Bijbelgedeelte: Johannes 10:1-18

Context
De achtergrond van deze gelijkenis moet gezien worden in de discussie tussen de Heere Jezus en de leiders van het volk. Het gaat om de vraag: Wie is nu de échte herder die het volk leidt en goed verzorgt?

Kerntekst
Johannes 10:14 - Ik ben de goede Herder; en Ik ken de Mijnen, en word van de Mijnen gekend.

Doelstelling

• De kinderen kennen de gelijkenis van de goede Herder, in de context.
• De kinderen begrijpen wat het betekent dat Jezus de Deur en de Herder is.
• De kinderen worden opgeroepen gelovig toe te passen wat het betekent een schaap van de kudde van Jezus te zijn.

Zingen

• Psalm 23; 25:4; 40:4; 79:7; 116:1
• ZB - Als een hert dat verlangt naar water / De Heere is mijn Herder / Heer’, wees mijn Gids / Hij die rustig en stil / Uw Woord is een lamp voor mijn voet

Geloofsleer

• HC zondag 14-15 - Het lijden en sterven van Christus
• NGB art. 26 - De enige toegang tot God
• DL 2, art. 5-8 - Christus’ dood en de verlossing

Bijbelleesles
We willen dit gedeelte behandelen met een Bijbelleesles. Aan het eind zijn dan geen gespreksvragen opgenomen. Er is steeds een korte uitleg van de tekst, vragen die over de roeping van Jeremia gaan, en vervolgens vragen die over ons eigen leven gaan. Kopieer van tevoren dit Bijbelgedeelte, met de kanttekeningen, (bijvoorbeeld via www.statenvertaling.info) en eventueel de in de vragen en exegese genoemde teksten. Voor het leesgemak van de kinderen is het aan te bevelen de tekst uit te vergroten op een A-4.

Introductie
Vaak is Jezus in gesprek met de Farizeeën en de Schriftgeleerden. Ze komen naar Hem toe om lastige vragen te stellen. Vragen waar Jezus hopelijk niet uit komt, vragen waarmee Hij door de mand zal vallen. Want ze willen dat Jezus antwoorden geeft waarop ze Hem te pakken kunnen nemen. Eigenlijk willen ze Hem het allerliefst doden…
Steeds weer botst het tussen Jezus en de leiders van het Joodse volk. Hoe komt dat toch? Jezus brengt toch een goede, blijde boodschap? Hoor maar, Hij zegt het: ‘Ik ben de goede Herder, Ik geef Mijn leven voor Mijn schapen.’ Dat is toch goed nieuws! Maar de leiders zijn er helemaal niet blij mee… Want als Jezus zegt de Herder te zijn, als Jezus het volk Israël leidt en voor hen zorgt, dan kunnen zij immers geen herders, geen leiders meer zijn! En daarom botst het zo tussen Jezus en de leiders. Dat willen de Farizeeën en Schriftgeleerden namelijk helemaal niet horen!

Beginzin
De Heere Jezus weet wel wat de leiders denken. En daarom vertelt Hij een gelijkenis. Eigenlijk zijn het twee gelijkenissen. We gaan ze lezen en er samen over nadenken.

Bijbelleesles
Vers 1-6
Jezus is de goede Herder - Hij is God

• Vertel eens in eigen woorden wat het werk van een herder is volgens de verzen 2-4
• En wat doet een dief of een rover? (vers 1)
• Vers 3: de schapen kennen de stem van de herder. Wie is de Herder en wie zijn de schapen? Hoe kunnen de schapen de goede Herder horen spreken?
• De Herder kent alle schapen bij naam. Lees eens wat daarover in Jesaja 43:1 staat. Wanneer heeft de Heere God jou bij je naam geroepen? Wat betekent dat?
• Als je de Heere Jezus volgt, hoef je nooit ergens naar toe te gaan waar Hij niet is geweest! Lees maar in vers 4. Wat betekent dat voor jou?
• Schapen zullen vreemde herders niet volgen, vers 5. Wie zou zo’n vreemde herder kunnen zijn? Waarom zouden vreemde herders de schapen weg willen leiden van de goede Herder?

Vers 7-10
Jezus is de Deur - Alleen door Hem komt God tot ons, en alleen door Hem komen wij tot God

• Het volk begrijpt niet wat Jezus bedoelt te zeggen. Daarom vertelt Hij nog een gelijkenis. Een schaapskooi in Israël had geen deur, alleen een deuropening. De herder ging ’s nachts in die opening liggen slapen om zijn schapen te beschermen. Wat betekent het voor ons dat Jezus de Deur is (vers 9)?
• Door een deur kun je naar binnen of naar buiten. Waar komen wij als we door Jezus naar binnen gaan? En waar zal Hij ons dan naar toe leiden? Lees ook Psalm 23:2.
• Is het moeilijk om door Jezus bij God te komen? Waarvoor is Jezus naar deze aarde gekomen (vers 10)?

Vers 11-18
Jezus is de goede Herder - Hij heeft Zichzelf over voor Zijn schapen

• In vers 11-13 wordt het belangrijkste verschil genoemd tussen de goede Herder en vele slechte herders. Welke verschillen zijn dit? Denk nog eens aan de Farizeeën en Schriftgeleerden, hoe noemt Jezus hen hier? Hoe zorgden zij voor het volk?
• Jezus kent al Zijn schapen, en zij kennen Hem. Ken jij de Heere Jezus? Ben jij een schaap van Zijn kudde? Wat heeft de Heere Jezus dan ook voor jou gedaan? (vers 14-15)
• Jezus vertelt deze gelijkenis aan het volk Israël. Wie zouden dan de andere schapen zijn waarover Hij spreekt in vers 16? Hoe krijgen al die schapen de boodschap van de goede Herder te horen? Hoor jij vandaag ook Zijn stem? Hoe?
• Alle schapen zullen bij elkaar komen, in één grote kudde. Is die ene kudde nu al zichtbaar? Waarom? Wanneer zal er echt één kudde met één Herder zijn?
• Nog één keer vertelt de Heere Jezus waarom Hij naar de aarde is gekomen, vers 17-18. Geef deze verzen eens in je eigen woorden weer.
• Welk beeld vind jij het mooist: Jezus als de Deur of Jezus als de goede Herder? Vertel eens wat dat voor jou betekent.
• Vind je het moeilijk om te geloven dat de Heere Jezus ook voor jou gekomen is om Zijn leven te geven, dat Hij ook jouw Herder wil zijn?
• Is het moeilijk om als schaap van Zijn kudde te leven en te luisteren naar de stem van de Herder? Hoe kun je Zijn stem verstaan? Hoe kunnen we elkaar daar ook bij helpen?

Slotzin
De Farizeeën en de Schriftgeleerden wilden het goede nieuws dat Jezus hen vertelde niet horen en geloven. Ze waren er helemaal niet blij mee dat Jezus ook hun Herder wilde zijn. En jij?