Bijbelgedeelte: Handelingen 2:1-41

Context
Nadat de Heere Jezus ten hemel is gevaren, wachten de discipelen op de vervulling van de belofte. Jezus had namelijk bij Zijn hemelvaart gezegd dat ze de
kracht van de Heilige Geest zouden ontvangen. Ze hebben niet werkeloos zitten wachten, maar waren eendrachtig volhardende in het bidden en smeken.
Matthias is gekozen in de plaats van Judas Iskarioth. Terwijl ze zo bij elkaar zijn, breekt de Pinksterdag aan.

Kerntekst
Handelingen 2:4a: En zij werden allen vervuld met de Heilige Geest.

Doelstellingen

De kinderen zien dat de komst van de Heilige Geest al was beloofd.
Ze beseffen dat God Zijn belofte vervult.
Ze kennen de betekenis van de komst van de Heilige Geest, ook voor hun eigen leven.

Zingen

Psalm 16:6; 68:9, 89:12; 110:1-3; 118:12; 132:12
UAM - God giet Zijn heil op Pinkst’ren uit / Ja, de Trooster is gekomen
ZB - O Heil’ge Geest Die levend maakt / Laat mij zijn een instrument

Geloofsleer

HC vraag 32 - Waarom wordt gij een christen genaamd?
HC vraag 53 - De Heilige Geest
HC vraag 116 - Het gebed om de Heilige Geest
DL 3/4, art. 13 - De onbegrijpelijke werking van de Heilige Geest

Bijbelleesles
We willen dit gedeelte behandelen met een Bijbelleesles, korte vragen die over de Bijbeltekst gaan. Steeds wordt gezocht naar een combinatie van vragen over de tekst én vragen die de toepassing naar het eigen leven maken. Aan het eind zijn dan geen gespreksvragen opgenomen. Kopieer van tevoren dit Bijbelgedeelte
(bijvoorbeeld via www.statenvertaling.info), de vragen en eventueel de in de exegese genoemde teksten. Voor het leesgemak van de kinderen is het aan te bevelen de tekst uit te vergroten op een A-4.

Vers 1

Weet je wat er met het Pinksterfeest gevierd werd voordat de Heilige Geest kwam?
Wat betekent ‘eendrachtelijk’?

Vers 2

Welk geluid hoorden ze?
Wat gebeurt er met het huis?

Vers 3

Wat kunnen ze zien?
Hoe zou het eruit gezien hebben? Omschrijf het eens, of maak een tekening.

Vers 4

Waar zijn de wind en het vuur tekenen van?
Hoe merken ze dat ze vervuld zijn (vol zijn) met de Heilige Geest? Wat kun je horen?
Wat leer je hiervan over de macht van God?

Vers 5

Wat wordt er gezegd van de Joden? Noem drie dingen.

Vers 6

De menigte ‘kwam samen en werd beroerd’. Wat betekent dat?
Welk wonder gebeurt er?
Vind jij het ook een wonder dat je in je eigen taal, zodat jij het begrijpt, het Woord van God hoort?

Vers 7-8

Wat vragen de mensen?
Waarom verbazen ze zich zo?

Vers 11

Waarover spreken de discipelen?
Praat jij daar wel eens over?

Vers 12-13

De mensen ‘ontzetten’ zich, ze verbazen zich, en worden ‘twijfelmoedig’, ze raken in verlegenheid. Wat vragen ze dan?
Andere mensen spotten. Waarom zouden ze dit doen?
Je kunt de ‘preek’ van Petrus na deze vragen vertellen. Zie hiervoor de vertelschets. Je kunt er ook voor kiezen de verzen 14-16 en 36 te lezen en de onderstaande vragen te beantwoorden.

Vers 14-15

Wat is Petrus’ reactie op de spot?
Waarom kunnen deze mannen nog niet dronken zijn?

Vers 16

Wat is er dan gebeurd?
Joël heeft geprofeteerd dat de Geest van God zal komen, in de harten van allerlei mensen. Waarom is dat nodig?
Wat wil de Heilige Geest ook in jouw hart doen?

Vers 36

Wat heeft God met de Heere Jezus gedaan?
Waar beschuldigt Petrus de mensen van?

Vers 37

Wat gebeurt er met de mensen die naar Petrus luisteren?
Ze begrijpen nu wat ze gedaan hebben toen ze de Heere Jezus kruisigden. Hebben jij en ik daar ook schuld aan?
Wat is hun vraag?

Vers 38

Wat is Petrus’ antwoord?
Is dat ook voor jou nodig?
Kun je jezelf bekeren? Wat wil de Heere je daarvoor geven?
Welk teken ontvangen de nieuwe gelovigen dan?
Wat betekent het voor jou dat je gedoopt bent? Wat belooft de Heere daarin aan je?

Vers 39

Wat wordt er in dit vers over jou en mij gezegd?

Vers 41

Kun je je voorstellen hoeveel dat er zijn: 3000 mensen? Hoeveel mensen zitten er zondags bij jullie in de kerk?
Hoeveel kerken zouden deze 3000 mensen dan vullen?
Deze mensen namen het Woord van God aan, ze geloofden dat de Bijbel waar is. Geloof jij dat ook?

Slot