar koning David in Jeruzalem. Seba kan de koning geen kwaad meer doen. Hij heeft in de strijd de dood gevonden en de soldaten van David hebben de overwinning behaald. God heeft opnieuw over het leven van koning David de wacht gehouden.

Gesprek

Wat vond je van deze vertelling? Heb je iets gehoord waarvan je dacht: Hier heb ik iets van kunnen leren?
In Prediker 1:9 en 10 kun je de volgende woorden lezen: ‘Hetgeen dat er geweest is, hetzelve zal er zijn; en hetgeen er gedaan is, hetzelve zal er gedaan worden; zodat er niets nieuws is onder de zon. Is er enig ding, waarvan met zou kunnen zeggen: Ziet dat, het is nieuw? Het is alreeds geweest in de eeuwen die vóór ons geweest zijn.’
Zou je deze woorden ook kunnen toepassen op deze vertelling en op de tijd waarin jij en ik nu leven?

Samenvatting
Er is een conflict ontstaan tussen de mannen van Juda en de tien stammen van Israël. De stammen van Israël vinden dat de koning te veel luistert naar de mannen van Juda. Ze zijn ook ontevreden over de manier waarop de koning weer terug is gebracht naar Jeruzalem. Seba, uit de stam van Benjamin begint een opstand. Hij erkent David niet meer als koning. Het lukt Amasa niet om snel een leger bij elkaar te roepen. David stuurt Abisaï, een broer van Joab, naar Seba toe. Joab doodt Amasa. Joab belegert de stad Abel Beth-Maächa waar Seba is. Een vrouw uit de stad vraagt wat Joab van plan is. Seba wordt onthoofd en zijn hoofd wordt over de muur gegooid. De strijd is voorbij.

Vragen